Direct naar artikelinhoud

Survival of the fittest in de cultuurwereld

Dat de cultuurbesparingen van de Vlaamse regering pijnlijk zullen zijn, is duidelijk. Maar de grote vraag is of ze ook logisch en noodzakelijk zijn. 'Snoeien om te bloeien', klinkt het bij voorstanders. 'We zitten opnieuw in een situatie van grote onvoorspelbaarheid en dat is contraproductief', antwoorden experts.

Besparingen zijn altijd pijnlijk en maken altijd slachtoffers. Met de bezuinigingen die minister Sven Gatz (Open Vld) in de cultuursector wil doorvoeren, zal het niet anders zijn. Theaters zullen producties moeten schrappen, een aantal artistieke groepen zal overkop gaan en de minister maakt er geen geheim van dat dit jobs zal kosten. Het is dan ook niet verwonderlijk dat de cultuursector sinds woensdag in een soort shellshock verkeert en dat iedereen probeert in te schatten wat de impact van deze hakbijloperatie zal zijn.

Tegelijk proberen experts die iets minder emotioneel betrokken zijn de logica van de operatie te achterhalen. Hoewel ze op bepaalde vlakken milder zijn voor de Vlaamse regering dan de cultuurwereld, vrezen ze dat het besparingsplan enkele zware neveneffecten zal hebben.

Annick Schramme, opleidingsverantwoordelijke cultuurmanagement aan de Universiteit Antwerpen, doorprikt het idee dat deze (centrum)rechtse regering het gemunt zou hebben op de linkse artistieke elite. "Ik heb de indruk dat Bourgeois en co. op alle gebieden willen besparen met als gevolg dat ook de cultuursector getroffen wordt."

Wel schuilt er volgens Schramme een groot gevaar in de snelheid waarmee de besparingen doorgevoerd worden. Gatz wil dat de cultuurhuizen zo goed als onmiddellijk beginnen te bezuinigen. "Dat is echt geen manier van werken. Cultuurhuizen functioneren het best met een langetermijnprogrammatie en hebben met artiesten en theatergezelschappen allerhande contracten lopen. Moeten die contracten nu plotseling verbroken worden? Dat is echt niet slim.

"Het zou veel verstandiger zijn om als minister net het omgekeerde te doen: aankondigen dat je tegen 2016 gaat besparen zodat de sector zich daar beter op kan voorbereiden. Maar omdat er bijna meteen centen verdwijnen, zitten velen in zak en as."

Fetisj

Ook economieprofessor Bruno Heyndels (VUB) vreest dat abrupte besparingen voor problemen zullen zorgen. "Dat is onmiskenbaar. Naast geld heeft de cultuursector ook nood aan continuïteit en een langetermijnbeleid. De afgelopen jaren is op dit vlak vooruitgang geboekt. Maar nu zitten we opnieuw in een situatie van grote onvoorspelbaarheid en dat is contraproductief. Als een artistieke organisatie van de ene dag op de andere een deel van haar dotatie verliest, dan betekent dat voor die mensen een ramp."

Stefaan De Ruyck, algemeen directeur van Kunstencentrum Vooruit, merkt op dat het ritme van de besparingen niets met verstandig cultuurbeleid te maken heeft. "De logica van deze Vlaamse regering is puur cijfermatig. De ministers worden gedreven door de fetisj dat er in 2015 een budgettair evenwicht bereikt moet worden en al de rest moet daarvoor wijken. Natuurlijk is het veel verstandiger om een besparingsoperatie beter voor te bereiden. Maar dat is absoluut niet aan de orde. Alles moet nu en onmiddellijk gebeuren.

"Minister Gatz werd in een heel rigide kader geperst waarover hij zelfs niet heeft kunnen onderhandelen: toen Open Vld besloot om tot de regering toe te treden, lag het regeerakkoord al vast. Het enige wat Gatz mag doen, is deze rigide cijferdans tot een goede einde brengen."

Ook Annick Schramme stelt een gebrek aan beleidscreativiteit vast. "Met de nodige creativiteit kun je verstandig besparen, waardoor de impact van de operatie beter wordt geabsorbeerd. De regering zou kunnen nadenken over alternatieve financiële hefbomen. Ik denk bijvoorbeeld aan een aantal fiscale voordelen.

