Centre Pompidou blaast 40 kaarsjes uit
Het Centre Pompidou bestaat veertig jaar. Om dat te herdenken organiseert het museum tot in 2018 tentoonstellingen in heel Frankrijk, met dit weekend speciale festiviteiten in het iconische gebouw zelf.
Ze dachten dat ze geen enkele kans maakten om de ontwerpwedstrijd voor het museum te winnen, dus gingen de architecten Renzo Piano en Richard Rogers voor extra gewaagd. Sindsdien zijn zowel zij als het gebouw wereldberoemd en hun ontwerp - in essentie: een gebouw dat binnenstebuiten is gekeerd - zorgt ervoor dat er aan de binnenkant meer plaats is voor tentoonstellingen.
"Toen het museum openging, zeiden mensen dat het op een gigantisch warenhuis leek", vertelde directeur Serge Lasvignes op een persconferentie. "En dat er geen sprake van kon zijn om meesterwerken op te hangen in 'dat ding'." Maar net die architectuur maakt het museum zo iconisch. "Het heeft de kunstwereld binnenstebuiten gekeerd", schreef The New York Times in 2007.
Om de veertigste verjaardag van het Centre Pompidou of Centre Beaubourg te vieren, zijn er dit weekend tal van activiteiten voorzien (allemaal gratis), waaronder concerten, performances en rondleidingen. Meer in het oog springend is een monochroom bal, waarbij de feestvierders van kop tot teen gehuld moeten zijn in een kleur naar keuze. Tot begin 2018 loopt er een speciaal programma met culturele activiteiten in veertig Franse steden, van Montpellier over Rijsel, tot Le François op het Caribische eiland Martinique.
Ondanks aanslagen
Ter gelegenheid van de verjaardag krijgt het gebouw ook een grondige renovatie. De kostprijs zou zo'n 100 miljoen euro bedragen, maar gedurende de verbouwingen (gepland voor 2018 tot 2020) zou het museum openblijven voor het publiek. Alleen al de vervanging van de trap aan de buitenkant, ook wel 'de rups' genoemd, die bezoekers een schitterend uitzicht over Parijs biedt, kost 20 miljoen euro.
"Maar aan de buitenkant zal er niets veranderen", zegt Lasvignes in The Guardian. "Zelfs al hebben we ontdekt dat sommige structuren, zoals enkele buizen die ooit tot het luchtcirculatiesysteem behoorden, nu geen enkele functie meer vervullen."
Niet geheel onverwacht zorgt de binnenstebuitenstructuur er net voor dat kwetsbare delen van het gebouw voortdurend blootgesteld worden aan de natuurelementen. Daardoor moest het museum tussen 1998 en 2000 al dicht voor een renovatie van 88 miljoen euro.
Terwijl het Centre Pompidou vanaf 2018 in de steigers staat, komt een aantal werken uit de collectie van ongeveer 120.000 stuks naar Brussel. Door een akkoord met het Brussels Gewest worden ze tentoongesteld in de Citroën-garage aan het Saincteletteplein. Daarmee wordt het startschot gegeven voor de samenwerking tussen het Franse cultuurinstituut en het nieuwe Brusselse museum voor moderne kunst.
Hoewel andere grote Parijse musea als het Musée d'Orsay en het Louvre vorig jaar minder bezoekers over de vloer kregen als gevolg van de aanslagen in Frankrijk, steeg het bezoekersaantal van het Centre Pompidou met 9 procent tot 3,33 miljoen.
Een van de blockbustertentoonstellingen waar het museum vorig jaar mee heeft uitgepakt, ging over de Belgische surrealist René Magritte. Bij afsluiten, vorige week maandag, had Magritte. La trahison des images 597.390 bezoekers gelokt, of gemiddeld 5.531 per dag.
Volgens Lasvignes zijn de goede cijfers vooral te danken aan het feit dat het museum, naast zijn verzameling, ook onderdak biedt aan een bibliotheek en twee onderzoekscentra. Dat maakt het minder afhankelijk van buitenlandse bezoekers, stelt de directeur. "Na de aanslagen besloten de Fransen om niet thuis te blijven, maar om op zoek te gaan naar cultuur. Daar zijn we best trots op."