Direct naar artikelinhoud

Volwaardige vergoeding voor auteurs dankzij leenrecht

Auteurs van wie de boeken worden uitgeleend in een biblotheek zullen voortaan een volwaardige leenvergoeding krijgen.

Voor de boekensector is het leenrecht zoals het monster van Loch Ness. Iedereen praat erover, maar niemand heeft het ooit gezien.

In 2011 oordeelde de Raad van State, na ruggespraak met het Europees Hof, dat de bestaande regeling in strijd is met de Europese richtlijnen. De vergoeding van een euro per bibliotheekgebruiker werd als louter symbolisch omschreven. De federale regering kreeg tot 1 januari 2013 om de auteurs "een passend inkomen" te verschaffen.

Het nieuwe Koninklijk Besluit voorziet in een forfaitaire vergoeding per bibliotheek naargelang de grootte van de collectie, en en een variabele. Die hangt af van het aantal ontleningen. Die variabele vergoeding stijgt van 0,0193 euro in 2013 naar 0,0294 euro in 2018.

Op kruissnelheid moet het leenrecht in heel België zo'n 3,150 miljoen euro opleveren. Tachtig procent is bestemd voor Vlaanderen. Ter vergelijking: het Vlaams Fonds voor de Letteren dat het letterenbeleid in Vlaanderen vorm geeft, werkt met een budget van 4 miljoen euro.

Het leenrecht wordt via de beheersvennootschap Reprobel verdeeld onder de auteurs en de uitgevers. Scholen, zorginstellingen, onderzoeksinstellingen en blindenbibliotheken zijn vrijgesteld.

Het KB regulariseert ook het leenrecht voor de periode van 2004 tot 2012. De gecumuleerde rechten die in één keer zullen moeten worden uitgekeerd vertegenwoordigen een bedrag dat in de miljoenen loopt, in de huidige regeling neemt de Vlaamse regering dat voor haar rekening.

Na het culturele akkoord tussen de Franse gemeenschap en Vlaanderen is dit het tweede belangrijke cultuurdossier dat in een week wordt gedeblokkeerd.

In een opiniestuk op demorgen.be/opinie pleit Vlaams parlementslid Yamila Idrissi (sp.a) ervoor om het geld in een fonds "ter promotie van de letteren in Vlaanderen" te stoppen.