Direct naar artikelinhoud

Betankt en tot ziens

'Tanks zijn een relikwie aan het worden.' Vijf jaar nadat het Belgisch leger geen toekomst meer zag in de gepantserde voertuigen, woedt nu ook het debat in Washington. Omdat drones en kruisraketten efficiënter zijn. Lichter ook. Requiem voor de tank? Ook daar bestaat een lobby voor.

Met het woord iconisch moet je voorzichtig zijn, maar in 1989 maakte fotograaf Charlie Cole op het Tiananmen-plein een beeld dat niemand ooit vergeet: één manifestant houdt (minstens) vier tanks tegen. Eerder had je er al een gezien op schoolreis of bij het keerpunt van de oudste wielerklassieker: in Bastenaken staat op La Place McAuliffe een Sherman-tank die herinnert aan het Ardennenoffensief. Grappig is dat Wikipedia schrijft hoe in Nederland tot de Tweede Wereldoorlog de term 'vechtwagen' voor de tank werd gebruikt.

'The Army', zo schrijft The Washington Post, zegt dat ze hem niet meer nodig hebben. "Maar de industrie blijft ze bouwen." En dat is een argument in een land waar vaderlandsliefde, dadendrang en, in dit geval, vooral economie van belang is. Lees jobs. De tank die, bijvoorbeeld, te zien is op een foto uit Irak (met Amerikaanse militairen die vanop het pantservoertuig toekijken hoe het standbeeld van Saddam Hoessein naar beneden wordt gehaald) werd gemaakt bij BAE Systems. Dat zorgde voor trots. Vandaag, zegt Alice Connor van BAE Systems: "Het is triest dat iemand die 35 jaar ergens gewerkt heeft, vlak voor zijn pensioen nog ontslagen wordt." Wat gebeurt. Want, 'the army', heeft ze dus niet meer nodig. Bestellingen blijven uit.

Jobverlies en wapenlobby

Vijfduizend tanks bezit het Amerikaanse leger vandaag. Bij BAE Systems maakten ze daarvan sinds 1960 de Hercules, de Paladin en het Bradley Fighting Vehicle. Vanaf de jaren tachtig ging de productie wel wat naar beneden, de voorbije jaren waren de 2.500 werknemers vooral bezig met het opknappen van gehavende tanks die van allerlei slagvelden terugkeerden, aan een tempo van zeven herstelde tanks per dag. Vooral 2008 was een bijzonder druk jaar, met de oorlogen in Irak en Afghanistan. Toen moest BAE zelfs zeshonderd extra werkkrachten inhuren om het ritme te kunnen volgen.

Moest: verleden tijd. Bij BAE Systems werken nog 500 mensen. En gevreesd wordt dat dat de laatste worden.

Vandaag zijn kruisraketten en drones het heden en de toekomst. Probleem is dat een politieke keuze (zeg maar een afschaffing) niet zo evident is. Aan de ene kant is er de keuze van het leger en het Pentagon, aan de andere kant staat het congres dat gevuld is met vertegenwoordigers die allesbehalve jobverlies in hun eigen regio's willen veroorzaken en aan nog een andere kant staat de wapenlobby. In The Washington Post zegt Heidi Shyu, aankoopverantwoordelijke van het leger: "Onze verantwoordelijkheid is te doen wat goed is voor de belastingbetaler. De CEO van het bedrijf moet goed doen voor zijn aandeelhouders."

Volgens Brett Lambert, beleidsverantwoordelijke van het Pentagon, is er een belangrijke knop omgedraaid in hoe men tanks bekijkt. "Elke dollar die het Pentagon besteedt aan iets wat we niet meer nodig hebben, is een dollar die we niet kunnen besteden aan iets wat we nodig hebben."

Dit verhaal vliegt naar België. De tank, waarvoor de Fransman Levavasseur al in 1903 een ontwerp tekende met rupsbanden en die vooral op de slagvelden van de Eerste Wereldoorlog het bewijs waren van de moderne oorlogsvoering, heeft hier al enkele jaren geen toekomst meer.

In 2009 werd beslist dat de Leopard-tanks 'uit de inventaris zouden verdwijnen'. "Toen maakten we de keuze om van een zware brigade over te gaan naar meer mediane vuurkracht", zegt Kurt Verwilligen, woordvoerder van defensieminister Pieter De Crem. "Het concept van de zware tanks was er een van de Koude Oorlog. Dat tijdperk is voorbij. Toen is al beslist om ze te vervangen door voertuigen van het type AIV MOWAG."

Monument

Uitgerekend dit jaar wordt officieel afscheid genomen van de Leopards. Op 21 juli 2014, bij het traditionele militaire defilé, mogen ze nog een laatste rondje rijden voor het Koninklijk Paleis. Koning Filip, met naast hem de ontslagnemende minister van Defensie of de nieuwe, zal groeten. 'Betankt voor de bewezen diensten.' En dan verdwijnt de Leopard voorgoed.

Omdat België zoveel slimmer is dan de Verenigde Staten? Jo Coelmont, Belgisch brigadegeneraal op rust en vandaag nog verbonden aan het Egmont Institute, zegt voorzichtig te zijn met die vergelijking. "In België was het altijd zaak om met een bescheiden budget een beleid te voeren. Dat beleid is er dan ook nog op gericht dat het materiaal in alle mogelijke scenario's operationeel moet zijn. Vier pijlers zijn voor ons leger belangrijk: evacuatie, humanitaire hulp, peacekeeping en gevechtssituaties."

Spreken we dan over rollend materieel, dan is het duidelijk: met zware Leopard-tanks kun je vrijwel niets doen voor evacuatie en humanitaire hulp en zeer weinig bij peacekeeping. "Voor de Verenigde Staten ligt dat natuurlijk anders", zegt Coelmont. "Ze hebben middelen voor het volledige spectrum en voor alle mogelijke situaties. Maar ook daar wijzigt de oorlogsvoering. Op dit moment heeft niemand nog veel appetijt voor 'boots on the ground' gedurende een langdurige periode. Ook bij hen geldt vooral het 'quick in, quick out'-principe. Heb je dan veel plaats voor tanks? Ze zijn zeer zwaar, zorgen voor grote logistieke problemen en zijn niet zo vlug transporteerbaar. Logisch dus dat ze in vraag worden gesteld."

"Eigenlijk is een tank een zeer goed beschermd artilleriestuk. Maar de taken die een tank voor zich neemt, worden ook door cruiseraketten, gevechtsvliegtuigen en onbemande drones gedaan. Tanks zijn dus van een vorige generatie. Want investeer je erin, dan doe je dat niet voor tien jaar. Maar meteen voor tientallen jaren. Is de conclusie dan dat ze geen toekomst hebben, dan moet je dat niet doen."

Of, zoals dit verhaal begint: "Tanks zijn een relikwie geworden." Straks hooguit een monument. Zoals in Bastenaken.