Baron Lamfalussy voorspelt nog bankellende
‘Als het economische herstel op zich laat wachten, krijgen de banken een tweede zware golf probleemkredieten te verwerken. Die kan ook goed geleide banken in de problemen brengen’, sprak baron Alexandre Lamfalussy tijdens een hoorzitting in het federaal parlement.
Hij verwees naar de resultaten van de stresstests waaraan heel wat banken worden onderworpen.De meeste banken hebben de risico’s van hun portefeuille gestructureerde kredieten stilaan onder controle. Maar als de economie zich tegen het einde van het jaar niet herpakt, zullen de banken aanzienlijke verliezen lijden op hun traditionele kredieten, bedrijfskredieten en vastgoedkredieten, aldus de financieel expert.Lamfalussy, in een ver verleden voorzitter van het Europees Monetair Instituut, de voorloper van de Europese Centrale Bank, lichtte gisteren voor de commissie Financiën het rapport toe dat hij samen met andere experts heeft gemaakt over het bankentoezicht in ons land. Zij stellen de oprichting voor van een Comité voor Systeemrisico’s, met duidelijke bevoegdheden.
Informatie achterhouden
Dat zou een brug vormen tussen de Nationale Bank en de CBFA, wat de doorstroming van informatie ten goede moet komen. “Het achterhouden van informatie is een echte sport”, zei Lamfalussy. “Dat willen we vermijden door van het Comité een gespierd orgaan te maken.”Nogal wat parlementsleden vonden de hervormingen die de werkgroep-Lamfalussy voorstelt niet ver genoeg gaan en drongen erop aan over te stappen naar een model van geïntegreerd toezicht, in de schoot van de Nationale Bank. Dat model draagt ook de voorkeur weg van Lamfalussy zelf. Maar de expert acht het moment niet geschikt om zo’n fundamentele hervorming door te voeren, precies omdat er nog een bankenschok kan komen. “Over twee of vier jaar, als de toestand in de bankensector gestabiliseerd is, kunnen we dat debat heropenen”, zei hij. “De aanbevelingen in ons rapport kunnen relatief snel gerealiseerd worden”, aldus Lamfalussy. “Doe het”, maande hij de parlementsleden aan, “dan kunnen we al een stap doen”. Hij beklemtoonde dat zijn voorstel voor hervormingen van het financiële toezicht niet politiek geïnspireerd is. “Ik redeneer nooit in ideologische termen”, stelde hij.Enkele parlementsleden drukten de vrees uit dat de bankiers en de toezichthouders geen fundamentele lessen trekken uit de bankencrisis en zo snel mogelijk tot business as usual willen overgaan.