Direct naar artikelinhoud

Aan het piket brandt het vuur nog

Sinds 24 oktober staan ze piket voor de poorten van Ford. Elke dag. Soms met camera's erbij, meestal zonder. Deden ze op kerstavond, deden ze op Nieuwjaar. Zullen ze desnoods ook op Valentijn doen. 'Als wij opgeven, geven we tienduizend mensen op.'

Wies Fieten

Waar je haar polsslag voelt, zit Ford. Letterlijk: op 30 november mocht Wies Fieten (45) bij een juwelier iets uitkiezen voor 2.500 euro. Ze koos een ring en een horloge van Balmain, aan de onderkant is het Fordlogo gegraveerd. "Ook nu de fabriek sluit, kreeg ik dat voor mijn 25ste jubileum", zegt Wies, die in 1986 bij Ford begon, er na twee maanden Jean-Paul Vanhaeren leerde kennen en twee jaar later met hem trouwde. Ook hij staat sinds 24 oktober piket. Allebei klopt hun hart, zoals een spandoek aan het pikettentje zegt, 'door en door rood'. Door en door Ford dus ook. Inclusief juweel voor een kwarteeuw dienst. "We hebben elkaar meer dan twaalf jaar altijd afgewisseld. Ik deed dagposten, mijn man werkte 's nachts. Dan zie je elkaar zogoed als nooit. Maar we werkten hier graag." Met de woorden van Stefan Brijs: zij waren Ford.

In ABVV-tentje, typisch roodgloeiend verwarmd met een gasbrander, hangen tekeningen tegen het zeil. Ook de 'in memoriams' van Rudy Van Wymeersch en Luc Hermans, onlangs overleden collega's, het droeve nieuws van de sluiting van Ford in hun laatste herinneringen. Er hangt een bakje met dopkaarten, een vlag die uit Turkije moet komen, een T-shirt met daarop 'Marsch in die Zukunft'.

Wies begon aan de band bij het chassis van de Sierra, later aan de voormontage van de sturing, een spierziekte en haar vakbondswerk veranderden dat wel. Nu is ze chauffeur. Wat niet veranderde, ook niet aan het piket, zijn de diensten: een week ochtendpost van 6 tot 14 uur, dan weer een week namiddag van 14 tot 22. Zo ging het hier ook de voorbije weken. "Sinds 1986 heb ik nooit iets anders gehoord: 'De Ford gaat sluiten'. Altijd hoorde je dat. En er zijn veel herstructureringen geweest, maar dat ze ooit echt zouden sluiten, geloofde niemand. Toen het nieuws kwam, raakte ik bijna in shock. Maar verwerken? Nu hebben we de piketten nog. Pas als we de laatste dag door de gangen zullen lopen, zullen we het beseffen."

Wies stemde deze week 'ja'. Wies wil werken. En het werk wérd hervat, maar voor en na de posten blijft ze piket staan. "Je vindt thuis toch je draai niet en als militant moet je er voor je mensen zijn. Het is ook belangrijk. Er staan duizenden auto's op de parking, er zijn delen en persen in de fabriek. Als je dat allemaal afgeeft, heb je geen drukkingsmiddel meer. Maar ik heb wel 'ja' gestemd, al was het vandaag (woensdag, RVP) niet altijd makkelijk. We werden afgeschoten. Maar als de meerderheid 'neen' had gestemd, dan hadden wij dat ook verdedigd. Waarom ik 'ja' stemde? We moeten verder met het sociaal plan en de fabriek moet opgestart worden om in orde te zijn. Als we in staking vallen, verliezen we alle rechten."

Kerstavond 2012 was een bijzondere. Er stond een grote tent voor de poort van Ford, ze waren met honderd man. "Alle drie de kleuren", zegt Wies. De rode, de blauwe en de groene dus. "In deze toestand zijn er geen vijanden." Ruim honderd mensen in één tent namen samen de kerstmaaltijd. Er was een slaatje, dan broccoliroomsoep, keuze tussen goulash en vidé, daarna chocomousse. 'Fijn' is een woord dat Limburg graag gebruikt. Ook Wies: "fijn" vond ze die kerstavond. "Een piket is een kwestie van niet opgeven. En dan komen je gezin en je relatie op de tweede plaats, dat is zo. Als ik eerlijk ben, zijn mensen van de vakbond even belangrijk als mijn familie. Het piket is thuiskomen. Net zo goed op dagen dat minister-president Peeters, de spelers van Genk of de media hier niet waren. Toen was het natuurlijk veel stiller. Soms waren we met weinig. Maar wat nooit wegbleef, was de steun. En burgemeester Dries komgt regelmatig langs, ook zonder camera's."

