Direct naar artikelinhoud

Vlaamse musea eisen VEEL MEER van Gatz

Voor het eerst hebben de Vlaamse musea zich verenigd om zo hun belangen te verdedigen bij Vlaams minister van Cultuur Sven Gatz (Open Vld). De sector wordt structureel ondergefinancierd, klinkt het. Gisteravond overhandigde het Overleg Vlaamse Musea zijn eerste visienota op het kabinet.

Het is een brede waaier aan instellingen die de visienota Volop inzetten op musea hebben ondertekend. Van In Flanders Fields over het S.M.A.K. tot Openluchtmuseum Bokrijk. Een uniek platform, want nooit eerder kwamen de Vlaamse musea als één stem naar buiten.

"Vroeger was dat ondenkbaar, er waren altijd problemen of vetes", zegt Patrick Allegaert, initiatiefnemer van het Overleg Vlaamse Musea en zelf artistiek directeur van het Dr. Guislain Museum in Gent. "Vaak moesten musea eerst alles terugkoppelen bij hun inrichtende macht. Vandaag is dat nog zo, maar voel je ook een grotere autonomie. Vanuit een gemeenschappelijke frustratie heeft ons informeel overlegorgaan, dat al bijna tien jaar bestond, nu een doorstart gemaakt. In het vorige regeerakkoord was ons een verhoging van de middelen beloofd, maar die is uitgebleven. Dat betekent een feitelijke achteruitgang voor de hele sector."

Zo kunnen musea vandaag niet meer aan al hun functies voldoen. "We hadden al te maken met een structurele onderfinanciering", zegt Allegaert. "Het beschikbare budget gaat nu voornamelijk naar het openhouden van onze musea, zodat het publiek ons kan blijven bezoeken. Er is expertise, maar de tijd noch het geld om aan wetenschappelijk onderzoek te doen. Of de markt te volgen, zodat er ook amper een aankoopbeleid is. Als we nu niet investeren in werken van jonge kunstenaars, kan ons dat later duur te staan komen. Op die manier dreigen we ook internationaal niet langer mee te spelen. Daarom vragen we de minister om een extra inspanning. Een goede investering in de toekomst, want het rendement op lange termijn zal groot zijn."

Maar de Vlaamse musea vragen niet enkel om een financiële inspanning. Ze willen ervoor zorgen dat musea met hun cultureel en symbolisch kapitaal duurzaam blijven bijdragen aan de samenleving. "We moeten als musea nog veel meer de ambitie hebben om impact op de samenleving te hebben en publieke waarde te creëren", luidt de visietekst. Zelf zien ze alvast heil in een bredere samenwerking. Maar daarom vragen ze dat die visie ook wordt ingeschreven in het beleid, financieel én inhoudelijk. Alleen dat zal de hele sector sterker maken.

Museumkaart

Een van de voorstellen die ze zo op tafel leggen is de Museumkaart. De kaarthouder kan daarmee een heel jaar gratis naar de deelnemende musea, en krijgt een fikse reductie voor de tijdelijke tentoonstellingen. In Nederland heeft die formule haar succes al bewezen. Zo kochten 1,1 miljoen Nederlanders in 2014 zo'n Museumkaart, goed voor 7,5 miljoen museumbezoeken. Dat leverde een bedrag van 44,1 miljoen euro op, uitgekeerd aan de aangesloten musea.

De visienota komt er op het juiste moment, nu de Vlaamse overheid aan een nieuw Cultureel Erfgoeddecreet werkt. Tegelijk worden ook de bevoegdheden van provincies, steden en gemeenten en Vlaanderen herbekeken. En dat erkent ook de bevoegde minister.

"Ik ben blij dat de museumsector zich verenigt om zijn toekomstvisie te bundelen en zo op een heel constructieve manier mee na te denken over het toekomstige museumbeleid", zegt Gatz. "Ik zal hun voorstellen zeker in overweging nemen in de aanloop naar de conceptnota die dit voorjaar wordt afgerond."

Op 4 februari vindt alvast een 'sectormoment' plaats om de eerste aanzet af te toetsen met de sector.