Direct naar artikelinhoud

De astronaut die meer vrije tijd wou

Kapsones had William Pogue niet, ook al was hij astronaut toen dat nog helden waren die met de goden mochten tafelen. Aan boord van het ruimtestation Skylab maakte hij een van de langste ruimtevluchten uit de geschiedenis mee, en eiste hij meer tijd om uit het raam te kunnen kijken.

Vierentachtig dagen, van 16 november 1973 tot 8 februari 1974, bracht William Pogue samen met zijn twee collega-astronauten onafgebroken in de ruimte door, aan boord van zijn toestel van bijna veertig meter lang. "Ons programma was veel te volgestouwd", klaagde hij achteraf. "We moesten ons de hele tijd opjagen voor vaak eentonig werk, terwijl het uitzicht spectaculair was."

Dat zat hen zo dwars dat ze bij de vluchtleiding in Cape Canaveral aandrongen op meer tijd voor zichzelf. "Beneden begrepen ze er niets van", lachte Pogue achteraf. "Ons verzoek werd geïnterpreteerd als een mogelijke aanwijzing van depressie of ruimtemoeheid, terwijl er van geen van beide sprake was. We wilden gewoon meer tijd om de kosmos te kunnen bewonderen en om na te denken. De vlucht maakte nogal wat menselijke gevoelens in ons los en we wilden ons niet de hele tijd moeten gedragen als robots."

Toen de vluchtleiding geen oor bleek te hebben naar hun klachten, besloten ze te staken - voor astronauten een absolute primeur. Ze slaagden erin een compromis af te dwingen, zodat de resterende helft van de vlucht voor hen een stuk plezieriger werd, met meer tijd om "te kijken naar de zon, de Aarde en onszelf".

Geboren was 'Colonel Pogue' in 1930 in Oklahoma. Hij behaalde een graad in de wiskunde en in de wetenschappen, en had zoals wel meer astronauten een achtergrond als gevechtspiloot. Hij vloog 43 missies in Korea en maakte deel uit van de Thunderbirds, het acrobatische team van de Amerikaanse luchtmacht. Hij was een tijdje testpiloot en deed ervaring op met meer dan vijftig Britse en Amerikaanse vliegtuigen.

Vanaf 1966 behoorde hij tot de reservebemanningen voor de Apollovluchten die uiteindelijk de eerste man op de maan zouden zetten. Zijn grote kans kreeg hij in 1973, toen hij mocht meevliegen met Skylab voor wat een recordvlucht zou worden. De astronauten legden in hun ruimtestation bijna zestig miljoen kilometer af, draaiden 1.214 keer om de aarde en voerden zesenvijftig wetenschappelijke experimenten uit.

Pogue bleef er een sympathieke vent bij, die bekendstond om zijn openhartigheid en met het grootste gemak sprak over aspecten van ruimtereizen die niet meteen heldhaftig klonken, zoals hoofdpijn, braken en de hinderlijke duizelingen die nogal wat astronauten enkele uren na de maaltijd overvielen.

Nadat hij was afgezwaaid bij NASA werd hij adviseur voor Boeing en andere vliegtuigfabrikanten. Hij schreef ook een aantal boeken, waaronder zijn autobiografie, een sciencefictionroman en een kinderboek: How Do You Go to the Bathroom in Space?

In dat laatste boek beantwoordde hij 270 vragen die hem vaak gesteld werden. Hij was nooit te beroerd om te antwoorden. "Ik stuurde hem een brief met vragen over de Seiko 6139, de beroemd geworden automatische chronograaf die hij droeg aan boord van Skylab", herinnert zich een uurwerkfanaat. "Ik was bang dat hij mijn vragen erg nerdy zou vinden maar hij schreef me vriendelijk terug, met details zoals de plek waar hij het horloge gekocht had en de concrete toepassingen waarvoor hij het gebruikt had - onder meer om de ontsteking van de motoren te timen."

Ondanks zijn job waarvan kinderdromen gemaakt worden, bleef William Pogue een gewone jongen. Hij wordt wel eens omschreven als "de meest aardse van alle astronauten", en dat gold ook voor zijn liefdesleven. Naast zijn derde vrouw Tina laat hij drie kinderen uit zijn eerste huwelijk na en vier stiefkinderen uit zijn tweede - plus een aantal vernieuwingen in de luchtvaart waar hij bijzonder trots op was: toiletten, douches, keukengerei, verbeterde kotszakjes en hangmatten om aan boord beter te kunnen uitrusten.