Direct naar artikelinhoud

Hier komt Google TV

Na de strijd om de wereldwijde smartphone- en tabletmarkt gaan bedrijven als Google en Apple nu met elkaar in de slag om de tv-kijker. Woensdag lanceerden Google en Sony samen Google TV in Nederland.

De nieuwe dienst van de twee bedrijven moet internet en televisie met elkaar integreren. Met de set-topbox van Sony en bijbehorende afstandsbediening van het merk (zie foto), totale kosten: 200 euro, kunnen eigenaars van elke televisie met hdmi-aansluiting op hun beeldscherm televisie kijken, (tegelijkertijd) browsen op internet en YouTube-filmpjes bekijken. Daarnaast is via apps uit Googles appwinkel veel extra te zien en te doen; zo zijn vanaf de zetel onder meer spelletjes te spelen en muziekconcerten integraal te beluisteren.

Google lanceerde Google TV al in 2010 in de Verenigde Staten, maar de dienst sloeg daar niet echt aan. Het bedrijf zegt de ervaringen die het toen heeft opgedaan nu te hebben gebruikt om de dienst te verbeteren. Het gebruiksgemak zou zijn verhoogd en er zouden inmiddels meer apps beschikbaar zijn die speciaal voor gebruik op een groot televisiescherm zijn geoptimaliseerd.

Google is bepaald niet de enige die de tv-kijker aan zich wil binden. Ook Microsoft en Amazon proberen een plekje op de markt te veroveren. Apple is actief op de markt met Apple TV. De settopbox van het Californische bedrijf (kosten 120 euro) maakt content uit de iTunes-bibliotheek eenvoudig toegankelijk via de televisie. Vorige week meldde de Wall Street Journal dat het bedrijf onderhandelingen voert met Amerikaanse kabelmaatschappijen. Door met hen samen te werken, zou Apple zijn klanten ook live-televisie aan kunnen bieden.

Televisiefabrikanten werken ondertussen aan hun eigen platforms voor wat 'smart-tv' of 'connected-tv' wordt genoemd. Naast Google TV heeft Sony al langer zijn eigen platform met Sony Entertainment Network. Ook Samsung houdt het met Samsung Smart TV voorlopig bij een eigen platform. LG en TP Vision (de voormalige tv-tak van Philips) hebben besloten de krachten te bundelen. In juni van dit jaar richtten zij samen de Smart TV Alliance op. Dat samenwerkingsverband moet het voor app-ontwikkelaars mogelijk maken apps te maken die op meerdere smart tv's zijn te gebruiken.

Hoe de kaarten uiteindelijk verdeeld zullen worden, zal grotendeels afhankelijk zijn van het gebruiksgemak van de verscheidene diensten en de hoeveelheid content die beschikbaar komt via de platformen. Door gebrek aan beiden is de opkomst van smart-tv tot op heden nog maar mondjesmaat van de grond gekomen. Uit onderzoek van Sony blijkt dat het merendeel van de 1,5 miljoen mensen die op dit moment in Nederland al een smart-tv heeft, veel meer verwachtte van de dienst dan die in de praktijk waarmaakt.

Apple TV

De strijd om de tv-kijker wordt via uiteenlopende wegen gestreden. Google en Apple hebben in eerste instantie voor een settopbox gekozen die gebruikers zelf aan hun televisie kunnen koppelen. Voordeel daarvan is dat de gebruiker geen aparte televisie hoeft aan te schaffen om televisie en internet met elkaar te integreren. Of die aanpak ook toekomst heeft weet niemand.

Op de smartphonemarkt ging het uiteindelijk om de juiste combinatie van software en hardware. Dat zal naar verwachting op de markt voor connected tv's ook gelden. Apple zou volgens geruchten aan een eigen tv werken. Als die er komt heeft ze op gebied van smart-tv, net als op de smartphonemarkt, zowel de hardware als de software in eigen handen. Google, dat met Android op de smartphonemarkt dominant is op softwaregebied, lijkt voor televisies in eerste instantie ook op de softwarekant te mikken. Google TV is niets meer dan een voor tv aangepaste versie van Android. Een traditionele hardwarepartij als Samsung kiest voorlopig voor eigen software. Ook kabelmaatschappijen spelen een grote rol in de strijd. Door met hen samen te werken, kunnen partijen als Google en Apple ook live-televisie aanbieden.