Direct naar artikelinhoud

Proza, geen Prozac

Kan literatuur helend werken? Het juiste boek kan op het juiste moment enig lijden verzachten. U vertelt het probleem, de boekendokters schrijven voor. Cathérine Ongenae

Op een boogscheut van de Tuilerieën in Parijs, in de rue Castiglione, ligt Pharmacie Swann. De oude apotheek is genoemd naar de tragisch verliefde Charles Swann in Marcel Prousts à la recherche du temps perdu. In de vitrine staat, op een ereplaats, te midden van parfum en haaraccessoires, het vermaarde boek van Proust. Het is een knipoog naar de therapeutische kwaliteiten die het werk worden toebedeeld. Onder meer de Britse filosoof Alain de Botton stelde in 1997 dat Proust lezen je leven kan veranderen. Hij staat niet alleen met die theorie. Wie Proust leest, wordt meegezogen in het meditatieve van de beschrijvingen. Wie op die manier zijn leven en relaties onder de loep neemt en leert genieten van de kleine geneugten, is gelukkiger dan hij die ijdele, onrealistische hoop koestert. Noem het mindfulness.

"De boekendokter is een ludieke variant op dat thema", zegt schrijver Thomas Blondeau, die drie jaar geleden het idee op Cobra.be lanceerde. "Het concept is losjes gebaseerd op wat Alain de Botton doet met zijn School of Life. Het principe is dat kunst je leven kan beïnvloeden."

De boekendokters, allen auteurs, trekken eropuit om de lezende patiënt te woord te staan. Ook Saskia de Coster hult zich geregeld in witte doktersjas. "Het is fijn om te doen, en die schort geeft me het gevoel dat ik een serieuze job heb", lacht ze.

"Veel mensen nemen die doktersjas ernstig", vertelt Blondeau. "Dat levert soms schrijnende verhalen op. Sommigen komen letterlijk hun hart uitstorten, lopen emotioneel leeg. Voor hen heeft zo'n gesprek echt therapeutische waarde. Vorig jaar stond een vrouw twijfelend voor mijn bureau. Ik nodigde haar uit voor een gesprek, waaruit bleek dat ze haar kind had verloren. Iedereen raadde haar boeken over verlies aan, maar die wilde ze niet lezen. Zij twijfelde over poëzie, wilde iets jongs en fris lezen. Dan ben ik blij dat ik zo iemand op weg kan helpen met namen als Tjitske Jansen of Delphine Lecompte."

Ook op de patiëntenstoel van Saskia de Coster vloeien er al eens tranen. "Een lezer die wist dat ik een mopshond heb, vertelde over zijn eigen mopshonden die hij sinds zijn echtscheiding, zo'n tien jaar geleden, niet meer had gezien. Hij schoot vol. Ik vroeg hem of hij De staart van Patricia De Martelaere ooit had gelezen, een handboek over honden dat tussen de regels over mensen en relaties gaat. Hij bleek een liefhebber van haar werk. Op zulke momenten beland je via fictie weer bij de realiteit en stoot je op onvermoede connecties."

Het idee dat literatuur een therapeutisch effect kan hebben, circuleert al van in de tijd van Plato. Volgens Plato schonken de muzes de mensheid de kunsten, niet voor ledig vertier, maar om het circuit van de ziel schoon en in harmonie te houden. Aanhangers van bibliotherapie geloven dat lezen zowel mentale als fysiologische aandoeningen kan genezen. Hoewel dat ver van bewezen is, vermoeden sommige letterkundigen en artsen dat lezen wel degelijk helend kan zijn. Ontsnappen naar een andere werkelijkheid, de mogelijkheid om afstand te nemen van de eigen context, het meelijden en -zondigen van fictieve anderen in een welomlijnde plot, het genereert wat Sartre de zuiverende reflectie noemt en Aristoteles de catharsis.

"Zo diepzinnig gaat het er bij ons niet aan toe", reageert De Coster. "Men ziet mij meer als een autoriteit bij wie men terechtkan voor praktische tips. Al vertellen mensen ook wel intieme dingen. Alleen al door te luisteren trek je hen mee in je wereld. Dan probeer ik een brug te leggen tussen hun verhaal en schrijvers van wie ik vind dat ze die moeten lezen.

"Liefde is natuurlijk een vaak terugkerend thema. Daar heb ik Jeanette Winterson voor. Voor wie denkt dat ze een beetje gek aan het worden is, is er Miranda July, omdat het altijd gekker kan. Tieners die zeggen dat ze niet graag lezen, beveel ik de graphic novels van Craig Thompson aan. Dat is hun leefwereld."

"Ik wil mensen uit de hoek van het verdomde zelfhulpboek halen", concludeert Thomas Blondeau. "Er is veel vraag naar waargebeurde verhalen over ziektes. Dat begrijp ik, een zware ziekte is erg ingrijpend. Toch probeer ik ook die mensen naar fictie te lokken. Voor migrainepatiënten is er bijvoorbeeld het boek Migraine als muze, waarin neuroloog Joost Haan en wetenschapsjournalist Frans Meulenberg een bloemlezing brengen van beschrijvingen uit goede romans.

"Wie problemen heeft met familie, schrijf ik De correcties van Jonathan Franzen voor. Een lezeres liet me nadien weten dat ze haar man aan de deur had gezet. Ben ik daar verantwoordelijk voor? Zoals Sartre zegt, je kiest zelf aan wie je advies vraagt. In zekere zin kende ze de oplossing voor haar probleem al. Bovendien biedt de literatuur zelden eenduidige antwoorden. Wat ze wel doet, is ruimte maken in ons hoofd waar we kunnen experimenteren. Literatuur leert ons dat we allemaal op zoek zijn naar een manier om ons minder eenzaam te voelen. Meestal willen we horen dat we geen freaks zijn."

De boekendokters op Mind The Book zijn: Peter Holvoet-Hanssen (Do 28 feb, 18.30-21.30 uur / Vrij 2 maart, 14-17 uur) en Louis Van Dievel (Zo 3 maart, 14-17 uur).