Direct naar artikelinhoud

Magisch Colombia

Colombia schudt zijn donker verleden van zich af en staat met open armen te wachten op toeristen. Het massatoerisme is er nog niet op kruissnelheid, perfect moment voor een bezoek dus.

Corrupt, chaotisch en gevaarlijk... over Colombia worden doorgaans niet de mooiste adjectieven rondgestrooid. Maar het land van waaruit wijlen drugsbaron Pablo Escobar cocaïne exporteerde, is veel meer dan haar moeilijke verleden - en heden - alleen. Colombia staat ook voor oogverblindend mooie natuur, opkomende bruisende steden en ontzettend fiere mensen. Colombia doet vele harten sneller slaan, en daarvoor is niet alleen het witte poeder verantwoordelijk.

Pablo Escobar, Gabriel García Márquez en Shakira... Colombia is even gevarieerd als haar bekendste afgevaardigden. En laat die afwisseling nu net de grootste sterkte zijn. In het zuiden tref je groene bergen aan omhuld met mysterieuze mist, in het noorden brandt de zon tegen de bontgekleurde gevels aan. Daartussen liggen beklimbare rotsen, vruchtbare valleien, Caraïbische stranden, felgroene jungle en uitstekende koffieplantages. Dat dit land de bakermat is van de kunststijl die magisch realisme heet, is ook geen toeval. In Colombia word je dagelijks getrakteerd op momenten die te mooi lijken om waar te zijn.

Colombiaan Gabriel García Márquez schreef in 1967 zijn bekendste werk, Honderd jaar eenzaamheid, wat hem tot het boegbeeld van het magisch realisme maakte en hem vijftien jaar later ook de Nobelprijs voor Literatuur opleverde. Tot voor kort was hij daarmee de enige Colombiaanse Nobelprijswinnaar ooit. Doch afgelopen oktober schreef huidig president Santos de Nobelprijs voor Vrede achter zijn naam. Sinds 2012 onderhandelt zijn regering over een vredesakkoord met de FARC-rebellen, de grootste guerillagroepering in Colombia. Het eerste akkoord werd tijdens een referendum door 50,2 procent van de bevolking weggestemd. Kort daarop volgde een herziening van het akkoord, dat niet via een referendum, maar rechtstreeks door het parlement werd goedgekeurd.

Inmiddels is het vredesakkoord in werking en levert de FARC de wapens in, zij het trager dan voorzien.

Graffitihemel

Wie naar Colombia reist, vliegt wellicht op Bogotá. Dat is niet Colombia's mooiste stad, maar wel de ideale vertrekplek voor wie meer wil weten over het politieke verleden en heden van het land. Bovendien won Bogotá de laatste jaren ontzettend aan kleur, want sinds 2011 voert de stad een gedoog- en zelfs aanmoedigingsbeleid voor graffitikunstenaars. Liefhebbers van de spuitbus kunnen hier werken van de allerbekendste graffitispuiters ter wereld aanschouwen. Een groot deel van de schilderingen zijn politiek geladen en heel vaak beelden de kunstenaars dieren af die voor de Colombianen een belangrijke betekenis hebben, zoals de jaguar of de condor. Meer over de verschillende werken kom je te weten wanneer je een graffititour boekt.

Andere beeltenissen van dieren, weliswaar uit een edeler materiaal dan verf, vind je in het Museo del Oro in Bogotá (Cra. 6 #1588), het museum waarin de grootste verzameling gouden ornamenten ter wereld wordt tentoongesteld. De stukken bestaan uit juwelen en geofferde voorwerpen van de inheemse bevolking uit de Precolumbiaanse tijd, vóór de Spaanse conquistadores zich het continent vanaf de 16de eeuw toe-eigenden.

Een prachtig zicht op Bogotá krijg je door een beklimming op de Cerro Monserrate, een uitkijkpunt over de stad vanop het topje van de aanliggende heuvel. Je kunt de top te voet bereiken, maar ook met een kabelbaan of een treintje. Tip: ga naar boven bij zonsondergang, als de stadslichtjes aangaan.

Cocaïne en cafeïne

Stimulerende middelen leveren een belangrijke bijdrage aan de economie. Boeren die cocabladeren verbouwen om er cocaïne van te maken, worden door de overheid gestimuleerd om zich om te scholen tot koffieboer. Colombia exporteert dan ook uitstekende koffie. In Bogotá drink je het beste zwarte goud in Café Ibáñez (Calle 12b #7-12). Daar worden wel 15 soorten koffie geserveerd, van een doorsnee cappuccino tot slow drip koffie. Die laatste doet er 8 uur over om door te lopen. Vergeet hem wel niet een dag op voorhand te bestellen.

