Anonieme simkaarten moeten op de schop
De federale regering is in overleg met de telecomaanbieders en toezichthouder BIPT om een einde te maken aan anonieme simkaarten. Op vraag van de politie, schrijft Le Soir.
Het is doorgaans immers erg moeilijk en soms zelfs bijna onmogelijk om in het kader van een onderzoek na te gaan wie er zich achter zo'n nummer schuilhoudt. In tegenstelling tot de meeste Europese landen moet een koper van zo'n kaart zijn identiteit niet bekendmaken aan de verkoper. Wie een prepaidsimkaart en een nieuwe gsm cash betaalt en ze weggooit nadat hij of zij er compromitterende telefoontjes mee gedaan heeft, valt nooit te traceren.
De kabinetten van minister van Telecom Alexander De Croo (Open Vld) en minister van Justitie Koen Geens (CD&V) willen nu een einde maken aan de simkaarten. Ook de hulpdiensten zijn al langer vragende partij. Soms bemoeilijkt de anonimiteit van de oproeper een snelle en efficiënte interventie. De telecom-operatoren zelf staan ook niet afkerig tegenover het plan. Het zou hen toelaten een groot deel van hun klanten beter te leren kennen - eind 2013 waren de prepaidkaarten nog goed voor 40 procent van het aantal simkaarten dat in België in omloop was - en zoiets is commercieel interessant.
Willem Debeuckelaere, voorzitter van de Privacycommissie, is tegen. Hij vindt het "een inmenging in het privéleven". Alain Grignard, antiterreurspecialist bij de federale politie, relativeert. "Voor doorsneeboefjes zal dat de politie helpen. Grote criminelen vinden altijd wel een weg om aan anonieme simkaarten te geraken."