Direct naar artikelinhoud

'Company' is goed gezelschap

Na acht jaar heeft Andy Burrows zijn eerste echte soloplaat klaar, en het is er meteen één om in te lijsten. Op Company profileert de voormalige drummer van Razorlight zich als een begenadigde songsmid die het succes van zijn vorige band snel naar de kroon zal steken.

Als Andy Burrows één ambitie heeft met deze plaat, dan is het wel dat hij voor eens en voor altijd verlost geraakt van de 'ex-Razorlight'-haakjes die tot nog toe systematisch achter zijn naam werden gekleefd. Burrows was sowieso veel meer dan gewoon maar de drummer van de band. Hij schreef mee aan de songs, en is verantwoordelijk voor 'America' en 'Before I Fall To Pieces', twee van de grootste hits die Razorlight tot nog toe op zijn cv heeft staan. De split verliep achteraf niet rimpelloos, en nadien hield Burrows zich vooral op de achtergrond bezig.

Hij drumde en schreef voor We Are Scientists, bracht muziek uit als I Am Arrows, en werkt momenteel aan de vijfde soloplaat van Melanie Chisholm, in een vorig leven de sportiefste van de Spice Girls. Maar vorig jaar trad hij toch weer zelf op de voorgrond met Funny Looking Angels, een knappe winterplaat waarop hij de krachten bundelt met Tom Smith van Editors. Die speelt, net als producer Tim Baxter, ook mee op Company, een plaat vol hartverwarmende, vaak kwetsbare popmuziek waarop Burrows laat zien dat hij klaar is om onder eigen vlag te varen. Burrows is een songschrijver uit de klassieke school, en de invloeden van The Beatles en The Beach Boys schemeren door in de sobere instrumentatie en het overvloedige gebruik van achtergrondkoortjes.

De geest van Nick Drake

De opener - en de titeltrack - is meteen prijs: een herfstige popsong over afscheid nemen na een afgebroken relatie waar de geest van Nick Drake in doorsijpelt, zoals dat hoort in weemoedige nummers. Maar ook de herinnering aan Crowded House loert om de hoek. Veel van de liedjes die Burrows schrijft gaan over gewone dingen die gewone mensen meemaken, maar hij weet zijn woorden zo goed, zo scherp te kiezen dat je er moeilijk onbewogen bij kan blijven.

Company - opgesmukt met sierlijke strijkers - is op de koop toe voorzien van een melodie die je keer op keer een krop in de keel bezorgt. In 'If I Had A Heart', weer zo'n pakkend nummer, hoor je het schrijversambacht door de poriën van elke strofe opwellen. Maar ook als het wat robuuster mag, zoals in 'Keep On Moving On', blijft de liedjesmaker moeiteloos overeind, en klateren de gitaren beleefd maar efficiënt.

Niet de beste zanger

Goed: Burrows is niet de beste zanger. Maar er zit een kwetsbaarheid in zijn stem die je toch genoeg ontroert om te blijven luisteren. Wat ook helpt; niet alleen de plaat, maar ook de songs zelf klinken heel gevarieerd. Neem 'Maybe You': begint als een folkliedje, wordt begeleid door een puur poprefrein, en maakt dan nog een ommetje langs een brassband die zo uit New Orleans lijkt geplukt. Het ingetogen 'Stars In The Sky' - voor je ogen begint het te sneeuwen - had zo op Funny Looking Angels gekund, en over de single -'Because I Know That I Can' - kun je ook veel zeggen. Dat het een nagenoeg perfect popnummer is, bijvoorbeeld. En dat je het refrein onmogelijk kunt vergeten, zodra je het eenmaal in je hoofd hebt zitten.

Dat geldt trouwens voor bijna elke song hier. All killer, no filler. Een zeldzaamheid. In Groot-Brittannië wordt de term dad-rock vaak een beetje denigrerend gebezigd. Maar dat hoeft niet, want het is precies wat Andy Burrows gemaakt heeft: een knappe, volwassen popplaat over herkenbare volwassen thema's. Conclusie: Company is goed gezelschap. En daar kan je nooit te veel van hebben.

Andy Burrows speelt op zondag 27 oktober in de Botanique, Brussel.