Direct naar artikelinhoud

'Hij liep lachend over het eiland, alsof hij almachtig was'

Het was kalm, methodisch en genietend dat Anders Breivik 86 mensen afslachtte op het eilandje Utoya. Wie poogde op hem in te praten, wie smeekte niet gedood te worden, wie wegzwom, maar ook wie zich tussen de doden verstopte, iedereen ging eraan. Anderhalf uur lang duurde de slachtpartij.

Eerst heeft hij er zich van vergewist dat de bom in Oslo wel degelijk zijn vernielende werk deed. Dan pas rijdt Anders Breivik in een zilverkleurige auto dertig kilometer verder om de boot te nemen naar het eiland Utoya, waar de jeugdafdeling van de Arbeiderspartij haar jaarlijkse zomerkamp houdt. Eens op Utoya voert Breivik, verkleed als agent, met een bijna serene rust en nauwgezetheid zijn gruwelijke plan uit.

"Hij leek er echt van te genieten. Hij liep rond op het eiland alsof hij een almachtige was", zo getuigt een jongerenbegeleider op het eiland Magnus Stenseth in de Noorse krant VG.

Sommigen die het eiland verlieten kruisten de lange blonde man in uniform die zoveel geweld zou aanrichten. "Wij vertrokken en begroetten hem. We vonden het geweldig dat de politie er zo snel bij was om ons gerust te stellen na de aanslag", getuigt een studente. Op het eiland zorgden de organisatoren voor extra waakzaamheid nadat het nieuws uit Oslo hen had bereikt. Velen waren ongerust over familieleden in de hoofdstad en daarom was er een speciale meeting bijeengeroepen. "We waren blij dat wij veilig op een eiland zaten", zegt activiste Prableen Kaur.

"Op een bepaald moment vervoegde een agent ons. Hij zei dat hij extra zou meehelpen iedereen gerust te stellen. Toen begon hij met zijn machinegeweer op ons te schieten", vertelt Adrian Pracon, een van de organisatoren van het zomerkamp in de Noorse media. In het 'restaurant' van het kamp horen Jorgen Benone en zijn vrienden op dat moment de paniek. "We vroegen ons af wat er gebeurde. Waren er ballonnen aan het ontploffen of was iemand een grap aan het uithalen? Dan begonnen we te beseffen dat er echt mensen werden neergeschoten. Paniek brak overal uit", zegt Benone.

Meteen realiseren de jongeren zich dat ze in de val zitten op het kleine eilandje. Sommigen springen in het water en zwemmen voor hun leven. De meesten knalt Breivik af terwijl ze wegzwemmen. Anderen verdrinken door het gewicht van hun kleren of hun wonden. Slechts enkelingen kunnen het twee uur in het koude water uithouden en worden later gered. Enkele mensen proberen de hulpdiensten te contacteren, maar krijgen te horen dat ze de lijnen moeten openhouden voor mensen die bellen in verband met de bomaanslag in Oslo.

Pracon is doodsbang, maar weet toch op te merken dat de als politieman verklede schutter zijn wapen niét als een machinegeweer hanteert. "De automatische functie stond niet aan. Hij schoot niet in wilde paniek of als een losgeslagen gek met een regen aan kogels, maar nam zijn tijd om telkens iemand te doden met één kogel. Hij zag er kalm uit", zegt Pracon.

'Kom met me spelen'

Enkele doodsbange jongeren sluipen naar het tentenkamp. Maar Breivik nadert het hart van het kamp en ziet het. "Hij liep er langzaam op af, opende hun tentjes en schoot wie binnen zat dood. Hij zei daarop, al even ijzig, dat hij ons allemaal zou doden", aldus Pracon. Velen zitten, liggen of staan doodsbang naast vrienden terwijl die gedood worden. Niet zelden schiet de dader in het gezicht. "Jullie moeten allemaal dood", roept Breivik. Hij lacht luidop en zegt: "Wees niet verlegen", en "Kom met me spelen" voor hij schiet. Ook de twee kinderen die zich in een put verstoppen maar ontdekt worden en schreeuwden om genade en de tienerleiders die aanstalten maken op hem in te praten krijgen een dodelijke kogel in het lijf.

Zoals velen doet Pracon alsof hij dood is. Breivik maakt er echter een punt van na te gaan of zijn slachtoffers wel degelijk dood zijn. "Er lagen zowat twintig doden rond me. Maar hij keerde op zijn passen terug. Ik hoorde zijn adem en voelde de warmte van zijn machinegeweer. Hij schopte tegen ons om te checken of we leefden. Daarop hoorde ik een enorme knal", zegt Pracon, die een zware schouderwonde opliep. Breivik blijft zijn 'jachtpartij' methodisch uitvoeren. Iedereen aan het meer, buiten, in het water, in het tentenkamp en de gebouwen verderop neemt hij in het vizier.

Niet zelden begint hij telkens opnieuw met bange jongeren te lokken door hen te zeggen dat hij als agent voor hun veiligheid komt instaan, waarop hij begint te schieten.

Tussen een uur en anderhalf uur na de eerste schoten (zie hiernaast) zwermen agenten uit over het eiland. Ze vinden de dader, die zich zonder verzet overgeeft.

Verschillende reddingsbootjes komen nu dichter bij het eiland. Maar heel wat jongeren durven hun schuilplaats niet te verlaten. Ook Jorgen Benone vraagt zich af of de redders misschien ook moordenaars zijn. "Ik wist niet of ik ze kon vertrouwen. Ik wist niet meer wie ik nog kon vertrouwen."