Direct naar artikelinhoud

Hier geen Olympische Spelen... Maar wel homohaat

Nu alle ogen op Rusland zijn gericht, vergeten we dat veel andere landen nog veel homofober zijn

Weinig momenten zijn zoeter en spannender dat wanneer je iemand van wie je houdt vertelt hoe je je voelt. Maar zodra Roger Mbede dat deed, was hij verdoemd.

Het gebeurde in Kameroen, dat zoals veel Afrikaanse landen homoseksualiteit behandelt als een plaag. Hij verloor dat uit het oog en beging de vergissing een paar sms'en te versturen die te openhartig, te goedgelovig waren.

"Ik ben heel verliefd op je", zei een ervan. De man die het bericht ontving ging ervan uit dat hij in de maling werd genomen en gaf Mbede aan. Agenten gingen door al zijn correspondentie, op zoek naar seksuele relaties met mensen van hetzelfde geslacht, wat kan leiden tot een gevangenisstraf van vijf jaar.

Een van zijn advocaten, Alice Nkom, vertelde me dat hij zich ook moest uitkleden zodat ze zijn anus konden onderzoeken, alsof daar het ultieme bewijs lag. Het is niet ongebruikelijk bij zulke onderzoeken, zei ze, en het markeerde het begin van zijn achteruitgang na de arrestatie in maart 2011. Vorige maand stierf hij op 34-jarige leeftijd.

Ik kom daar nog op terug. Maar eerst de reden om dit verhaal te vertellen.

Vrijdag beginnen de Olympische Winterspelen. De hele wereld zal de aandacht op Sotsji in Rusland richten, en het gevaarlijk homofobe klimaat zal meer dan ooit ter sprake komen. Het leidde al tot veel discussie en protest.

Goed dat men de ogen richt op de kwellingen die holebi's moeten ondergaan in een land dat hen openlijk vijandig benadert. Maar we moeten ons van enkele bittere waarheden goed bewust zijn. Rusland spant niet de kroon. Ook al beschikt het over een makkelijk te misbruiken en totaal belachelijke wet tegen zogenaamde homoseksuele propaganda, het criminaliseert in technisch opzicht seksuele betrekkingen tussen mensen van hetzelfde geslacht niet. Ongeveer 75 andere landen doen dat wel, en in landen zoals Iran, Saoedi-Arabië, Mauritanië, Soedan en bepaalde delen van Nigeria en Somalië bestaan er wetten en gebruiken die kunnen leiden tot de doodstraf voor holebi's. Homo's, zo blijkt, zijn handige zondebokken, en leiden de aandacht weg van de echte problemen.

In Nigeria ondertekende de president vorige maand nieuwe wetten die een gevangenisstraf van veertien jaar opleggen voor mensen die homoseksuele seks hebben en een gevangenisstraf van tien jaar voor mensen die openlijk hun homoseksuele geaardheid belijden of gewoon lid zijn van een homovereniging. Sindsdien zijn er berichten over homo's die opgepakt werden. Een man in Noord-Nigeria werd openbaar gegeseld omdat hij zeven jaar eerder seks met een man had gehad. Een BBC-correspondent beschreef hoe de man het uitschreeuwde terwijl hij twintig zweepslagen kreeg.

Decadente westerse cultuur

Holebi's in Jamaica leven in angst, ondanks een nieuw, hoopvol initiatief van sommige Jamaicanen om een wet in te trekken die lange gevangenisstraffen oplegt voor sodomie. Vermeende homo's kregen meer dan eens een woeste menigte achter zich aan. En vorig jaar nog werd een transseksuele tiener vermoord. De ongelukkige werd, naar verluidt, getrakteerd op messteken en geweerkogels en werd uiteindelijk overreden door een auto.

Die homohaat is ook aanwezig in buurlanden van Rusland zoals Litouwen, Letland, Moldavië en Oekraïne. Ty Cobb, directeur internationaal engagement van de Human Rights Campaign Foundation, dat op het punt staat een rapport te publiceren, stelde vast dat vele traditionalisten in die landen holebi's beschouwen als symbolen en agenten van de decadente westerse cultuur.

Human Rights Watch onderzocht onlangs Kirgizië en stelde vast dat de politie, hoewel homoseks op zich niet strafbaar is, homo's routineus en brutaal arresteert, pest en vernedert.

De vereniging onderzocht ook Kameroen, en meldt dat een activist voor homorechten vorig jaar vermoord werd nadat hij met een heet strijkijzer was gemarteld. In de voorbije drie jaar, zegt Human Rights Watch, werden ten minste 28 mensen in Kameroen vervolgd voor homoseksuele activiteiten. Twee mannen werden verhoord omdat in hun huis glijmiddelen en condooms waren aangetroffen. Twee andere mannen wekten argwaan op vanwege hun vrouwelijke manier van kleden en hun drankkeuze. Ze dronken Baileys Irish Cream. Alice Nkom was ook bij die zaken betrokken. Zij en een andere advocaat van Roger Mbede, Michel Togue, bezorgden me het verhaal.

In de gevangenis waar Roger meer dan een jaar doorbracht werd hij hard aangepakt. En verkracht; Hij werd ziek, en terwijl nieuwsberichten gewag maakten van een hernia vertelde Nkom me dat hij ook teelbalkanker had. Hij kreeg niet de vereiste behandeling, zei ze, zelfs niet na zijn vrijlating, deels omdat hij zich verschool uit vrees opnieuw opgepakt te worden.

Zijn familie deed niets voor zijn medische behandeling. Ze meden hem, zei ze, wat ook bijdroeg aan het isolement dat zijn achteruitgang versnelde.

Voor die sms, voor het fatale etiket homo op hem geplakt werd, had Roger zelfvertrouwen. Hij had respect. Hij studeerde filosofie aan de plaatselijke universiteit, hij wilde leraar worden. "Hij was de hoop van de familie", vertelde Nkom me. "Hij was degene met de toekomst."

Toen deelde hij wat hij in zijn hart voelde. En de toekomst was vervlogen.

© The New York Times