Direct naar artikelinhoud

Het nieuws van gisteren komt onder de hamer

In Parijs komen ruim tweehonderd foto’s uit de collectie van de legendarische fotoredacteur John G. Morris onder de hamer. Anders dan bij de meeste andere fotoveilingen betreft het geen kunstfoto’s, maar nieuwsfoto’s. Grote vraag is: wat zullen ze opbrengen?

De Amerikaan John G. Morris (94) is een legende als fotoredacteur. Hij werkte bij het tijdschrift Life en bij fotoagentschap Magnum, en runde de fotoredacties van The Washington Post en The New York Times. Ook kende hij vrijwel alle grote kranten- en tijdschriftenfotografen uit de vorige eeuw, zoals Robert Capa, Henri Cartier-Bresson, David Seymour en W. Eugene Smith.

Volgende week zaterdag wordt in Parijs Morris’ fotoarchief geveild, dat voor een groot deel bestaat uit werk van zijn beroemde vrienden. Een van de topstukken is bijvoorbeeld een zeer zeldzame foto die oorlogsfotograaf Robert Capa maakte van een zigeunerbruiloft in Slowakije in 1947. Van de foto bestaat voor zover bekend maar één print. Het negatief ging waarschijnlijk verloren in de jaren vijftig.

Ook veel andere foto’s hebben grote historische waarde. Van Capa wordt ook nog een vroege print aangeboden uit de beroemde serie van elf die hij schoot tijdens de Amerikaanse landing in Normandië. Bijzonder is ook een foto die Morris zelf vlak na D-Day maakte van Capa, terwijl die Duitse krijgsgevangenen fotografeert (het is de enige bekende foto van Capa aan het werk in oorlogsgebied). En wat te denken van de informele familiekiekjes van de Kennedy-familie, gemaakt door de Amerikaanse fotograaf Toni Frissell?

Toch is de grote vraag wat de 230 foto’s vanmiddag bij veilinghuis Drouot zullen opbrengen. Want, zo verklaarde Morris vanuit zijn huis in Parijs aan The Guardian, er is eigenlijk geen precedent. “Ik weet dat het vreemd is om te zeggen, maar fotoveilingen bestonden in het verleden vooral uit esthetisch verantwoorde prints, die niet noodzakelijkerwijs veel te maken hadden met het vertellen van de waarheid over het leven in tijdschriften en kranten.”

Kunstfoto’s dus, om het met iets minder omhaal van woorden te zeggen. Dat die tegenwoordig heel wat geld kunnen opbrengen heeft iedereen de afgelopen jaren in de kranten kunnen lezen. In 2004 bracht een foto van een door de maan verlichte vijver van de Luxemburgse fotograaf Edward Steichen bijna 3 miljoen dollar op. Ook voor foto’s van Edward Weston (Nude), Richard Avedon (Dovima with Elephants) en Andreas Gursky (99 Cent) werden miljoenen betaald.

Gaan verzamelaars net zo diep in de buidel tasten voor nieuwsfoto’s? Vermoedelijk niet, beseft Morris. Al is het maar omdat deze er in veel gevallen minder gaaf uitzien doordat het gebruik in media zijn sporen heeft nagelaten.

Hoeveel potentiële kopers als Getty Images wel op tafel willen leggen, zullen we na vanmiddag weten. De richtprijzen op de veiling variëren in elk geval van 25 euro tot zo’n 10.000 voor de zigeunerfoto van Capa. Maar zelfs al worden de schattingen niet precies gehaald, dan nog is de veiling voor Morris geslaagd als er een mooie basis wordt gelegd voor de toekomst: “Dit is de eerste keer dat zo’n verzameling fotojournalistiek op de kunstmarkt wordt verkocht. Ik hoop vooral dat dit leidt tot meer waardering voor het genre.”

De hoogbejaarde Amerikaan gaf wel toe met gemengde gevoelens afstand te doen van zijn foto’s. “Maar aan de andere kant: wat ga ik ermee doen op mijn leeftijd? Ik heb niet het eeuwige leven.”