Direct naar artikelinhoud

De daden van een dromer

Nadat hij deze zomer een groot overzicht heeft gekregen in Tate Modern, is de Belgisch-Mexicaanse kunstenaar Francis Alÿs (51) nu te gast in Wiels, in Brussel. Het is zijn eerste ruime tentoonstelling in zijn geboorteland. Alÿs verleidt en charmeert met zijn video’s, tekeningen en schilderijen, die evenzeer tot nadenken stemmen. De mens is fragiel, elke actie is futiel. Maar met de moed der wanhoop verzet Alÿs bergen. Letterlijk. door Eric Rinckhout

Een eenvoudig animatiefilmpje waarin een vrouw eindeloos water van het ene glas in het andere overgiet. Ze wordt begeleid door een slepend Mexicaans liedje waarin de woorden “mañana, mañana” (‘morgen, morgen’) steeds terugkeren. Alÿs verbergt niets: we zien een oud projectietoestel waar het filmpje in een eindeloze lus doorloopt en we zien ook een platenspeler uit de jaren zeventig waarop het 45-toerenplaatje met het liedje onafgebroken draait.

Het animatiefilmpje Liedje voor Lupita is kinderlijk eenvoudig getekend. Het is een van de tederste, breekbaarste en meest melancholische werken die in Wiels te zien zijn. De actie van de vrouw is doelloos en absurd, maar toch houdt ze ook hoop in. De vrouw blijft geloven in haar daden, die ze met een onverstoorbare sierlijkheid uitvoert. Actie is belangrijk, lijkt Alÿs te zeggen, maar leidt ze ook tot iets? Uitstel is ook belangrijk: ‘morgen’ zien we wel weer. De mens leeft van illusies, maar zijn ze zinvol? De video-installatie vertelt ook veel over de kunstenaar zelf: hij heeft er een afkeer van om zaken af te werken, gelooft in herwerking en in langzame processen van revisie.

Dit breekbare werkje was ook in Tate Modern te zien, maar in Wiels wordt het in een totaal andere context gepresenteerd: het scherm hangt aan een soort hengel in een van de grote lege schachten van de voormalige brouwerij. De kijker staat in het ijle, op een ‘hangend’ platform. Daardoor krijgt het animatiefilmpje er een dimensie bij: onder die schijnbaar nutteloze daad gaapt de afgrond. Het maakt Liedje voor Lupita des te weerlozer.

Doolhof

In Wiels is een reeks video’s te zien, verspreid over de verschillende verdiepingen, waarin Alÿs kinderspelletjes in beeld brengt: meisjes die ‘elastiekspringen’, kinderen die steentjes over water keilen en jongens die zandkastelen bouwen. Vooral dat laatste is een strijd tegen het water die op voorhand verloren is en die toch telkens weer opnieuw gestreden wordt. Tegen beter weten in. Eigenlijk beweegt het hele oeuvre van Alÿs zich tussen zinloosheid en utopie, tussen berusting en speelse poëzie.

In dat opzicht is de installatie A Story of Deception - ook de titel van de hele tentoonstelling - veelbetekenend. Een kort filmpje toont telkens weer dezelfde scène: een fata morgana op een verlaten weg in Patagonië. De luchtspiegeling lijkt dichterbij te komen, maar blijft steevast ver weg. Het doel kan nooit bereikt worden, maar tegelijk lonkt de verte. Het is ook daarom dat het wandelen zo belangrijk is in de video’s van Alÿs: de reis, niet de aankomst.

Francis Alÿs heeft zijn tentoonstelling in Wiels, waar hij meer werk brengt dan in Tate, opgevat als een ontdekkingstocht door een doolhof. “Het kan zijn dat bezoekers sommige werken over het hoofd zien. Dat is dan maar zo”, zegt hij. “Ik ben in Wiels op een andere manier te werk gegaan dan in Tate Modern. In Tate was alles geconcentreerd op één niveau. Het parcours was duidelijk. Hier heb ik de tentoonstelling opgevat als een kegel. Op het eerste niveau heb ik heel veel werk samengebracht, zodat de bezoeker een stoomcursus krijgt. Op het tweede en derde niveau zijn er steeds minder werken en wordt alles uitgezuiverd.”