Aan 2014 durft ze niet denken. Wat na Ford? "Ik hoorde dat er een vacature is in een bejaardentehuis in Genk. Daar zou ik kunnen beginnen, want ik heb een diploma 'verzorging'. Maar als ik uit eigen beweging vertrek, kost me dat veel geld. En bovendien zou ik hier iedereen achterlaten. Dat is geen keuze."

Peter Daniëls

De ruiten van het blauwe hok zijn beslagen, dat wijst op warmte binnen. Toch zoekt Peter Daniëls de Genkse avondlucht op. "Ik was drie jaar gestopt met roken en de avond van de 24ste oktober heb ik weer een sigaret aangestoken. Zo viel het nieuws op mijn kop. Eerst voelde ik een hele grote teleurstelling. Nadien woede. En nu kan ik het alleen met een rouwproces vergelijken. Eentje dat ik moeilijk kan aanvaarden." Hij is 42, "geboren en getogen in Genk", werkte nooit elders dan bij Ford. Dat ging eenvoudig. "Ik was schoolverlater in 1990, Ford begon toen net met een nachtshift en we konden met 1.500 werknemers tegelijk beginnen. Dat was een geschenk uit de hemel." Tweeëntwintig jaar later zegt hij niet dat hier werken een kinderdroom was, wel dat hij al die jaren in dezelfde dienst bleef werken. Wat wijst op geluk: altijd bleef Peter Daniëls in de onderhoudsploeg. De ene dag is de airco stuk, de andere dag een lamp. Dat werk. En militant bij de ACLV. Een engagement uit levenswijsheid, zegt Daniëls. "Ford is eigenlijk een klein dorp en de vakbond is er om wat er leeft in dat dorp in de juiste context te plaatsen. Natuurlijk wordt er veel gezegd. Maar dan is het zaak om te relativeren. Om te kijken hoe je met mensen moet omgaan."

Dat lag niet altijd voor de hand. Er waren herstructureringen in 1998, in 2000, in 2003. Peter Daniëls was daar niet bij, maar nu deelt hij ook in de klappen. "Onzekerheid heb je overal", zo relativeert hij dat. "Misschien alleen in het leger en in het onderwijs niet. Maar verder? Bij eender welke kmo kun je je job nu verliezen. En dus begrijp ik de lezersbrieven van mensen die zich afvragen: 'Waarom krijgen wij niet de steun die ze bij Ford wel krijgen?' Er is één verschil: de impact is hier veel groter. Wijmoeten straks met 10.000 gelijkwaardig gekwalificeerde mensen naar dezelfde jobs zoeken."

Hij noemt zich opgejaagd sinds 24 oktober. "Ik ga sneller in discussie." Dat zit in onnozele dingen: zit hij thuis op de pc, dan wordt hij vlugger lastig door te veel achtergrondlawaai. "Ik slaap ook minder rustig. Ze hebben onze toekomst afgenomen." In die slechte nachten denkt hij aan Ian en Febe, zoon van 14 en dochter van 12. "Onlangs wilde ze geld uit haar spaarpot halen, voor ons. Zo'n kind is daar ook mee bezig." En hij begon dus opnieuw te roken.

Het werd 31 december 2012 en om halfacht parkeerde Peter Daniëls zijn auto op de grote Fordparking. Elders oudejaarsavond vieren had geen zin. Met zijn vrouw, met Ian en Febe kwam hij hier. Er was een 'blauwe' barbecue, met brochetten en kip en koteletten, er waren zelfs oesters vooraf. En iemand had twee taarten gebakken. "Mijn vrouw heeft met de kinderen scrabble gespeeld, zelf ben ik naar het vuur gegaan. Om te bakken. Om middernacht was er vuurwerk, hier op de parking. Je moet de miserie toch een beetje proberen te vergeten. We hebben elkaar een goeie gezondheid gewenst." Wat moet je anders? "Soms kun je de knop even afzetten, maar dat is tijdelijk. (lacht) Met een drankje lukt dat al eens iets beter."

