Direct naar artikelinhoud

'Ik heb er zin in'

Bart Wellens heeft een nieuwe woonst, zijn vrouw opende een nieuwe zaak en in juli krijgen ze nog een baby. Als finishing touch krijgt de man die vier maanden geleden een bijna-doodervaring had ook een nieuwe rij tanden. En zondag, dan koerst hij weer.

"Hans van Kasteren, de manager van het Telenet-Fidea Cycling Team, geeft vandaag zondag 8 januari, een belangrijke en dringende persconferentie in verband met Bart Wellens." Bizar en hoogst ongewoon, zo'n mail om 8.47 uur. Net zoals de aanleiding. Al snel raakte bekend dat Wellens 's nachts in kritieke toestand was overgebracht naar het UZ in Antwerpen. De man had een acute septische shock waarbij meerdere vitale organen dreigden uit te vallen. Intussen staat Wellens vier maanden verder en is hij voldoende hersteld om zondag zijn wederoptreden te maken in de Nederlandse Omloop der Kempen. Hoewel. "Pfff", slaakte de crosser donderdagavond een zucht in zijn nieuwe, nog kale woonkamer. "Die verhuis en de werken aan mijn huis heb ik onderschat."

En tussendoor ook nog trainen.

"Het zal lastig worden. Het gebrek aan wedstrijdritme kan me vooral in zulke kleinere koersen zuur opbreken. In belangrijke wedstrijden nemen de topploegen al snel de controle over waardoor alles kalmeert. Bovendien is het zondag constant draaien en keren en is er slecht weer voorspeld. Ik ben benieuwd wat het wordt. Ik heb goed en veel getraind - mijn trainer heeft me moeten intomen - maar aan een rustig tempo. Pas vorige week tijdens de laatste dagen van de teamstage op Mallorca heb ik de ploegmaats ook bergop proberen volgen. Ik kon een bepaalde tijd mee maar plots was het op. Waar ik als crosser probleemloos een uur in het rood kan rijden, moet ik nu na een kwartier gas terug nemen. Ik ben zo nerveus als een nieuweling die naar zijn eerste wedstrijd vertrekt. Hopelijk haal ik de finish in de buik van het peloton."

Gedaan nu met die moeilijke maanden.

"Elf weken lang heb ik eigenlijk totaal niets gedaan. Pas tijdens de laatste twee weken van die periode begon ik mijn fiets te missen. In het begin sliep ik veel en had ik nergens zin in. Een aantal keer dacht ik aan stoppen maar uiteindelijk zou dat een te zwarte manier zijn geweest om afscheid te nemen. Zo'n beslissing mag je niet nemen als je je niet goed voelt. Ik zou er later alleen maar spijt van gehad hebben... Mijn vrouw en ik hebben veel gesproken over de toekomst. Over de ongelooflijk mooie momenten die ons te wachten stonden. Mijn 'vrouwke' kon met 'Londerlelie' (een kindermassagesalon, red) één van haar dromen waarmaken.

Er was het nieuwe huis. We waren een tweede keer zwanger. Al die dingen leidden ertoe dat ik niet te veel aan de koers moest denken. Ze hebben ons rechtgehouden."

Had je het vaak moeilijk?

"Je stelt je vragen. Waarom, bijvoorbeeld, zou ik nog blijven crossen? Ik heb elk klassement gewonnen, ik was Belgisch en wereldkampioen. Samen met Sven Nys heb ik de cross groot gemaakt. Eigenlijk is het heel mooi geweest. Tegelijkertijd heb ik altijd gezegd dat ik wilde stoppen op een hoogtepunt. En dit was echt geen hoogtepunt. Ik schoof de beslissing voor mij uit. Ook al omdat ik met andere dingen bezig was. Dag na dag heb ik uren in dit huis gesleten. Timmeren, zagen. Het vel van mijn vingers geschuurd. Maar het was plezant. Misschien moet ik me ook gelukkig prijzen dat ik zo mijn gedachten kon verzetten."

