Direct naar artikelinhoud

Zon, zee & asielzoekers

Op de Griekse eilanden Kos en Lesbos delen vakantiegangers het strand met vluchtelingen. En dat wringt. In die mate zelfs dat sommige toeristen niet alleen verward maar ronduit vijandig reageren.

Geen droom maar een nachtmerrie. Zo noemen twee Britten hun vakantie op Kos. Niet het eten, de bediening of het weer is hun een doorn in het oog. Het zijn de honderden asielzoekers op het eiland die Anne en Tony Servante tegensteken. Die asielzoekers, van wie er dagelijks honderden aanspoelen, zijn volgens hen overal waar ze beter niet zouden zijn. Lees: vlak bij hun strandstoel, vlak bij hun favoriete terras, vlak bij de beste eettent.

De rubberboten aan de kustlijn, de rondslingerende zakken vol kleren en de kartonnen bedden op straat maken van Annes en Tony's geliefkoosde vakantieoord a disgusting hellhole, zo proberen ze de krant Daily Mail te overtuigen. "Het is walgelijk. We komen hier al tien jaar om te relaxen. Nu is de sfeer helemaal veranderd. Het is hier vies en rommelig. Ik eet niet graag op een plek waar andere mensen zitten te kijken hoe je eet." Hun besluit ligt vast: "We komen niet meer terug als het hier volgend jaar weer zo'n vluchtelingenkamp is."

Met hun getuigenis kan het koppel maar op weinig begrip rekenen. Onbeschoft, zelfingenomen, arrogant. Het is maar een kleine selectie van de woorden die ze on- en offline naar het hoofd geslingerd krijgen.

Henk Den Hollander neemt het woord 'onmenselijk' in de mond. De Bruggeling is nog maar net terug van Lesbos, waar hij gelijkaardige taferelen zag. Ook voor zijn eiland werden, net als in Farmakonisi, Agathonisi, Samos, Kastellorizo en Chios, de afgelopen dagen mensen uit Syrië en Eritrea uit de zee opgevist. De plaatselijke overheden en organisaties hebben we nergens zien helpen, zo stelt hij. En dus vertoefden migranten vlak voor zijn schilderachtige hotel Aphrodite dag en nacht onder de blote hemel en de verzengende zon.

"Echt heel choquerend is dat. Je komt daar aan, klaar voor een deugddoende vakantie, en dan sijpelt die andere realiteit binnen." De gids had Den Hollander en zijn vrouw al op de bus gewaarschuwd. Negeren was geen optie. "Dat kan niet als je gezellig aan een haventje wat zit te drinken en verderop een groep mensen een flesje water ziet delen. En al helemaal niet als je opmerkt dat de restaurantuitbater zelf die mensen wat eten gaat toestoppen."

Den Hollander snapt het wel, dat reizigers proberen om het probleem niet te zien. "Je kunt ze dat toch niet helemaal kwalijk nemen. Ze hebben vaak veel geld betaald en lang gewacht om er een weekje tussenuit te zijn."

Antoon Vandevelde, filosoof, econoom en hoogleraar aan de KU Leuven, vult aan. "Wie op vakantie gaat, poogt om te ontsnappen aan de dagelijkse banaliteit. Mensen leggen geld op tafel om in een aards paradijs terecht te komen, niet om de afgrijselijkste kant van het leven te zien." Hij noemt het een illusie. "Je kunt natuurlijk niet zomaar hieraan ontkomen. Die wens en die verwachting zijn niet realistisch."

Mens versus consument

De confrontatie tussen zonnekloppers en asielzoekers is niet nieuw. Jaar na jaar duiken er beelden op waarop beide elkaar, in Griekenland, maar evengoed in Spanje of Italië, met de blote voeten in het witte hete zand in de ogen kijken. Vaak is die blik geschrokken en empathisch, maar evengoed is ze geïrriteerd en vijandig.

Volgens Stijn Vanheule, psychoanalyticus aan de Universiteit Gent, zijn het de twee typische reacties van een mens bij een onverwachte gebeurtenis als deze. "Je bent ontspannen, je ligt te genieten, je zit volop in de amusementsindustrie. Als je dan plots wordt geconfronteerd met leed en leven en dood, dan zorgt dat voor gemengde gevoelens."

De harde, scherpe reacties zijn eigen aan die van de westerse mens als consument, legt hij uit. "Die denkt: ik heb betaald en ik wil waar voor mijn geld. Doorprik mijn bubbel niet." Wie meeleeft, ziet de relativiteit in van die keuze. "Sommige weten zich geen houding te geven, zitten gewrongen in het spanningsveld van enerzijds de reactie als consument en anderzijds de reactie als mens. Die uitersten zijn niet met elkaar te rijmen. En maken dat anderen dan weer resoluut voor een van die twee kampen kiezen."