Zelf het proces van de Colombiaanse koffieoogst ontdekken, kan in de regio rond het pittoreske stadje Salento, een stevige busrit van Bogotá of Medellín verwijderd. De man, vrouw, zoon of dochter des huizes leidt je graag rond op de koffieplantage, in ruil voor een bescheiden bijdrage.

Salento is overigens ook de ideale plek om je wandelschoenen aan te trekken, want vlakbij ligt de Cocoravallei, waar je een aantal uren zoet bent. Je wordt er overweldigd door Indiana Jones-achtige junglebruggen, kolibries die uit exotische bloemen snoepen en wax palms, de hoogste palmbomen ter wereld.

Het nieuwe Medellín

De tweede stad in Colombia, en historisch gezien misschien wel de interessantste, is Medellín. In de eerste plaats omdat drugsbaron Pablo Escobar zich er half de jaren 70 toelegde op het exporteren van cocaïne naar de Amerikaanse markt. In een mum van tijd werd hij een van de rijkste mensen ter wereld en Colombia daarmee een van de onveiligste landen. Escobar betaalde er in 1993 met zijn eigen leven voor. In Medellín, de stad van waaruit hij zijn zaakjes regelde, dwaalt zijn geest nog volop rond. Je vindt er tal van Escobar-tours, omstreden gegidste rondleidingen waarin uitleg wordt gegeven over Escobars persoon en drugsimperium. Een must voor fans van Netflixreeks Narcos, waarin de opkomst en ondergang van Escobar (deels fictief) in beeld wordt gebracht.

Maar Medellín is heel wat meer dan Escobar alleen. Sinds die het loodje legde, heeft de stad er alles aan gedaan om van haar slechte reputatie af te raken. En dat wil stilaan lukken. In vergelijking met twintig of zelfs tien jaar geleden is Medellín stukken veiliger. De stedelingen zijn weer fier op hun stad. Het uithangbord van die hernieuwde levenskwaliteit - en geslaagde citymarketing - is de Metro de Medellín, het enige metronetwerk in het hele land. De metro maakt het gemakkelijk en goedkoop om je doorheen de stad te verplaatsen. Met één metrokaartje kun je overigens blijven overstappen, ook op een van de kabelbanen die de binnenstad met de hoger gelegen wijken in Medellín verbindt. En dat ritje staat garant voor een prachtig uitzicht op de stad.

Naast Escobar en de metro is er nog een derde speler die een stevige stempel op Medellín drukt: wereldberoemde kunstenaar Fernando Botero. Op de Plaza Botero in de binnenstad kun je 23 van zijn voluptueuze bronzen beelden aanschouwen, die hij één voor één aan de stad schonk.

De voluptueuze vormen die Botero in zijn werk gebruikt, zijn trouwens ook het schoonheidsideaal in deze stad. De vrouwen in Medellín staan bekend als de mooisten van het land, maar er worden ook nergens anders in Colombia zoveel borsten en billen groter en neuzen kleiner gemaakt dan in Medellín. Zelfs de paspoppen hier hebben borsten en billen die danig uit proportie zijn. Bovendien zijn de achterzakken van de gemiddelde damesjeansbroek in Medellín rijkelijk versierd met stiksels, parels en koordjes. Het vestigt de aandacht op de billen van de dames én doet hen optisch voller lijken.

Wie zin heeft om vanuit Medellín aan de hectiek te ontsnappen, doet dat met een daguitstap naar Guatapé, op zo'n twee uur rijden van de stad. Stop eerst aan de Piedra del Peñol, een indrukwekkende rots, en beklim de 649 stenen treden. Boven word je getrakteerd op een indrukwekkend 360-graden-uitzicht over een azuurblauw meer vol felgroene schiereilandjes. Eenmaal terug beneden neem je de bus verder naar Guatapé zelf, waar ook de Colombianen op vakantie gaan. Het stadje staat bekend voor haar zócalos, kleurrijke decoratieve panelen op de wanden van de huizen. Ze geven Guatapé een kinderlijk uitgelaten sfeer.

