Direct naar artikelinhoud

Zwemmen in het geld, verzuipen in de schuldenberg

Het goede nieuws: de wereldeconomie draait als een lier. Het slechte nieuws: we dreigen met z'n allen feestend kopje-onder te gaan in de schuldenberg. Kan dat scenario nog herschreven worden?

Na de orkanen Harvey en Irma maken de Verenigde Staten zich op voor alweer een volgende storm. De orkaan Yellen doemt op. Een tropische cycloon met een kracht van 4,5 biljoen dollar (3,8 biljoen euro). Voor dat onvoorstelbare bedrag heeft de Amerikaanse Centrale Bank (Federal Reserve) sinds het uitbreken van de kredietcrisis in 2008 schulden overgekocht van de Amerikaanse overheid en Amerikaanse bedrijven.

De grote baas van de Fed, Janet Yellen, maakte enkele maanden geleden al duidelijk dat ze die gigantische schuldenberg gaat afbouwen. Zodra de looptijd van de door de Fed opgekochte obligatieleningen erop zit, moeten de schuldenaars (de overheid en de bedrijven) hun lening terugbetalen. Gevolg: alle bijbehorende dollars zullen langzaam maar zeker uit de economie verdwijnen.

Eenzelfde scenario dichter bij huis. Ook de Europese Centrale Bank (ECB) speelde in de nadagen van de overgewaaide kredietcrisis brandweer. Mario Draghi, de voorzitter van de ECB, was hier de pompier van dienst. Om de financiële crisis te bezweren heeft de centrale bank in de afgelopen jaren de rente verlaagd naar 0 procent en koopt ze al tweeënhalf jaar maandelijks voor tientallen miljarden euro's aan obligaties op, schulden van vooral overheden. Dat heeft de ECB nu al zowat 2 biljoen (2.000 miljard) euro gekost. Dat is veel, heel veel geld, dat ooit naar Frankfurt zal moeten terugvloeien

Junkie

Met het opkopen van obligaties, wat eigenlijk neerkomt op het verschaffen van leningen aan overheden en bedrijven, en het bijdrukken van geld, wilden de centrale bankiers ervoor zorgen dat het financiële systeem zichzelf niet vastreed, en dat tegelijk de economie meer zuurstof kreeg. Door de rente te verlagen tot een historisch dieptepunt wilden Draghi en co. ons in één moeite door verleiden om vooral te blijven consumeren en investeren. Geld moet rollen, dat is goed voor de economie, zo luidde het.

Het was een financieel en monetair experiment zonder voorgaande. Sterker nog, het was bijna blind navigeren op een woelige zee. De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat we vandaag door dat beleid ogenschijnlijk inderdaad in beter vaarwater zijn geraakt. De wereldeconomie draait als een tol, met een groeicijfer van zo'n 3 procent, de werkloosheid neemt overal af, er komen banen bij.

Maar het grootschalige monetaire experiment van de centrale banken gaat nu een nieuwe fase in. Opnieuw komt daar een economische theorie bij kijken. Als we te lang blijven vasthangen aan het infuus van goedkoop en massaal geld, gecreëerd door de centrale banken, dan worden we junkies. En een junkie-economie vertoont irrationele kantjes: vastgoedprijzen swingen de pan uit, bedrijven nemen andere bedrijven voor de gekste prijzen over, de beurzen floreren als nooit tevoren. Aandelen zijn de afgelopen acht jaar met ongeveer 270 procent gestegen ten opzichte van het dieptepunt van maart 2009. Allemaal uitwassen van een dolgedraaid systeem, op zoek naar rendement.

Die dolgedraaide wereld heeft haar balans niet meer op orde. Uit een rapport van het International Institute of Finance (IIF) blijkt dat we in de wereld met z'n allen - bedrijven, huishoudens, overheden - voor een recordbedrag van 184.000 miljard euro aan schulden hebben uitstaan. Dat is 324 procent van het wereldwijde bruto binnenlands product - een record. Aan de vooravond van de kredietcrisis, in 2007, was dat 'maar' 276 procent.

Pretbedervers

De rol van de centrale bankiers is te zorgen voor financiële stabiliteit. Zij zijn het aan zichzelf (en aan ons) verplicht om een beetje de sfeerbederver te spelen. Als iedereen op een wild feestje uit de bol gaat, dan zijn zij het die de flessen sterke drank komen weghalen en de muziek wat zachter zetten. Pretbedervers, we zeiden het al, maar noodzakelijk: anders loopt het feestje gierend uit de hand en worden we allemaal wakker met een knoert van een kater.

