Rechtsachter Høgli van tribune naar basiself bij Club Brugge
De ene match zit Tom Høgli op de bank, de andere in de tribune, nog een week later staat hij gewoon in de basis. Na anderhalf jaar is de kleine Noor een van de meest gecontesteerde spelers bij Club Brugge. Maar Høgli geeft de moed niet op.
Goed anderhalf jaar geleden werd Tom Høgli als achtste van elf zomertransfers bij Club Brugge voorgesteld. De Noorse international werd op aangeven van scout Rune Lange bij Tromsø weggeplukt en moest de vaste rechtsachter van blauw-zwart worden. Tot daar de theorie, want de praktijk zag er helemaal anders uit. In zijn eerste weken bij Club, onder Adrie Koster, moest Høgli depanneren op linksachter. Pas later werd hij door Christoph Daum op zijn favoriete positie geplaatst.
Vandaag, diep in zijn tweede seizoen bij Brugge, is de vleugelverdediger nog steeds geen vaste waarde in Jan Breydel. Een frustrerende situatie voor de speler, die vreesde dat hij daardoor ook zijn plaats bij de nationale ploeg kon verliezen. Tijdens de winterstage in Marbella begon Høgli daarom uit te kijken naar een andere club. "Ik wilde niet per se weg, maar het leek me de beste oplossing voor alle partijen", zegt hij. "Verschillende ploegen waren concreet geïnteresseerd en ik speelde niet. Dan denk je na over een vertrek."
Het bleef bij denken, want ondertussen ziet de situatie er weer helemaal anders uit. Zowel tegen AA Gent als tegen OHL stond Høgli aan de aftrap. De komende maanden zal hij met Carl Hoefkens, die aan zijn laatste maanden bij Club bezig is, en Thomas Meunier, die op dit moment geblesseerd is, strijden voor een basisplaats. "Dat ik opnieuw mag spelen, is goed", zegt Høgli. "De omstandigheden zijn heel verschillend van die voor Nieuwjaar."
Ondanks de woelige eerste seizoenshelft heeft de Noor, naar eigen zeggen, nooit het hoofd laten hangen. "Ik ben altijd positief gebleven. Het was de eerste keer in mijn carrière dat ik zo ver van het team stond, maar al bij al kon ik er goed mee overweg. Ik probeerde in vorm te blijven, op training gaf ik mij altijd voor honderd procent."