Direct naar artikelinhoud

'Weg met conflict, op naar sociale consensus'

De politie gaat staken. De cipiers gaan staken. De zeeloodsen staken. En, uiteraard, de NMBS gaat staken. Het volk mort, politici volgen en prompt wordt het stakingsrecht in vraag gesteld. Het past in het conflictmodel waar beide kanten, werkgevers en werknemers, in vastgeroest zitten. Tijd voor een nieuw model, zeggen specialisten.

Wie er de nieuwsbulletins op radio en tv, kranten en nieuwssites op naslaat, lijkt niet anders dan te kunnen vaststellen dat staken weer helemaal in is. De NMBS-bonden hebben gedreigd met vijf stakingsdagen, ze verzetten zich ertegen dat het spoorpersoneel gemiddeld een uur per week meer zal moeten werken. De cipiers dreigen met evenveel stakingsdagen wegens personeelstekort. De politiebonden doen hetzelfde, omdat ze het beu zijn dat ze van de bank worden gehaald om de weggevallen cipiers te vervangen. De zeeloodsen hebben dan weer het werk neergelegd omdat ze ook de rivier op willen en het niet nemen dat bevoegd minister Ben Weyts (N-VA) de rivierloodsen een premie geeft.

Maar wie de cijfers bekijkt, zal niet anders dan kunnen vaststellen dat het aantal stakingsdagen in een dalende trend zit. Niet enkel tegenover vorig jaar, met de algemene staking als uitschieter, maar ook tegenover de jaren 60, 70, 80 en, hoewel miniem, de jaren 90. Dat blijkt uit cijfers van het Europese vakbondsinstituut ETUI. Het klopt dat er zich een stijging aftekent ten opzichte van het vorige decennium, maar op de lange termijn is de daling duidelijk zichtbaar.

Die tegenstrijdigheid tussen de schijnbare toename van het aantal stakingsdagen en de cijfers heeft veel te maken met perceptie. Vandaag bekijkt de burger een staking al snel met een geïrriteerde blik. Pendelaars die niet op hun werk geraken, postpakketjes die te laat op hun bestemming geraken of een heel stadsdeel dat is afgesloten omdat het vol landbouwers en tractoren staat. "De publieke opinie vraagt om rekening te houden met het effect dat de onderhandelingen tussen werkgevers en werknemers op derden kan hebben", legt onderhandelingsexpert en professor Dirk Van Poucke (UGent) uit. "Dat is een groot probleem voor beide, en het is onethisch wanneer onderhandelaars daar geen rekening mee houden."

Getouwtrek

Dit aloude conflictmodel staat onder druk, vindt Van Poucke. Een mening die zijn collega Katia Tieleman (prof onderhandelen en conflictmanagement aan de Vlerick School, verbonden met Harvard Program on Negotiation) deelt. "Het leidt tot een getouwtrek dat automatisch escaleert tot je met een winnaar en een verliezer eindigt", zegt Tieleman. "Uiteindelijk gaat het niet meer over het bereiken van doelen maar over het overwinnen van de tegenpartij."

Het probleem van deze werkwijze is volgens Tieleman dat de onderhandeling in het beste geval uitdraait op een compromis. De koek wordt in twee verdeeld, maar tot een echt fundamentele oplossing van het probleem komen de onderhandelaars niet. "Het is als een dokter die je een aspirientje geeft voor hoofdpijn, maar niet naar de onderliggende oorzaak kijkt. Als een bedrijf moet besparen en met een bedrag naar de vakbondsvertegenwoordiging stapt, is de kans groot dat de bonden de deur dichtslaan. Als je uitlegt dat die besparing nodig is om de vestiging in België te houden, omdat het anders naar een goedkoper land moet, krijg je al een heel ander vertrekpunt voor de onderhandelingen."

Nog een misvatting die moeilijk uit de wereld is te helpen, is dat staken vooral een strijdmiddel is in publieke bedrijven. De erg zichtbare NMBS voedt dat beeld, maar daar staat de vakbond dan ook heel sterk. "De breuklijn ligt niet tussen publiek of privé, maar hoeveel macht de vakbond heeft", legt Tieleman uit. "Bij de NMBS is dat zo, maar ook bij bedrijven die erg hoge energienoden hebben. Bij een staking lopen de kosten meteen hoog op. Heel vaak gaat zo een bedrijf bij een stakingsdreiging geneigd zijn om toe te geven."

Staking is daarnaast ook een cultureel gegeven. Amerikaanse bedrijven, die minder bekend zijn met het Belgische overlegmodel, gaan heel anders om met sociaal overleg dan Scandinavische bedrijven. Constructeur Volvo betrekt de bonden bij de besluitvorming, zegt Tieleman, en luistert naar hun mening.

In Duitsland gaan bedrijven nog een stap verder. In het model van mitbestimmung, medezeggenschap, zetelt de vakbond in het bestuur en kan dus mee de richting van het bedrijf bepalen. Maar die macht brengt ook verantwoordelijkheid met zich mee. Wat goed is voor het bedrijf, moet goed zijn voor de vakbond, maar omgekeerd geldt het evenzeer. Dat is een heel andere benadering dan het conflictmodel waar sommige partijen in België aan werkgevers- en werknemerszijde blijven vasthouden.