Janet Yellen was de eerste die de fuivers trotseerde. Vorige week kondigde ze aan dat de Fed het roer omgooit: ze stopt met het opkopen van schulden, én begint in oktober ook zelf haar schuldenberg te verkleinen, voorzichtig, door maandelijks voor 10 miljard dollar 'schuldpapier' te verkopen. Risky business, want niemand weet hoe de markten gaan reageren: tot nu toe was de Fed de belangrijkste kóper op de markt van schuldpapier, nu wordt ze plots vérkoper!

Tegen eind dit jaar zal Mario Draghi zich aansluiten bij Yellen. Ook hij zal binnenkort aankondigen dat het ECB-feestje op zijn einde loopt. En ook Draghi zal zich hoeden voor al te rigoureuze ingrepen.

Want, zoals gezegd: met deze zogeheten schuldafbouw betreden de Fed en de ECB onbekend terrein. Niemand die de economische gevolgen van deze koerswending goed kan inschatten, al is het maar omdat deze situatie zich nog nooit heeft voorgedaan. Het is terra incognita. "De schuldafbouw van de centrale banken zal heel geleidelijk moeten verlopen", zegt John Greenwood, hoofdeconoom van de Britse vermogensbeheerder Invesco. "Er mogen zeker geen fouten gebeuren. En het nieuwe beleid moet bij de minste neveneffecten meteen tijdelijk stopgezet worden."

Greenwood is een optimist en hecht weinig tot geen geloof aan de doemscenario's van een nakend lek in de met schulden beladen boot waar de hele wereld in zit. Voor hem mag het feestje met andere woorden nog wel even voortduren.

Diametraal tegenover het kamp Greenwood staat bijvoorbeeld Georges Ugeux. De Belg die woont en werkt in New York en er voorzitter is van de zakenbank Galileo Global Advisors, is ronduit vernietigend voor het beleid van de centrale bankiers. In een recent interview in De Standaard vreest hij dat we al te laat zijn, en een nieuwe financiële crisis niet meer kunnen afwenden.

Volgens Ugeux, die niet voor het eerst vraagtekens zet bij de financiële bubbel waarin hij leeft en werkt, heeft Mario Draghi de markt voorgelogen. De ECB verlaagde de rente onder het mom de economische motor te willen aanzwengelen, maar dat was niet de echte reden, zegt Ugeux. Bedrijven gaan immers pas investeren als ze het moment opportuun achten - en dan is het van ondergeschikt belang hoe hoog de rentestand is. "Het is niet omdat de rente extreem laag staat, dat mensen zomaar geld gaan lenen dat ze niet nodig hebben."

De échte reden van die lage rente was volgens Ugeux een verdoken poging om de eurozone bijeen te houden. De zwaarst getroffen Zuid-Europese landen konden zo goedkoop geld lenen en het hoofd boven water houden.

Ugeux is niet de enige die de ECB verwijt dat ze buiten haar mandaat is gegaan om de eurozone overeind te houden.

Akelige vaststelling

De vraag kan dus luiden: is er met dat vele goedkope geld dat in de markt werd geduwd wel zinnig omgesprongen? "Als het geld stroomt, moet het op vruchtbare investeringsgrond terechtkomen", schrijft Herman Daems in zijn boek De uitgeputte overheid. "Als dat niet het geval is, komen we in een vreselijke modderpoel. Veel geld en geen of weinig projecten is een levensgevaarlijke combinatie", meent deze gerenommeerde economieprofessor. Want als overheden extreem goedkoop kunnen lenen, zonder financiële pijn te voelen, dan zijn die overheden "minder geneigd om de noodzakelijke hervormingen door te voeren", aldus Ugeux.

En zo dreigen we door de afbouw van de schulden door de centrale banken in een lastig scenario terecht te komen. Er wordt geld aan de economie onttrokken, de rente zal opveren, "waardoor de lasten op de schuld voor bedrijven, voor burgers én voor overheden zullen stijgen. We bevinden ons op een vulkaan van schuld", zeggen economen als Geert Noels, die ook al langer het beleid van de centrale bankiers bekritiseert.