Hou je er ook rekening mee dat je helemaal niet meer op niveau geraakt?

"Ik weet hoe fragiel het lichaam is. Mijn fysieke problemen hebben me dat geleerd. Iedereen weet dat het veel pijn doet als je met een hamer op je vinger slaat. Maar hoevéél pijn weten enkel zij die het al gedaan hebben.Over twee weken moet ik weer naar de cardioloog. Als die vaststelt dat mijn hart niet goed reageert op die enkele wedstrijden, is het afgelopen. Punt."

Punt. Wordt het echt zo makkelijk?

"Kijk, het liefst zou ik mijn contract uitdienen en nog twee winters crossen. Maar er zal een dag komen dat ik voel dat het genoeg is geweest en die dag zal ik stoppen. Het zal een redelijk impulsieve beslissing zijn. Stel dat ik aan het nieuwe seizoen begin en cross na cross moet knokken voor een twintigste plaats... Ik blijf koersen omdat ik het graag doe maar als ik achterhoedegevechten moet leveren, zal de goesting snel weg zijn. Ook mijn eergevoel zal me dan helpen met het nemen van de juiste beslissing."

Moet jij nog werken na zo'n carrière?

"Rentenieren is niet mogelijk. Maar ik kan het wel een tijdje uitzingen en rustig wachten tot er iets leuks mijn richting uitwaait."

Denk je nog vaak die ene nacht?

(lachend) "Ik moet mijn verhaal sowieso telkens weer vertellen. Vorige week op Mallorca werd de herinnering akelig levend. Ik vertoonde dezelfde symptomen als de dag voor het BK. Ik begon te braken, had diarree, begon te rillen. Ik heb meteen het nummer van het UZ Antwerpen opgezocht in mijn gsm. Ik stond op het punt om te bellen toen ik me plots weer beter voelde. Ik weet wel dat het kwaad - mijn tanden en bijhorende ontstekingen - intussen weggesneden is, maar toch besluipt me dat angstig gevoel telkens als ik me een beetje ziek voel. Is het een verkoudheid, een griep of is er meer aan de hand?"

Die nacht vroeg je aan je arts of je aan het sterven was.

"In het ziekenhuis van Geel voelde ik bij iedereen paniek omdat niemand begreep wat de aanleiding kon zijn. Plots kwam de mededeling dat ik stante pede naar het UZ van Antwerpen moest. Natuurlijk begreep ik dat dat niet nodig was zonder reden. Geel is tenslotte een goed ziekenhuis. Toen heb ik die vraag gesteld... Niemand reageerde. Iedereen deed gewoon voort. Na die verschrikkelijke nacht ging ik er wel vanuit dat het allemaal zo ernstig niet was. Op de intensieve was ik de enige bij bewustzijn. De meeste andere patiënten lagen in coma of waren kleine kinderen. Zo erg kon ik er dan toch niet aan toe zijn, dacht ik."

Heb je er begrip voor dat de media de link legden met dopinggebruik?

"Onze sport heeft een slecht imago. Bovendien lag het geval Ricco nog vers in het geheugen. Ik begrijp dat er in het begin vragen worden gesteld. Maar ik wil dan ook dat iedereen mij gelooft als de specialisten later zwart op wit aantonen dat alle miserie ontstaan is door die tandontstekingen. De dokter had me verteld dat hij één kans op vier de oorzaak niet zou vinden. Dat vond ik verschrikkelijk. Als ik tot die 25 procent zou hebben behoord, dan was er voor altijd twijfel blijven bestaan. Probeer dan de buitenwereld maar eens te overtuigen dat het probleem niets met doping te maken had. Maar dan nog blijft het een zwarte periode, een die je als sportman nooit wil beleven. Je wordt besmeurd terwijl je weet dat je je niet bezig houdt met die prullen. Natuurlijk ligt de sport me na aan het hart, maar mijn vrouwke en dochterzijn nog veel belangrijker."