Direct naar artikelinhoud

Gelogen waarheid, maar wel goed gevonden

Bestsellerauteur Herman Koch bundelt in 'Korte geschiedenis van het bedrog' verhalen die je voortdurend op het verkeerde been zetten. Hij brengt hulde aan het Italiaanse adagio 'Si non e vero e bene trovato'. Joost Houtman

Het lijkt wel of Amsterdammer Herman Koch (1953) de literaire lotto gewonnen heeft. Zijn roman Het diner is een bestseller in Duitsland, Spanje, Italië, Frankrijk en Israël. De filmrechten zijn verkocht aan een Amerikaanse producent. Daarenboven legde de Crown- uitgeversgroep in New York vorige maand een recordbedrag van zes cijfers neer voor de Amerikaanse vertaalrechten van het boek. Het diner betekende de grote literaire doorbraak van deze Jiskefetter. Eerder schreef hij de romans Red ons, Maria Montanelli, Eten met Emma en Odessa Star. Van zijn laatste roman Zomerhuis met zwembad zijn inmiddels ook al meer dan 250.000 exemplaren verkocht. De ironie spat van al deze boeken die allemaal scrupuleus to the point zijn en daarenboven steevast food for thought opleveren. Voorproevertjes en afsmakertjes van dat alles krijg je in Korte geschiedenis van het bedrog, een bundel verhalen die eerder al verschenen in literaire tijdschriften en in... Arts & auto.

Het titelverhaal leert ons dat "de waarheid en de geloofwaardige leugen twee handen op een buik zijn, dat die geloofwaardige leugen verre te verkiezen valt boven een ongeloofwaardige waarheid. Drie van de zes delen van dit boek hebben titels die naar dit waarheidsvacuum verwijzen: 'Het liegen van de waarheid', 'Geloofwaardige verhalen' en 'Is het allemaal autobiografisch?' In de meeste van die verhalen duikt Herman Koch zelf op, maar of het de echte Koch is of een alter ego, daar heb je het raden naar. Als lezer sta je dan soms wel voor schut, maar dat is een gevoel dat je je dan ook met plezier laat aanpraten. Misschien omdat het deugd doet om je de af en toe ronduit vileine gedachtegang van Koch te kunnen toeëigenen?

Bekrompen

Hard en vilein is Koch in 'Betreft: mijn bovenbuurman' en 'Droge Sandra', waar hij ronduit nare burgers neerzet die een klachtenbrief schrijven. Dezelfde teneur vind je in het deel 'De weg kwijt'. Een subsidievreter, festivaldirecteur, kunstschilder, deelraadbestuurder, meelifter en oudjaarscabaretier leggen daarin bekentenissen af. Koch houdt in deze Confessions de Nederlandse samenleving een genadeloze spiegel voor. Kijk eens hoe bekrompen jullie vaak durven denken! Wat anders te denken van een zin als "Wie heeft er werk voor mij, zodat ik althans een deel van het geld dat ik jarenlang ten onrechte van al die wel werkende mensen heb afgepakt, kan terugbetalen?" Om over het wansmakelijke geraas van de cabaretier nog maar te zwijgen. Al even diep in het vlees snijdt het vlijmscherpe verhaal 'De weg naar de kust', over twee losgeslagen tieners. Verzonnen, maar o zo waar.

Toch toont Koch zich in Korte geschiedenis van het bedrog vaak ook van zijn zachte kant. Jeugdherinneringen of beschouwingen over de vriendschap, bijvoorbeeld. Zo vind je in de verhalen die eerder in Hard gras verschenen de warme nostalgische sfeer van Nick Hornbys Fever Pitch terug. Dit boek levert een heerlijke mix van emoties en van humor op. Van genadeloos tot barmhartig en terug.

Dat er een paar mindere verhalen tussen zitten, neem je er dan ook makkelijk bij. Als dusdanig is dit het ideale boek om in stukjes te lezen. "Je hebt schrijvers en mensen die ook schrijven", klinkt het in het boek. Koch bewijst in Korte geschiedenis van het bedrog weer maar eens dat hij tot de eerste categorie behoort. Niet gelogen...

Herman Koch

Korte geschiedenis van het bedrog

Anthos, 296 p., 15 euro