Tropisch Cartagena

Misschien nog kleurrijker dan Guatapé is het tropisch hete Cartagena aan de Caraïbische kust, dé ideale stad voor wie van een uitgelaten vakantiesfeer wil genieten. Cartagena bestaat uit een slinger van koloniale huizen die één voor één in een felgekleurde verfpot lijken gedoopt. De bloemen op de balkons en de exotische fruitkramen op elke straathoek maken het explosieve kleurenpalet compleet. Probeer versgeperste fruitsappen op straat, of lepel een halve kokosnoot uit. Voor een gezellig drankje 's avonds trek je naar de Plaza de la Trinidad. Zet je op de stoeprand met een fles bier van de superette om de hoek, of drink een cocktail op een van de gezellige terrassen.

Wie na Cartagena zin heeft in avontuur, trekt naar het nabijgelegen stadje Santa Marta om er te beginnen aan de Lost City Trek, een vier- of vijfdaagse trektocht door de Colombiaanse jungle naar een nederzetting van de vroegere Tairona-indianen. Driehonderd jaar lang lag Ciudad Perdida er verlaten en overwoekerd bij, want de indianen ontvluchtten de stad uit angst voor de Spaanse veroveraars. Pas in 1973 werd de verloren stad herontdekt door een boerenfamilie uit de buurt. Zij roofden een deel van het door de Tairona geofferde goud alvorens de site aan de nationale archeologische dienst werd overgedragen. Een deel van de ornamenten kun je in het Museo de Oro in Bogotá bezichtigen.

Fluoblauwe vlinders

Tijdens de tocht naar Ciudad Perdida doorkruis je rivieren, klauter je over half afgebroken bruggen, klim je tegen kleine watervalletjes aan en raak je telkens volledig buiten adem. Voor onsportievelingen is dit onbegonnen werk, maar voor zij die wat kunnen afzien, heeft de jungle heel wat moois in petto, zoals fluoblauwe vlinders, wilde bloemen en eeuwenoude junglebomen met lianen. Je kruist ook geregeld leden van de inheemse bevolking, die het pad blootsvoets belopen en je slechts af en toe een vluchtige, verlegen blik toewerpen. De verloren stad an sich is prachtig, doch minder spectaculair dan Peru's paradepaardje, Machu Picchu. Maar je hoeft de weg en het uitzicht niet te delen met duizenden anderen.

Geheime tip: Mompós

Ergens tussen alle grote steden in verschuilt zich het meest romantisch dorpje van Colombia: Mompós. De straten bestaan uit Spaanse koloniale woningen met patio's vol tropische vegetatie, bontgekleurde tegelvloeren en voltallige families die rustig zitten te wiegen in hun antieken schommelstoel. Overdag valt er in Mompós niks te beleven, daarvoor is het er te warm, maar 's avonds vult elk pleintje zich met livemuziek en spelende kinderen. De zeven barokke kerken en de kabbelende río Magdalena dragen bij tot de magische sfeer van het dorp. Voor wie geen huurwagen heeft, valt Mompós enkel via een lange tocht met veel overstappen te bereiken. Afhankelijk van de stad waar je vandaan komt, komen daar bussen, overzetboten en taxi's aan te pas. De bouw van twee nieuwe bruggen en nieuwe vluchten vanuit Medellín en Bogotá brengen daar weldra wellicht verandering in: een stuk handiger, maar wellicht ook een vrijgeleide voor heel wat meer toerisme.

PRAKTISCH

Ik vloog met de Colombiaanse luchtvaartmaatschappij Avianca rechtstreeks naar Bogotá, maar wel vanuit Barcelona. Wie vanuit Brussel vliegt, stapt meestal over in Madrid. Een heenticket kost tussen de 350 en de 600 euro.

Wie naar Colombia vliegt, boekt het best op voorhand een terugvlucht of een vlucht vanuit Colombia naar een ander land. De autoriteiten op de Colombiaanse luchthavens zijn streng, en zonder speciaal visum of ticket uit het land laten sommige luchtvaartmaatschappijen je niet vertrekken.

Hoewel Colombia zich pas de laatste jaren heeft klaargestoomd voor toerisme, vind je er nu al alles wat je nodig hebt. Het valt te verwachten dat het toerisme ook in de komende jaren nog stevig zal groeien. Doch, zoals onder de Colombianen wordt gezegd, is in Colombia alles mogelijk, maar niets zeker.

Het land is op alle vlakken (nog) goedkoper dan andere, meer toeristische plekken als Chili, Argentinië of Brazilië. En de natuur is even indrukwekkend.

Je in het land zelf verplaatsen gaat gemakkelijk met de comfortabele reisbussen, maar ook met VivaColombia, de lokale luchtvaartmaatschappij. Goedkope tickets gegarandeerd, maar oefen wat geduld met de website. Werkt die niet meteen, probeer dan eens een andere browser.