Direct naar artikelinhoud

Heeft er werkelijk niemand iets gezien?

Als spionagesatellieten een object van 50 centimeter of zelfs kleiner kunnen zien, waarom is dan nog geen enkel brokstuk van vlucht MH370 ontdekt? Het niet kunnen vinden van delen van de Boeing 777, zelfs niet door Amerika's en China's geheimste satellieten, houdt één onwaarschijnlijk scenario nog recht overeind. Namelijk dat het vliegtuig, na een succesvolle landing op het water, in zijn geheel naar de bodem van de zee is gezonken.

China alleen al heeft tien satellieten ingezet om het enorme zeegebied af te struinen. Maar beelden die woensdag werden vrijgegeven van mogelijke brokstukken, leidden tot niets. Volgens de Chinese autoriteiten blijken de drie objecten toch niet van het vermiste rampvliegtuig te zijn.

De VS, niet happig om prijs te geven wat hun meest geheime spionagesatellieten kunnen, zwegen sinds zaterdag in alle talen over wat ze wel of niet hadden gezien. Als hun geavanceerde SBIRS-systeem vanuit de ruimte een raketlancering of zelfs artillerievuur kan waarnemen, dan was het eventueel exploderen van de '777' toch ook direct ontdekt?

Regeringsfunctionarissen in Washington verbraken woensdag voor het eerst hun zwijgen. "We hebben niets gevonden dat wijst op een explosie in de lucht", aldus een inlichtingenfunctionaris. De VS zitten met dit soort rampen altijd in een spagaat. Tijdig informatie doorspelen kan de hulpverlening, waaraan nu ook de Amerikaanse marine en luchtmacht meedoen, helpen. Maar het biedt de vijand ook een kijkje in wat de VS kunnen zien. Zo zag de SBIR-satelliet volgens inlichtingendeskundige Jeffrey Richelson de botsing in 1997 van een Amerikaans en Duits militair toestel. Ook de mysterieuze explosie die een TWA-vlucht in 1996 vlakbij Long Island vernietigde, werd door de spionagesatelliet waargenomen.