Direct naar artikelinhoud

Belg is gelukkig met zijn woning

Wij Belgen wonen uiterst comfortabel, zo blijkt uit nieuw onderzoek. Onze huizen zijn relatief ruim en goed uitgerust. En dat laat zich voelen: meer dan negen op de tien Belgen zegt thuis prima op zijn plek te zitten.

Een rondvraag bij ruim 2.400 Belgen door ILIV, het nieuwe kenniscentrum over het belang van het thuis, toont aan dat het merendeel van de Belgen weinig reden tot klagen heeft als het op de woonsituatie aankomt. Maar liefst 95 procent zegt zich thuis goed te voelen.

De meerderheid koppelt die vaststelling vooral aan de aanwezigheid van huisgenoten, mensen of dieren, maar meer dan een vijfde wijt dat ook aan de meubels en een nog grotere groep noemt zelfs zijn tuin of terras als bepalende factor. Het thuisgevoel van de Belg wordt nog vergroot door een mooie gevel, veel lichtinval, een goede sofa én kinderen die al definitief het huis uit zijn. Omgekeerd geldt dat jongeren, huurders en mensen met een eenvoudige woonst het minst hun draai vinden in hun huis.

Belgen zijn redelijk honkvast. Voor ons achttiende verhuizen we gemiddeld nog niet eens twee keer, tijdens de rest van ons leven pakken we drie keer ons hebben en houden in. We wonen comfortabel: zeven op de tien is eigenaar van zijn huis, 34 procent heeft een alleenstaande woning, bijna acht op de tien heeft dubbel glas en de helft vindt zijn huis voldoende geïsoleerd. Een vijfde heeft zelfs de ruimte op een speelkamer in te richten en een op twee heeft aan aparte wasruimte.

Thuis bij Starbucks

De Nederlandse socioloog Jan Willem Duyvendak (Universiteit van Amsterdam) schreef net het boek The Politics of Home en is in onze contreien dé expert als het aankomt op de studie van het thuisgevoel. "Ik vind dit onderzoek baanbrekend", zegt hij. "Het lijkt misschien evident om je thuis te voelen in je huis, maar het is het niet. Uit gelijkaardig onderzoek in de VS blijkt dat mensen zich daar net meer thuis voelen op het werk dan in hun huis. Nu hebben mannen zich altijd al meer thuis gevoeld op hun werk, maar tegenwoordig geldt dat ook voor vrouwen. Hun huis is een plek van chaos en stress. Ze moeten dingen regelen voor de kinderen, opruimen, plannen... Op het werk vinden ze rust en tegelijkertijd ook het thuisgevoel. Ik vermoed dat Belgen er toch nog wat beter in slagen om een en ander te combineren."

Een kleine categorie mensen koppelt thuisgevoel los van zijn huis en zegt zich overal thuis te voelen. "Onzin", meent Duyvendak. "Ik merk dat ook bij sociologen. Die zeggen graag wereldburgers te zijn, maar dat kan niet. Je thuis voelen is altijd gekoppeld aan bepaalde personen en bepaalde plekken. Wat niet wil zeggen dat je je enkel in je huis thuis kunt voelen. Starbucks is een keten die daar bijvoorbeeld op inspeelt: ze zien er overal bijna hetzelfde uit en daardoor is het een van de plekken waar mensen zich waar dan ook ter wereld thuis kunnen voelen. Luchthavens en hotels hebben ook dat kenmerk."

Met de generaties verschuift ook de definitief van 'thuis'. Niet voor niks zijn jongeren de categorie die zich het minst thuis voelt in het eigen huis. "Een thuis hoeft niet meer per se een echte plek te zijn", zegt Duyvendak. "Steeds meer jongeren associëren 'thuis' met hun laptop omdat ze op die manier in hun eigen wereld kunnen."

Belgen wonen comfortabel