Direct naar artikelinhoud

Vlaanderen krijgt voor het eerst eigen klimaattop

Vlaanderen organiseert op 14 april een eigen klimaattop in Mechelen. Daar moeten zowat 350 specialisten - politici, ambtenaren, bedrijfsleiders, vakbonden, ngo's - samen een klimaatbeleid uitwerken.

Een van de vitale punten van het klimaatakkoord van Parijs dat de wereldleiders vorig jaar ondertekenden, is dat alle landen ter wereld langetermijnplannen tegen de klimaatopwarming moeten opstellen.

In ons lappendekenland betekent dit dat de regio's aan de bak moeten. Vlaanderen heeft vandaag wel een aantal (zelf)opgelegde doelstellingen, maar van een coherent klimaatbeleid is nog weinig sprake.

Een eigen Vlaamse klimaattop op 14 april moet daar verandering in brengen. In het Mechelse congrescentrum Lamot zullen bijna 350 specialisten verzamelen om samen het beleid tot 2020 en 2050 te bepalen.

Praatbarak?

De vraag die meteen opduikt: hoe gaat Schauvliege (CD&V) ervoor zorgen dat deze klimaattop geen praatbarak wordt? Als milieuminister zal zij de debatten voorzitten, met Geert Bourgeois (N-VA) aan haar zijde.

"Ik wil vooral de goede vibe na het akkoord van Parijs levend houden", zegt Schauvliege. "Iedereen is het erover eens dat er nog extra maatregelen nodig zijn. We willen die uitwerken met een zo groot mogelijk draagvlak. De klimaattop in april dient vooral als officiele start van de discussie. Daarmee begint het werk pas."

Er volgt een tweede Vlaamse klimaattop in november van dit jaar. De uitwerking is op dit moment nog niet bepaald, maar het is een mogelijkheid om hiervan een tweedaagse conferentie te maken.

Dan is het de bedoeling om knopen door te hakken. De Vlaamse regering zal er haar langetermijnvisie en een aantal nieuwe maatregelen voorstellen. Er moet ook een opvolgingssysteem uitgedacht worden.

Tussen de twee klimaattoppen is het aan Schauvliege om achter de schermen iedereen op dezelfde lijn te krijgen. Dat wordt een klus, want bedrijfsleiders en ngo's zijn nu niet meteen beste vrienden.

De belangrijkste afspraak is dat iedere vakminister op zijn domein (energie, mobiliteit, financiën, landbouw) een eigen doelstelling uitwerkt tot 2050. Daarover zullen telkens aparte rondetafels plaatsvinden.

"Opnieuw: we kopiëren hier de aanpak van in Parijs. Toen hebben vrijwillige beloftes alle partijen dichter bij elkaar gebracht", vervolgt Schauvliege. "Bottom-up kom je gemakkelijker tot een groot pact."

Wat als toch iemand afhaakt? Daar wil de minister voorlopig niet aan denken. "Ik wil iedereen meekrijgen."