Direct naar artikelinhoud

Di Rupo vs. Michel: de cijfers

Doet de regering-Michel het beter dan de regering-Di Rupo? De centrumrechtse coalitie is nu bijna even lang aan de macht als haar voorganger. 'De Morgen' laat de feiten spreken.

Starters

(nieuwe ondernemingen, cijfers tot augustus)

Nooit eerder werden zoveel nieuwe ondernemingen opgestart. Bovendien stijgt de kans dat ze hun eerste jaren doorkomen zonder faillissement.

Jobgroei*

(nieuwe jobs)

De regering-Michel maakt haar slogan van 'jobs, jobs, jobs' waar. Met dank aan de verlaging van de loonkosten, de lage olieprijs en de lage rente.

Economische groei*

(groei van het bbp)

De economie groeit, maar de voorbije jaren speelden we onze voorsprong tegenover de andere eurolanden kwijt. In 2016 hinken we 0,2 procent achter op het gemiddelde.

Begrotingstekort*

(in verhouding tot bbp)

Onder Di Rupo steeg het tekort boven de 4 procent door staatssteun aan Dexia. Michel wist het terug te brengen onder de alarmdrempel van 3 procent, maar de prognoses zijn niet goed.

Belastingdruk

(voor alleenstaande zonder kinderen met een gemiddeld inkomen)

De loonlasten dalen zo weinig dat het amper merkbaar is. België heeft nog steeds een van de hoogste loonlasten in de OESO.

Langdurig zieken

Het aantal mensen dat langer dan een jaar out is, is sinds 1996 meer dan verdubbeld. Door de afbouw van het brugpensioen en steeds meer psychische aandoeningen klimt het cijfer steeds sneller.

Uitgaven in sociale zekerheid*

Onder Michel daalden de uitgaven sterk, al had dat veel te maken met overheveling van onder meer de kinderbijslag naar de regio's. Michel bespaart het meest in het brugpensioen en de werkloosheid, maar geeft meer uit aan ziekte-uitkeringen en pensioenen.

Werkloosheid*

(zonder brugpensioen)

Het aantal mensen met een werkloosheidsuitkering zit in sterk dalende lijn. Er zijn meer mensen aan de slag, maar Di Rupo en (vooral) Michel snoeiden in het aantal rechthebbenden. Sinds 2012 zijn er 60.000 minder met een 'inschakelingsuitkering'.

Werkzaamheidsgraad

Het aandeel werkenden op de totale bevolking is stabiel gebleven. Maar achter dit cijfer schuilt een grote verschuiving: bij de laagopgeleiden zijn er steeds minder mensen aan het werk, ondanks nieuwe jobs. Dit vergroot hun armoederisico.