Direct naar artikelinhoud

PLASTIC kan het milieu helpen redden

Liever een voordeelverpakking dan twee sneetjes kaas geëmballeerd in plastic om het milieu te helpen? Verkeerd gedacht. Want vaak belandt het overschot aan voeding in de vuilnisbak. En net dat is meer milieubelastend, zeggen specialisten. 'Portieverpakkingen zijn bijna altijd beter.'

Een biokomkommer in een doorzichtig plastic folietje. Dat lijkt een tegenstrijdige combinatie. Waarom zou je zo'n stuk groente in een milieuvervuilend jasje steken als het perfect zonder kan? Veel consumenten kiezen daarom liever voor een onverpakt product. Dat stelt ook Milieu Centraal, een Nederlandse onafhankelijk inlichtingenorganisatie. Zij bevroegen duizend van onze noorderburen naar hun verpakkingsvoorkeuren. Drie kwart legt liever onverpakte etenswaar in de winkelkar. Toch is dat niet per se iets goeds, zo zegt Milieu Centraal-woordvoerster Mariken Stolk. Volgens haar kunnen milieubewuste kopers soms beter kiezen voor een omhulde variant. "Verpakkingen hebben wel degelijk een belangrijke functie. Het plastic rond een komkommer beschermt tegen uitdroging, beschadiging en bederf, waardoor de levensduur wordt verlengd en de kans kleiner is dat de groente ongebruikt in de vuilnisbak belandt."

Maar de consument ziet dat anders. Die is overtuigd dat minder verpakking beter is. Zo zegt 60 procent in de Milieu Centraal-studie dat grote voordeelverpakkingen milieuvriendelijker zijn dan portieverpakkingen. Stolk: "Terwijl dat allemaal afhangt van de huishoudgrootte en van hoe vaak mensen een product gebruiken." Ze vat het zo samen: als je uit ervaring weet dat je bij bepaalde producten met overschot zit, kies dan voor de kleinere verpakkingen. Cupjes koffiemelk in plaats van een halve liter bijvoorbeeld. "Bij niet-voeding kies je uiteraard het best wel voor voordeelpakken. Daar speelt bederf geen rol."

Verpakking boven verspilling

Hoe meer verpakking, hoe milieuonvriendelijker: die denkfout wordt ook in ons land veel gemaakt, zo zeggen specialisten hier. Belgen zijn ervan overtuigd dat minder verpakking beter is, terwijl dat helemaal niet geldt als wat in die verpakking zit, niet opgeraakt.

Onlangs nog verkondigde ook Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij OVAM en afvalcoördinator Fost Plus dat minder niet noodzakelijk beter is. Dat stelden beide organisaties nadat ze de milieu-impact van de steeds kleiner en talrijker wordende plastiekjes en kartonnetjes in kaart brachten. "Verpakkingen kunnen een belangrijke rol spelen in de strijd tegen voedselverspilling", werd besloten. "En ze kunnen ook de CO2-uitstoot helpen terugdringen."

In de studie werden voorbeelden aangehaald om te tonen hoe snel te veel verpakking bijdraagt tot verspilling. Zo blijkt dat je beter twee kleine broden van 400 gram koopt in plaats van een groot van 800 gram zodra je een half sneetje moet weggooien. Hetzelfde verhaal gaat op voor een voordeelpak gekookte ham van 250 gram. Minder dan één sneetje over? Koop dan twee schaaltjes van 125 gram.

Dat dat idee voor de consument zo contra-intuïtief is, wijdt verpakkingsprofessor Peter Ragaert van de Universiteit Gent en werkzaam bij Pack4Food aan het visuele aspect. "Ze zien al die papiertjes en folietjes in de vuilnisbak liggen en denken dat dat niet goed kan zijn. Die papiertjes en folietjes liggen immers ook op straat en drijven rond op zee. Dat die verpakkingen ook nuttig kunnen zijn en veel minder kwaad kunnen als ze worden gesorteerd, daar staan die mensen niet meer bij stil."

In de Nederlandse studie werden mensen ook bevraagd naar wat volgens hen milieuvriendelijke verpakkingen zijn. En ook daar gaan ze de mist in. Plastic en metaal werden het meest belastend gevonden, papier en karton het minst. "Dat is niet noodzakelijk zo", duidt Mariken Stolk. "Uit onze studie blijkt dat de totale milieubelasting van papier en plastic zo goed als dezelfde is. Dat komt omdat plastic lichter is, en er dus veel minder van nodig is." Stolk haalt ook aan dat glas niet per se een goednieuwsverhaal is. "Dat is net een bijzondere zwaar verpakkingsmiddel. Als je kunt kiezen voor glazen potjes yoghurt of kartonnen of plastic potjes, dan zijn die laatste beter."

Afstand telt ook mee

Professor Ragaert nuanceert. "Er is geen zwart-witverhaal te vertellen over verpakkingstypes. Het hangt van zoveel factoren af. Voor glas geldt bijvoorbeeld dat afstand een belangrijke rol speelt. Als in een lokaal systeem flessen makkelijk gezuiverd en hervuld kunnen worden, dan kan dat beter zijn dan de PET-varianten."

Ook de studie van OVAM en Fost Plus stelt dat er niet één pasklare verpakkingsoplossing is. Het hangt allemaal af van het type voeding. Ragaert: "Dat beseffen bedrijven ook steeds meer. Bij hen leeft niet langer het idee om zo min mogelijke verpakkingen te gebruiken, maar wel zo optimaal mogelijke. Daarvoor wordt er gekeken naar de levenscyclus van het product, het transport, de bewaring, de bereiding, enzovoort." Zonder verpakkingen kunnen we niet. "Of toch niet zolang de Belg geïmporteerd eten wil en niet elke dag naar de winkel kan."