Plotse en hevige confrontaties in grensgebied Israël en Libanon

Vijf doden bij eerste ernstige vorm van geweld sinds 2006, VN-Veiligheidsraad houdt spoedberaad

Het ging om de hevigste confrontatie aan de grens tussen beide landen sinds het Israëlische leger in 2006 een veldtocht tegen de radicale Hezbollah-militie hield. Het overviel toen Libanon omdat het noorden van de Joodse staat door Hezbollah regelmatig met raketten werd bestookt.

Er was gisteren niets wat erop wees dat Hezbollah bij de schietpartijen betrokken was. Volgens een woordvoerder van het Israëlische leger brak het geweld uit toen Israëlische soldaten die zich in het grensgebied bevonden, werden beschoten door Libanese sluipschutters. De Israëlische soldaten werden naar verluidt eerst aangemaand om te vertrekken, en toen bleek dat ze dat niet van plan waren, openden de Libanese militairen het vuur.

De Israëli’s zeiden dat ze op hun grondgebied in de buurt van de noordelijke stad Kyriat Shmona routinewerkzaamheden uitvoerden toen gericht op hen werd geschoten. Zij hebben het vuur dan beantwoord. Libanon stelt dat het pas tot de confrontatie kwam toen Israëlische soldaten ongeoorloofd de grens waren overgestoken. De regering in Beiroet had het over een provocatie die de rust en stabiliteit in de regio niet ten goede komt. Jeruzalem van zijn kant heeft bij Libanon met consequenties gedreigd.

Het ging om de eerste ernstige confrontatie in het steevast onrustige grensgebied sinds 2006. De in de regio gestationeerde VN-blauwhelmen - waar ook Belgen bij zijn - hebben beide kanten opgeroepen de kalmte te bewaren en het geweld te staken. Na spoedberaad uitte de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties zijn “diepe bezorgdheid” over de gevechten. De raad schaarde zich ook achter de oproep tot terughoudenheid van VN-secretaris-generaal Ban Ki-moon. De VN hebben in de regio de 12.000 man sterke Unifil-vredesmacht gestationeerd.

Drie Libanese soldaten werden bij de confrontatie gedood en ook een Libanese journalist van de krant Al-Akhbar verloor het leven. Ook de hoge Israëlische officier Dan Hariri (45) werd volgens generaal-majoor Gadi Eisenkot, bevelhebber van de noordelijke Israëlische strijdkrachten, gedood. Volgens hem ging het om een “eenmalig incident” dat geen uitbreiding zal kennen. Toch had hij het ook over een aanval met voorbedachte rade. Hij zei dat zijn soldaten werkzaam waren beneden de “blauwe lijn” (de internationaal erkende grens tussen Libanon en Israël) en het bestaande veiligheidshek. “Op ons territorium dus, toen het Libanese leger ineens begon te schieten”, aldus nog de generaal.

Het incident komt twee dagen nadat in het zuiden van Israël de badstad Eilat met raketten vanuit Egypte was beschoten. Ook op de vlakbij gelegen Jordaanse kuststad Aqaba kwam toen een raket neer, waar ook een dode viel.

Opvallend is dat Hezbollah blijkbaar niet bij de confrontatie betrokken was, hoewel de militie in het zuiden van Libanon sterk ingeplant is en er feitelijk de macht in handen heeft. Bij de Israëlische veldtocht tegen de Hezbollah-militie in 2006 kwamen 1.200 Libanezen en 160 Israëli’s om het leven. Het Israëlische leger vertrok nadien zonder Hezbollah te hebben uitgeschakeld. Hezbollah-leider Nasrallah zei gisteren dat zijn militie niet afzijdig zal blijven als Israël het Libanese leger in de toekomst zou aanvallen. “De Israëlische hand die het Libanese leger in het vizier neemt zal afgesneden worden”, dreigde hij. In één adem beschuldigde hij Israël ook van de onopgehelderde moord op de Libanese ex-premier Rafik Hariri op 14 februari 2005, al zei hij er niet bij dat zijn militie daar zelf ook van verdacht wordt.

De Syrische president Bachar al-Assad zei na een telefonisch gesprek met zijn Libanese collega Michel Sleimane dat Syrië “aan de zijde van Libanon” staat. “Deze agressie toont opnieuw aan dat Israël pogingen onderneemt om de situatie in Libanon en de regio te destabiliseren”, aldus al-Assad. “De aanval reflecteert de ongerustheid van Israël bij de eerste tekenen van stabilisatie in Libanon na de historische bijeenkomst van vorige vrijdag in Beiroet”, luidde het. President al-Assad en de Saoedische koning Abdallah brachten toen een zeldzaam bezoek aan Beiroet voor een ontmoeting met de Libanese president.