Direct naar artikelinhoud

Mayday voor nieuwe helikopter?

Na amper drie jaar dienst staan de vier helikopters die de Seakings moeten vervangen allemaal aan de grond. Drie ervan voor liefst anderhalf jaar. En toch is de NH-90 een succesverhaal, meent Defensie.

De vervanging van de C-130. De opvolger van de F-16. Daar was Defensie mee bezig in de zomer van 2005. Niet met de aankoop van een nieuwe vloot helikopters. En toch was het daarmee dat toenmalig premier Guy Verhofstadt (Open Vld) iedereen verbaasde door plots aan te kondigen dat ons land tien nieuwe toestellen zou aankopen, waarvan twee optioneel.

Uiteindelijk werden die tien toestellen er acht: vier ervan moeten de Seakings aan de kust vervangen bij reddingsoperaties en zullen op termijn ook worden ingezet ter ondersteuning van missies van de twee Belgische fregatten. De vier andere dienen voor troepentransport.

De aankoop van de NH-90's kaderde in de grote Europese droom van Verhofstadt, met een verregaande militaire samenwerking. Het idee was dan ook om de nieuwe helikopters te laten maken door een Europese constructeur. Dat lukte: de NH-90's hebben hetzelfde moederbedrijf als de legendarisch rampzalige Fyra-treinstellen, de Italiaanse holding Leonardo, vroeger Finmeccanica genaamd.

Het idee was ook om de verschillende Europese legers op termijn met hetzelfde type helikopter uit te rusten. Dat lukte dan weer veel minder goed. Want hoewel heel wat Europese landen de NH-90 in de loop der jaren aankochten, is geen enkel toestel perfect inwisselbaar voor een uit een ander land. Er bestaan inmiddels liefst tweeëntwintig versies van de NH-90 verspreid over heel Europa.

Ieder land drong namelijk aan op eigen specificaties. "Wat Europese samenwerking betreft is dit dus een dossier waaruit we vooral kunnen leren hoe het niet moet", klinkt het dan ook droog op het kabinet van minister van Defensie Steven Vandeput (N-VA).

Zeezout

En toch is Defensie vandaag best tevreden over de helikopters. "Toptoestellen", luidt het. Hoewel over de NH-90 internationaal horrorverhalen de ronde doen met in de hoofdrollen loskomende uitlaten, plooiende bodemplaten en carrosserieën die niet bestand zijn tegen zeezout, is niets van dat alles de reden waarom de vier helikopters van de marine vandaag allemaal weer bij de constructeur staan.

"Dit was gepland", zegt Vandeputs woordvoerder Laurence Mortier. "Op het moment dat de eerste drie helikopters werden geleverd, was de definitieve versie van onze radar nog niet beschikbaar. Ze moesten dus sowieso nog eens terug voor een upgrade. En om efficiënt te zijn, krijgen zij ook ineens hun groot onderhoud. Daarom zijn we ze anderhalf jaar kwijt."

Dat groot onderhoud vindt plaats na zeshonderd vlieguren en houdt in dat de helikopter quasi tot op het frame wordt uitgekleed en weer opgebouwd. Een oefening die per stuk zowat een jaar in beslag neemt. De drie toestellen gingen wel gefaseerd binnen. Het eerste zou midden februari al terug moeten zijn, het laatste wordt begin 2019 opnieuw verwacht. Net op het moment dat de Seakings, die nu hun werk gewoon voortzetten, met pensioen gaan. De vierde NH-90, die vorig jaar nog maar werd geleverd, krijgt momenteel een klein onderhoud en zou binnen enkele weken alweer paraat moeten zijn.

Compensaties

Wil dat dan zeggen dat er helemaal niets mis is met die nieuwe helikopters? Nee, benadrukt Yves Huwart van militaire vakbond ACMP. "Onze versie van de helikopters zou in principe tegen het zeezout bestand moeten zijn, maar of dat ook echt zo is, zal de toekomst nog moeten uitwijzen", zegt hij.

Maar zijn grootste punt van kritiek ligt elders: bij de fregatten. Die worden uitgerust met een speciale landingsbaan en hangar om de NH-90's te kunnen herbergen bij gezamelijke missies. "Dat kostte vele miljoenen euro's", zegt Huwart. "Maar het toppunt is dat de helikopters pas over tien jaar inzetbaar zullen zijn voor missies met de fregatten. En dat het plan is om de huidige fregatten tussen 2025 en 2030 te vervangen door nieuwe exemplaren. Dat is dus puur weggesmeten geld."

Binnen Defensie wordt dat tegengesproken. Zelfs wanneer de fregatten niet meer met Belgische NH-90's kunnen samenwerken, dan zou dat wel kunnen met die van de Nederlandse of Franse buren.

Defensie heeft de constructeur overigens wel gevraagd om de boeteclausules uit het contract te lichten, omdat de helikopters niet werden geleverd volgens de oorspronkelijk gevraagde specificaties. De NH-90's kostten de Belgische overheid om en bij de 35 miljoen euro per stuk.