"Als de minister een ondernemende houding van de cultuursector verwacht, dan mag die sector ook een ondernemende overheid eisen." Schramme vindt het ook vreemd dat Gatz nu besparingen doorvoert en op het einde van de legislatuur nieuwe investeringen belooft. "Mathematisch lijkt me daar toch iets aan te schorten. Ik vraag me ook af in hoeverre die toekomstige investeringen weloverwogen keuzes zijn en in welke mate ze gedragen worden door visie."

De meeste experts interpreteren de belofte voor toekomstige investeringen als volgt: het huidige Kunstendecreet loopt tot eind 2016 en Gatz hoopt dat tegen dan een aantal gesubsidieerde culturele organisaties overkop zullen zijn gegaan, waarna er financiële ruimte ontstaat om de overlevers iets meer te geven. 'Snoeien om te bloeien' lijkt een centraal element te worden bij de aanpak van Gatz.

Schramme: "Maar ook zo'n survival of the fittest heeft weinig met beleid en visie te maken. Met zo'n houding wordt geen rekening gehouden met de artistieke waarde van projecten. Een groep die het artistiek uitstekend doet, maar genekt wordt door de besparingen, is ten dode opgeschreven. Met artistieke kwaliteit heeft het weinig te maken en dat zal een demotiverend effect hebben."

Handen in het haar

Bruno Heyndels: "Snoeien om te bloeien? Is het op die manier dat de nieuwe besparingen omschreven worden? Dat is natuurlijk een boutade. En uiteraard is het altijd mogelijk om aan een besparing ook voordelen te koppelen. Sommigen zullen zeggen dat de culturele sector opnieuw zal beseffen dat subsidies geen evidentie zijn, waardoor kunstenaars nog meer zullen nadenken over hun maatschappelijk belang. Ikzelf waag me niet aan zulke redeneringen. Al was het maar omdat het heel cynisch overkomt bij al die mensen uit de cultuursector die sinds deze week met de handen in het haar zitten."

De redenering van de Vlaamse regering dat cultuurhuizen de vermindering van hun subsidies kunnen compenseren met privégelden stoot bij experts op grote reserves. Schramme: "Keer op keer blijkt dat sponsoring en andere privé-investeringen te beperkt zijn om de basisfinanciering van een cultuurorganisatie te vervangen. Bovendien is het geen goed idee om in tijden van economische laagconjunctuur beroep te doen op de privésector.

"Ook bedrijven hebben het moeilijk en kunnen niet zomaar budgetten voor cultuur reserveren. Zeker voor vernieuwende gezelschappen die grensverleggend willen zijn en artistieke risico's durven te nemen is sponsoring niet haalbaar. Subsidies zijn hier de enige financieringsbron. Waar ik wel in geloof, is dat verschillende organisaties beter gaan samenwerken. Synergie kan voor kostenbesparingen zorgen waardoor een vermindering aan subsidies opgevangen kan worden."

Calimero's

Dat de hele besparingsoperatie de komende weken nog voor verhitte debatten zal zorgen, met de mondige cultuurwereld en de politieke oppositie, blijkt uit de reactie van Groen-parlementslid Bart Caron: "Een besparing met een logica? Kom nou. De grote culturele instellingen worden gespaard omdat N-VA die als de politiek prestigieuze vuurtorens van Vlaanderen beschouwt.

"De keuze om het sociaal-cultureel werk te ontzien, is niet meer dan een politieke eis van CD&V. Die partij wil haar middenveldorganisaties beschermen. En door op de VRT te besparen, wil Open Vld een oude droom realiseren: via besparingen het marktaandeel van de openbare omroep aantasten ten voordele van privézenders. Voorts vertrekken onze Vlaamse ministers van het denigrerende cliché dat onze cultuurmensen potverteerders zijn en calimero's, terwijl het eigenlijk over gepassioneerde en zeer hard werkende mensen gaat. Neen, met echte inhoudelijke keuzes heeft dit alles weinig te maken."