Direct naar artikelinhoud

Mens wordt dommer

In de vorige eeuw zijn we slimmer geworden. Maar die evolutie keert om. De jongste decennia worden we almaar dommer. Dat concluderen onderzoekers op basis van IQ-tests in enkele landen. Tegen 2110 ligt het wereldwijde IQ acht punten lager.

Wie afgaat op vooruitgang in wetenschap en technologie, en scholingsgraad denkt dat de mens steeds slimmer wordt. Sinds IQ-tests begin twintigste eeuw werden aanvaard als meetlat voor intelligentie, is het IQ wereldwijd ook altijd maar gestegen.

In Denemarken en de VS, bijvoorbeeld, sprong het gemiddeld met drie punten op de klassieke IQ-schaal per decennium. In Japan was dat vanaf de periode na de Tweede Wereldoorlog zelfs zeven punten per decennium, in Zuid-Korea klom het gemiddelde IQ twintig jaar later even sterk en ook in andere landen waar de test standaard uitgevoerd werd bleek dat IQ altijd maar toenam.

Flynneffect

Die evolutie kreeg een naam: het Flynneffect, naar James Flynn (University of Otago) die de toenemende intelligentie voor het eerst vaststelde. Hij gaf ook een verklaring: intelligentie neemt toe naarmate mensen gezonder leven, zich beter voeden, meer scholing krijgen en in meer prikkelende levensomstandigheden kunnen leven dan bittere armoede.

Maar dat houdt meteen de voorspelling in dat er een plateau-effect moet optreden, eenmaal een zeker niveau van levensomstandigheden is bereikt. In de jaren zeventig kwamen de eerste tekenen van zo'n stagnatie. Vandaag is er echter sprake van een daling. Onderzoek van de Universiteit van Hartford toont dat het IQ wereldwijd met één punt per decennium achteruitgaat. Aan dat tempo zijn we tegen 2110 acht IQ-punten dommer.

Meer en meer wijst gelijkaardig onderzoek in dezelfde richting, meldt New Scientist. In Denemarken bijvoorbeeld komt iedere man boven 18 jaar in aanmerking voor militaire dienst. Daar hoort sinds 1950 een IQ-test bij en daaruit blijkt een enorme toename in IQ. Zozeer zelfs dat wat in de jaren vijftig een gemiddelde score was, nu als te laag wordt gezien om toe te treden tot het leger. Maar de laatste decennia keert de trend om. Sinds 1998 is de gemiddelde score met 1,5 punten gezakt.

Ook in Noorwegen, Australië en Groot-Brittannië gaat het zo. En aan de VUB en de Universiteit van Amsterdam toonden psychologen Michael Woodley en Jan te Nijenhuis vorig jaar aan dat we sinds het einde van de 19de eeuw liefst veertien punten dommer zijn geworden.

Woodley en Te Nijenhuis onderzochten reactietijd. Op basis van visuele informatie snel de juiste beslissing nemen is een behendigheid die al sinds 1884 wordt getest. Woodley en Te Nijenhuis analyseerden de resultaten van veertien van dat soort studies en concluderen dat mensen in 1884 in 194 milliseconden de juiste reactie hadden, terwijl dat 120 jaar later 275 milliseconden was. Dat komt neer op veertien IQ-punten minder sinds de Victoriaanse tijd.

IQ-kapitaal

Wat is er aan de hand? De onderzoekers zijn het daarover niet eens. Zo strookt het resultaat van Woodley en Te Nijenhuis niet met de bevinding dat het IQ sinds het begin van vorige eeuw een hele tijd toenam. Mogelijk is dat zo omdat ze enkel naar reactietijd keken. Meer algemeen beweert het ene kamp dat de intelligentie een piek heeft bereikt en dat het daarom logisch is dat het Flynneffect eerst in de meest ontwikkelde landen afvlakt. Anderen zien redenen om aan te nemen dat het een tijdelijk effect is.

Woodley blijft ondertussen, ondanks heftige kritiek, bij een controversiëler conclusie. In het onderzoek naar reactietijd ziet hij bewijs dat er sprake is van een genetisch 'stofzuiger-effect'. Omdat de meest intelligente mensen gemiddeld minder kinderen krijgen dan de minst intelligente, raakt het algemene IQ-kapitaal op, zo claimt hij. Ook Richard Lynn (University of Ulster) gaat op basis van zijn analyses uit van die verklaring. Enkel genetisch onderzoek kan hierover definitief uitsluitsel geven door uit te pluizen of genencombinaties die met een hoger IQ worden geassocieerd, steeds minder voorkomen. Maar 'intelligentie-genen' zijn nog niet terecht.

Flynn suggereert daarom de tijd nog wat verder zijn werk te laten doen. Als de dalende cijfers zoals in Denemarken enkel het signaal zijn van het einde van het Flynneffect, dan zouden de scores in de meest ontwikkelde moeten gaan stabiliseren.

Krijgen Woodley en co. daarentegen gelijk, dan zal het gemiddelde IQ almaar blijven dalen.