Direct naar artikelinhoud

Ongezonde stress en overbelasting veroorzaken cvs

Gezondheid l Chronische vermoeidheid kun je overwinnen

Nog steeds zijn dokters het niet eens over de oorzaak van CVS. "Vaak ontstaat het syndroom na een alledaagse virusinfectie, maar dat is niet altijd het geval. We weten wel dat die patiënten hun lichaam jarenlang overbelast hebben en dat ze hun levensstijl tijdelijk moeten aanpassen om geleidelijk weer op te bouwen", zegt dokter Herlinde Wynants. "CVS is geen ziekte, maar een syndroom. Het bouwt zich langzaam op en het duurt dus ook lang voordat je er weer uitgroeit."

Normaal gezien voorziet ons lichaam na een korte periode van overbelasting of stress een rustpauze om te herstellen. Als die rustpauzes maanden- of zelfs jarenlang achterwege blijven, raakt dat lichaam chronisch vermoeid. Pas als de symptomen van vermoeidheid en pijn langer dan zes maanden aanhouden, spreken artsen over CVS.

Het chronische vermoeidheidssyndroom treft vooral mensen tussen dertig en veertig jaar, acht op de tien daarvan zijn vrouwen. Jaarlijks behandelt het Centrum voor Chronische Vermoeidheid in Antwerpen 88 patiënten, zij zijn gemiddeld twee tot zeven jaar op zoek gegaan naar de juiste diagnose. "Telkens opnieuw horen wel dezelfde klacht: 'iedereen zegt dat ik niet ziek ben, maar je moest mij eens voelen'", vertelt Wynants. "We erkennen de klachten van de patiënten, tegelijkertijd maken we hen duidelijk dat we er onmiddellijk aan beginnen. Dat vergt veel moed van hen, maar uiteindelijk moet de patiënt zijn ziekte zelf overwinnen."

'Luister naar je lichaam voor het te laat is'

Het duurde jaren vooraleer Chantal Smedts begreep wat de oorzaak was van haar lichamelijke klachten. De diagnose luidde chronischevermoeidheidssyndroom. 'Toen ik dat hoorde, had ik het gevoel dat mijn leven voorbij was', getuigt Smedts. De vrouw bewees dat je het gevecht tegen je uitgeputte lichaam kunt overwinnen en doet haar verhaal in het boek Altijd moe. Door Liesbeth Vergauwen

n België lijden naar schatting 15.000 mannen, maar vooral vrouwen, aan het chronischevermoeidheidssyndroom (CVS). Vaak krijgen ze een foutief etiket opgeplakt en dus geen gepaste therapie. "Toen ik voor het eerst bij artsen aanklopte met mijn klachten gingen zij ervan uit dat ik overwerkt was, een burn-out had of depressief was. Met die etiketten en een doosje antidepressiva moest ik het doen", vertelt Chantal Smedts. "Ik voelde me een loser en begreep niet waar ze het over hadden. Waarom zou ik pillen moeten slikken? Ik had alles om gelukkig te zijn: een bloeiende zaak, een prachtig gezin en een boeiend sociaal leven."

Wanneer besefte u dat u ziek was?

Smedts: "In januari 2001 ben ik in de auto in elkaar gestort: mijn handen begonnen te trillen en mijn hartslag ging plots omhoog. Ik zag zwarte vlekken voor mijn ogen en ik geraakte helemaal in paniek. Het was alsof de stekker plots werd uitgetrokken, ik slaagde er niet in om mijn eigen lichaam onder controle te krijgen. Daarna ging het snel bergaf. Ik slaagde er niet meer in om de simpelste huishoudelijke klusjes uit te voeren en ik verdroeg geen geluid meer. Thuis durfde niemand de radio nog aan te zetten, zelfs het dichtslaan van een deur was voldoende om me een huilbui te bezorgen."

Pas vijf jaar later hoorde u het verdict: chronische vermoeidheid?

"Mijn huisarts heeft me uiteindelijk doorverwezen naar het Centrum voor Chronisch Vermoeidheidssyndroom van het Universitair Ziekenhuis Antwerpen. Eindelijk ontmoette ik specialisten die me begrepen en die mijn verhaal serieus namen. Tweemaal per week werd ik begeleid, eerst individueel en later in groep. Het was een enorm geruststellend gevoel. De artsen, psychologen en fysiotherapeuten hielden mijn handje vast, vertelden me wat goed voor me was en hebben me stapje voor stapje begeleid in mijn genezingsproces. Ik leerde luisteren naar wat mijn lichaam me vertelde, naar wat ik voelde en hoe ik daar het best op kon reageren. Nadien volgden gesprekken in een klein groepje. Iedereen had zijn eigen verhaal: trauma's, te hard werken, probleemkinderen, moeilijke relaties. Het klikte onmiddellijk tussen ons, er zaten alleen maar doorzetters in, die geloofden dat het mogelijk was om de ziekte te overwinnen."

Was u opgelucht toen uw klachten eindelijk een naam kregen?

"Ik had liever vijf jaar lang rondgelopen met twee gebroken armen en benen, dan had ik tenminste geweten wat er mis was met mij. Toch klonk de diagnose voor mij als een doodsvonnis. Ik vond het enorm moeilijk om te accepteren dat ik CVS had. Ik was aan jonge, actieve vrouw met een succesvolle job, ik kon toch geen CVS hebben? Achteraf bekeken was dat proces het moeilijkste dat ik moest doormaken. Pas toen ik mijn ziekte aanvaard had, besefte ik dat er eindelijk hoop was dat ik zou genezen."

Heeft het boek u geholpen om uw ziekte te lijf te gaan?

"Nee. Toen besliste ik om mijn gevecht op papier te zetten, wilde ik andere patiënten en hun familie een steuntje in de rug te geven. Ik ben het levende bewijs dat je dit syndroom kunt overwinnen. Voor mij was dit boek geen therapie, ik heb niet geprobeerd om alles van mij af te schrijven. Toen het boek af was, had ik CVS bijna overwonnen. Bij het herlezen van het manuscript, ben ik zelfs erg geschrokken. Al die slechte herinneringen kwamen weer naar boven en ik stond ervan versteld hoe erg het ooit wel met me geweest was."

Bent u nu helemaal genezen?

"Zes jaar lang stond mijn leven in het teken van ziekte en pas enkele weken geleden ben ik erin geslaagd om die ziekte los te laten. Nu gaat het goed met me, ik krijg geen terugvallen meer na een vermoeiende dag, maar ik ben niet meer de oude Chantal van voordien en daar ben ik blij om.

"Het drukke leven dat ik ooit leidde, zou ik niet meer opnieuw kunnen opnemen, maar dat is ook niet de bedoeling. CVS-patiënten hebben hun lichaam eigenlijk gewoon te ver gedreven. Bij andere mensen is die ongezonde levensstijl fataal, die krijgen een hartinfarct. Wij kunnen het nog navertellen, het leven geeft ons een tweede kans.

"Ik heb nu mijn prioriteiten leren te stellen en ik plan rustmomenten op voorhand in als ik daar behoefte aan heb. Als kind leer je dat het belangrijk is om elke morgen je tanden te poetsen, maar niemand vertelt ons dat we een evenwicht moeten zoeken tussen inspanning en ontspanning."

Info: Chantal Smedts, Altijd moe. Hoe ik het chronische vermoeidheidssyndroom overwon, Standaard Uitgeverij, 16,95 euro

'Ik had liever vijf jaar lang rondgelopen met twee gebroken armen en benen, dan had ik tenminste geweten wat er mis was met mij'