Direct naar artikelinhoud

Europees noodfonds ESM haalt gratis geld op

De eerste schulduitgifte door het Europese noodfonds ESM kon bezwaarlijk beter verlopen. Het kortlopend schuldpapier levert het ESM geld op, dankzij Japans 'voluntarisme'.

Het Europees Stabiliteitsmechanisme (ESM) heeft voor het eerst geld opgehaald op de financiële markten. Het verkocht voor 2 miljard euro schuldpapier op drie maanden. De vraag lag drie keer hoger dan het aanbod, wat helpt te verklaren waarom het ESM voor zijn vuurdoop een negatieve rente van 0,0324 procent mag noteren. Het moet over drie maanden dus minder terugbetalen dan het gisteren geleend heeft.

Tot halfweg 2013 spoort het ESM nog samen met het EFSF, om daarna helemaal diens plaats in te nemen. Het EFSF kwam er in 2010 als vehikel om armlastige eurolanden noodkredieten te kunnen verstrekken. In september vorig jaar kwam er het ESM, dat een permanente beschermingswal moet vormen.

De Japanse minister van Financiën, Taro Aso, liet weten dat zijn land heeft ingetekend op de schuldverkoop. "De financiële stabiliteit van Europa zal de stabiliteit van de wisselkoersen, waaronder die van de yen, helpen", zei Aso. "Om die reden zal Japan ESM-obligaties kopen."

Het ziet ernaar uit dat Japan voor het aankopen van de ESM-obligaties gebruikmaakt van zijn enorme valutareserves. Uit data van het ministerie van Financiën blijkt dat Japan eind november voor omgerekend 974 miljard euro aan buitenlandse valuta's had. Enkel China beschikt over grotere reserves.

Japan kocht in het verleden al voor 7 miljard euro schuldpapier van het tijdelijke noodfonds EFSF. Dat was goed voor een opname van 6,7 procent van het totale geleende bedrag. Als het gisteren in dezelfde grootteorde bediend is, bezit het nu zo'n 140 miljoen euro ESM-papier.

De Japanse interesse is goed nieuws voor Europa, maar vooral ingegeven door eigenbelang. De koers van de yen tegenover andere belangrijke valuta's is de afgelopen jaren sterk gestegen. Japan geldt als een veilige haven voor angstige beleggers die de Amerikaanse en Europese begrotings- en schuldencrisissen doodmoe zijn. De dure yen zadelt de Japanse exportbedrijven wel op met een concurrentienadeel omdat hun producten duurder worden in het buitenland. De nieuwe premier, Shinzo Abe, heeft beloofd de dure yen aan te pakken en de periode van deflatie (aanhoudende prijsdalingen) te beëindigen.