Direct naar artikelinhoud

Blaming the victim is een slag in het gezicht van vrouwen wereldwijd

Meyrem Almaci is voorzitter van Groen. Gwendolyn Rutten is voorzitter van Open Vld.

Wij zijn twee vrouwen met een verschillend kleurtje: de ene groen, de andere blauw. Als we vandaag samen in de pen kruipen, dan hebben we daar een hele goede reden voor. We willen namelijk dat het signaal zo eendrachtig, duidelijk en luid mogelijk weerklinkt: nooit, op geen enkele manier, mag een slachtoffer van seksueel geweld zelf verantwoordelijk worden gesteld voor dit geweld. Want iedereen is baas over eigen lichaam. En daar valt geen greintje op af te dingen.

Het lijkt evident, maar is allesbehalve verworven. Op nieuwjaarsnacht werden in Keulen verschillende vrouwen aangerand. Op dit eigenste moment worden de feiten nog verder uitgeklaard. Maar dat tientallen vrouwen slachtoffer werden van perversiteiten staat buiten kijf. Deze aanrandingen vragen een strenge maatschappelijke veroordeling. Dit kan niet. Nooit.

En dan is daar de Keulse burgemeester, Henriette Reker. Op een onbewaakt ogenblik, op het einde van een persconferentie, geeft zij antwoord op een vraag vanuit de zaal. Ze doet de suggestie aan vrouwen om steeds een armlengte afstand te houden van mannen, en steeds bij de eigen groep te blijven. Reker roept met andere woorden vrouwen op om hun gedrag aan te passen om het risico op seksuele intimidatie, aanranding en verkrachting te verminderen. Ze waarschuwt ook voor evenementen waar veel gedronken wordt. Als feministen willen we dit aan de kaak stellen.

Niet in de eerste plaats omdat het antwoord hopeloos naïef is. Probeer als vrouw op een overvolle tram maar eens een armlengte afstand te houden. Of op een festivalweide. Tenzij je aan zelfcensuur begint te doen, is de suggestie van Reker erg onrealistisch. Niet omdat wij Reker van slechte willen verdenken. Maar wel omdat haar antwoord slachtoffers mee verantwoordelijk maakt voor wat gebeurt. Blaming the victim heet dat, en het simpele feit dat dit mechanisme uit de mond van een beleidsmaker komt, is problematisch.

Zelfs al kwam dit antwoord onbewust, dan nog is het fout. En dat is een collectieve verantwoordelijkheid. De reden is simpel: de suggesties uit het antwoord van Reker houden het mechanisme van blaming the victim mee in leven, terwijl het zo snel mogelijk uit de wereld moet geholpen worden. We hebben niet meer maar net minder dubbelzinnigheid nodig, wat betreft het aanpakken van fysieke - maar ook verbale en psychologische - seksuele agressie.

Ook hier in België is het probleem reëel: de reactie naar aanleiding van een jonge studente Noa Tuyaerts die 's nachts werd aangevallen door een man en te horen kreeg dat ze 's avonds beter niet op straat liep, is ronduit fout. De massale getuigenissen van vrouwen onder de hashtag #wijoverdrijvenniet, Femme de la Rue enzovoort tonen aan dat er ook bij ons nog veel werk aan de winkel is.

We moeten net de andere kant op. Als we de mond vol hebben over de fundamentele waarden van onze samenleving, dan mogen we bij uitstek over die waarden geen enkele sluier van mist laten hangen. Dan moeten we op onze strepen staan. En blijven staan. Dat gaat verder dan feminisme. Elke humanist moet gevolg geven aan zijn of haar verontwaardiging. Want seksueel geweld en seksisme zijn geen sluimerende problemen of kleine bijproducten van onze samenleving. Ze zijn alive and kicking. En dus mag geen enkele kans gemist worden om ze luidop te desavoueren. Alleen zo markeer je duidelijk de krijtlijnen van een open samenleving: een waar man en vrouw gelijkwaardig zijn, een waar iedereen baas is over eigen lichaam.