Alÿs toont veel en ook nieuwe schilderijen in Wiels, minuscule maar erg poëtische werkjes, her en der verspreid. Er is de monumentale serie Le temps du sommeil: 120 miniwerkjes op rode tegels, die de kunstenaar ’s nachts schildert. Ze tonen visionaire, surrealistische droomscènes die aan Bruegel en Magritte doen denken. Vaak beeldt Alÿs mannen en vrouwen af. Ze voeren vreemdsoortige rituelen uit die het midden houden tussen kinderspelletjes en turnoefeningen. Heel vaak is er een verband tussen enerzijds die schilderijtjes en anderzijds zijn acties en performances die hij op video registreert.

“Mijn schilderijen zijn het meest ‘noordelijke’, ‘Europese’ element in mijn oeuvre”, zegt Alÿs. “Ik hou ook van het trage en intieme aspect van het schilderen. Ik kan me dan terugtrekken en in mijn eentje bezig zijn. Video’s zijn veel arbeidsintensiever: je hebt toelatingen nodig om te filmen, alles kost tijd en je bent met een ploeg aan het werk. Ja, dat is een kleine coöperatieve. Mijn tekeningen en schilderijen zijn eigenlijk de basis van alles. Het tekenen gaat vanzelf, ik hoop dat die creativiteit niet opdroogt. In mijn tekeningen en schilderijen denk ik ook na over bepaalde processen en werk ik bepaalde dingen verder en anders uit. Door de verkoop van mijn schilderijen kan ik bovendien mijn grotere videoprojecten financieren. Aan die projecten is ook een interessant sociaal aspect verbonden: ze verplichten mij tot samenwerking. Ik kom op die manier onder de mensen, terwijl ik me met schilderen alleen te veel zou terugtrekken in mijn isolement.”

Een van de grootste en tegelijk meest fascinerende videoprojecten is When Faith Moves Mountains (2002), waarvan in Wiels de making-of te zien is. Alÿs slaagde erin om met vijfhonderd vrijwilligers in de buurt van Lima (Peru) een zandduin 10 centimeter te verplaatsen. Een absurde en surrealistische actie die met cameraploegen, zelfs vanuit een helikopter, in beeld werd gebracht, maar die toch een utopisch element bevat. Alÿs verkreeg van de deelnemers totale betrokkenheid. De actie is een deel van het collectieve geheugen geworden en wordt nu al oraal overgeleverd.

Met de jaren is het werk van Alÿs politieker geworden. Grenzen en hun absurditeit zijn een grote rol gaan spelen. The Green Line (2004) is een video die registreert hoe de kunstenaar zelf, op zijn kenmerkende slome manier, met een blik in de hand waaruit groene verf druppelt de ‘grens’ afloopt die in 1948 tussen Palestina en Israël werd vastgelegd. En in 2008 herschilderde hij de straatmarkering op een weg in een voormalige Amerikaanse militaire basis van de zone rond het Panamakanaal. Zo zette hij de symbolische grens tussen Noord- en Zuid-Amerika weer in de verf. Ook nu weer: letterlijk.

Heerlijk paradoxaal

De kunst van Alÿs is heerlijk paradoxaal. Soms wil hij zelfs nauwelijks kunst maken. Hij reist van Tijuana naar San Diego via Nieuw-Zeeland en China, om de zwaarbewaakte grens tussen de VS en Mexico niet te moeten oversteken. Wat er van zijn actie overblijft, is een overduidelijk statement en een prentbriefkaart die elke bezoeker van Wiels gratis mag meenemen. Alÿs duwt een ijsblok voort door de straten van Mexico-Stad, een bijna even doelloze activiteit als de straatventers die elke dag weer hun kraam van en naar het centrum van de stad sjouwen. Het blok ijs smelt langzaam en Alÿs laat een langzaam opdrogend spoor na, als een slak. Iets doen leidt zo vaak tot niets. En toch probeert hij het altijd opnieuw. Het is zijn onwrikbaar geloof in de poëzie van de daad en de veerkracht van de kunst.