Een speech van topeconoom Claudio Borio van de Bank voor Internationale Betalingen, 'de bank van de centrale banken', vorige week klonk weinig bemoedigend. In zijn toespraak, die Borio zelf "bewust provocerend" noemde, deed hij de volgende vrij akelige vaststelling. Zoveel jaar na de financiële crisis en ondanks alle maatregelen van de centrale banken is de globale schuldgraad nog gestegen tot een recordhoogte, produceren we met z'n allen nog steeds minder dan voor de crisis en blijven - door de krappe financiële ademruimte, ze halen je begroting nog verder onderuit - grote overheidsinvesteringen uit, die de werkzaamheidsgraad (en dus ook de productiviteit) zou doen stijgen. "Ik noem dit trio ontwikkelingen de 'lelijke drie'", zegt Borio. "Kan het zijn dat we minder weten dan we denken? Hebben we misschien onze mogelijkheden overschat?" De verwachte economische resultaten van het gevolgde beleid laten het afweten, zo zegt hij, en niemand die goed begrijpt waarom.

Angela, help ons

In 2008 bleken de banken 'too big to fail'. Ze moesten koste wat het kost worden gered, de samenleving zou hun val niet aankunnen. Maar wie staat er vandaag klaar om de sámenleving op te vangen?

Tot voor kort klonk dan luidkeels de naam van Angela Merkel. Na de Franse verkiezingen ontstond de hoop dat door een nieuw Frans-Duits akkoord fundamentele hervormingen in de eurozone mogelijk werden. Econoom Paul De Grauwe: "Onder impuls van president Macron ging een nieuwe wind waaien, waar Angela Merkel niet volledig ongevoelig voor bleek. Die nieuwe wind gaat uit van het idee dat een muntunie niet alleen een Disziplin-Union moet zijn, met strenge begrotingsregels, maar ook een unie die gezamenlijk middelen gebruikt om de conjunctuur te stabiliseren en publieke investeringen te doen. Naast budgettaire discipline zou ook budgettaire solidariteit een bindmiddel moeten zijn tussen landen in een muntunie."

Het idee behelsde dan ook de oprichting van zeg maar een Europees fonds dat landen in moeilijkheden helpt, dat nieuwe investeringen helpt financieren, en tegelijk een beetje minder strak de begrotingsteugels van de eurolanden aantrekt, omdat die investeringen anders te zwaar op de begrotingen van de lidstaten wegen. Maar die nieuwe wind zal nu snel gaan liggen, vreest De Grauwe.

Merkel heeft immers verlies geboekt bij de Bondsdagverkiezingen en komt enigszins verzwakt aan de start van haar vierde ambtstermijn. Ze is bijna gedwongen in haar nieuwe regering de eurosceptische FDP op te nemen. Die liberale partij staat voor een harde lijn en wil de zuidelijke eurolanden harder aanpakken.

In een open brief, die deze week tegelijk verscheen in Le Monde en in de Frankfurter Allgemeine Zeitung braken vijftien Franse en Duitse economen onder leiding van Nicolas Véron van het Bruegel Instituut een lans voor een sterke Frans-Duitse as. De economen dringen aan op een echte en hechte samenwerking, die verder gaat dan een symbolisch eurofonds of een 'Europese minister van Financiën'.

De renaissance of de dood

De Europese boot dobbert intussen op een woelige zee. Zolang de economie blijft groeien, kopen we tijd. Tijd om jobs te creëren, die de overheden verse (belasting)inkomsten opleveren, waarmee ze hun riskante staatsschuld geleidelijk kunnen verkleinen.

Maar de kans op een ongunstige samenloop van omstandigheden is eveneens reëel. Een brandhaard hier en een conflict daar die de lont aan het kruitvat steken. Een oorlog met Noord-Korea, of gewoon een grote aandelencrash die de hele economie weer verlamt. Het gevaar kan letterlijk uit elke hoek komen. Alleen zijn we vandaag minder gewapend dan voorheen, vrezen de doemdenkers.

De Franse president Macron zegt intussen met de nodige bombast dat de Europese Unie volgens hem voor de keuze staat: een renaissance of de dood. Hij pleit voor dat Europese fonds van daarnet, én voert tegelijk zware hervormingen door op de Franse arbeidsmarkt. In een ijltempo, en wetende dat het zijn populariteit zal aantasten. Maar hij vindt dat het levensnoodzakelijk is, ook om het goede voorbeeld te geven. Macron kiest voor de renaissance. Wie volgt?