Vanheule stipt aan dat niet alleen toeristen worstelen met die twee uitersten. Ook de lokale bevolking doet dat. De Griek die een hotelletje vlak bij de kustlijn uitbaat, zal dat erkennen. "Aan de ene kant de vijandigheid: wat als mijn klanten hierdoor wegblijven? Aan de andere kant de empathie: ik moet iets voor deze mensen betekenen."

Je zou verwachten dat niet alleen toeristen moeite hebben met de vluchtelingenproblematiek, maar ook touroperators. "Je mag ze eten geven maar mee naar huis nemen is verboden", zo luidde ongeveer 'het eerste hulp bij bootvluchtelingenplan' dat enkele all-invakantiegangers door hun reisorganisator Sunweb kortgeleden ontvouwd kregen. Althans, dat schreef een Trouw-columniste in haar opiniestuk.

In België distantiëren touroperators zich van dit soort adviezen. Ze hebben er zelfs geen, zo blijkt. "Het lijkt me verkeerd om onze klanten zo bij de hand te nemen. Wij gaan ervan uit dat ze zelf het best kunnen beslissen hoe ze met dit soort situaties omgaan", klinkt het bij Hans Vanhaelemeesch, woordvoerder van onder andere Jetair. Hij voegt eraan toe dat er maar weinig plekken zijn waar de confrontatie met sociale en maatschappelijke ongelijkheid uitblijft. "Evenzeer word je hiermee geconfronteerd in Brussel."

Net als Vanhaelemeesch stelt Koen van den Bosch van Thomas Cook dat er geen ongeruste of negatieve reacties van Belgen op Kos of Lesbos volgen. "Dit soort verhalen kennen wij ook maar alleen van de Britse pers. Wij kunnen alleen maar zeggen dat Griekenland en de Griekse eilanden bijzonder populair zijn bij onze klanten." Mochten die op een dag hun bestemming tot beklagen omwille van de bootvluchtelingen, dan zal dat geval per geval worden bekeken, klinkt het nog.

Geld toestoppen

Sinds het begin van dit jaar hebben volgens de Internationale Organisatie voor Migratie al 77.224 mensen de levensgevaarlijke oversteek naar Zuid-Europa gewaagd. Italië kreeg zo al 40.160 mensen te slikken, Griekenland 36.018. De Europese Commissie heeft deze week nog de lidstaten van de Europese Unie een concreet plan voorgesteld om beide landen te ontlasten. In totaal zouden ze de komende twee jaar samen 40.000 vluchtelingen moeten opvangen. Ons land is gevraagd om voor 1.364 asielzoekers een inspanning te leveren.

Op het eiland Lesbos zet niet alleen de lokale bevolking zich in voor de migranten, maar ook de toeristen. Je kunt niet anders, zegt Den Hollander. Nergens zag hij zelf autoriteiten of hulporganisaties. Hij en zijn vrouw stopten dan maar zelf af en toe een sukkelaar wat geld toe. "Meer doen was moeilijk. Mijn echtgenote is terminaal ziek, ik wilde onze mogelijk laatste reis vooral samen spenderen."

Het is lastiger nu ze terug thuis zijn, zegt hij. "Het is pas alsof het nu echt doordringt, hoe vreselijk die situatie is en was, en hoe groot onze verontwaardiging moet zijn. Als ik in een andere situatie had gezeten, dan had ik meer tijd en geld geïnvesteerd in die mensen."

Dat zulke confrontaties kunnen verlammen, duidt psycholoog Vanheule. "Je neemt iets waar en pas daarna komt de schok. Dan pas begin je te verwerken en te broeden. Wat hebben de anderen gedaan? Wat heb ik gedaan? Maar evengoed: waarom heb ik niks gedaan?"

Ook Antoon Vandevelde spreekt over een verrassingseffect aan de kusten van de Middellandse Zee. Je verwacht niet dat je daar samen met een asielzoeker op het strand ligt. "Als je naar Zuid-Afrika of India reist, dan ga je er wel van uit dat je die ongelijkheid ziet, dan ben je er ergens beter op voorbereid." Hij wijst ook op andere reacties. "Een opdringerige bedelaar op een toeristische trekpleister maakt iemand wellicht hardvochtiger dan een toevallig ontmoeting op een strand in Griekenland. Die laatste ontmoeting zal mensen eerder aanzetten tot nadenken."

Vraag is dan natuurlijk wat je met dat nadenken doet. Vandevelde: "Je hebt een heel spectrum aan acties die daaraan gekoppeld zijn: gaande van iemand ter plekke helpen door wat geld of een broodje aan te bieden, tot achteraf thuis een internationale organisatie of kleine ngo steunen. Het een is niet beter dan het ander. Ieder moet voor zich in eer en geweten kijken wat het beste is. Vaststaat, wat mij betreft dan, dat er maar één foute reactie is, en dat is onverschilligheid."