Met het opflakkerend vuur, de palletten die met heftrucks worden aan- en afgevoerd, de twee uitgebrande wrakken voor de deur is de ontnuchtering altijd aanwezig. Peter stemde deze week 'neen' bij het referendum. "Omdat ik niet akkoord ga met de procentuele toeslag. Veertig procent betekent voor managers met een goed loon een groot verschil tegenover arbeiders. Bovendien wordt onze oorlogsbuit kleiner als de band weer gaat draaien, want die auto's moeten het bedrijf verlaten. En het is mij gewoon te snel gegaan. Maar goed, er was een meerderheid voor en dan gelden de wetten van de democratie. Daar moet je je bij neerleggen."

De blauwe fleece gaat dicht, tijd voor weer een sigaretje buiten. Aan het piket brandt het vuur nog. Hij wil nog één ding zeggen. "De speech van Meryame Kitir in het parlement heeft alle Fordarbeiders geraakt. Dat kwam recht uit haar hart." Waarbij hij met 'haar' 'ons' bedoelt. "In het verleden waren de drie kleuren vaak verdeeld. Nu zijn we meer één."

Eddie Martens

De affiche bij het ACV-hok is niet fraai. Op de foto staat Fordbaas Stephen Odell, iemand plakte onder zijn neus een hitlersnorretje, en dan lees je dit: 'De beul van Ford', 'Dirty Steve, liar, liar' en 'The shiteating ball-less wonder.' In het hok is de sfeer niet veel beter. Hoofddélégué Eddie Martens moet de puntjes op i zetten. Er is discussie over wie wat mag zeggen: "Als je bij een voetbalclub speelt en je gaat niet akkoord met de lijnen die de trainer uitzet, moet je elders voetballen." De grimmige sfeer van eerder op de dag door het protest van de toeleveranciers heeft voor wonden gezorgd. Militante harten bloeden. Met de pers praten? "Laat maar."

Uiteindelijk doet Eddie dat zelf. In een hok gevuld met oude sofa's en een bak Duvel drinkt hij een River Cola en vertelt. Over hoe Ford in 1979 een logische keuze was. "Ik was 19, had twee jaar bij NedCar in Born gewerkt en maakte mijn rekening. In plaats van twee keer anderhalf uur in de bus te zitten, kon ik nu met de fiets in twintig minuten thuis staan. En ik kende het loon van mijn oudste broer die bij Ford werkte. Dat ging over duizenden franken meer." Gouden tijden, het verhaal is in de verleden tijd al vaak verteld, maar Martens is ook realist. "Al in 1980 werd voor de eerste keer op technische werkloosheid overgeschakeld." De redenering hoeft niet afgemaakt te worden, er waren toen al moeilijke tijden. Maar het duurde voor hemzelf tot 1999, na twintig jaar in productie, voor hij zich dat nog best realiseerde. "Door spanningen in mijn afdeling ben ik bij de vakbond gegaan. En bij de laatste sociale verkiezingen werd ik hoofddélégué. Wel, sindsdien zat ik alleen maar in de shit." Hoe zijn leven veranderd is sinds 24 oktober? "Ik heb geen leven meer. Eergisteren was ik om kwart voor zeven aan het piket, ik ben 's avonds om tien uur naar huis gegaan. Gisteren van kwart voor acht tot kwart over acht 's avonds. Vanmorgen was het kwart voor vier toen ik hier stond. Ik steek het niet weg, dit zijn hele moeilijke tijden voor me."

Eigenlijk begon dat al twee weken voor 24 oktober. Met de eerdere beloftes van de Forddirectie in het achterhoofd voelde de vakbondsafvaardiging zich redelijk zeker. Er zou een nieuw model komen in 2014, looptijd zes jaar. "Net voor de vakantie was dat nog eens gezegd: de S-Max en de Mondeo zouden voor Genk zijn. En in september, toen er weer geruchten waren, werd dat bevestigd. Alleen herinner ik mij van die vergadering vooral de gezichten. Het waren dezelfde mensen als voor de vakantie, maar ze hadden een totaal ander gezicht. Na vijf minuten vergadering heb ik mijn collega gezegd: 'Het lijkt wel een begrafenis.' Die stemming was het."

Half oktober sprak Eddie Martens met de personeelsdirecteur van Genk. "Hij zei: 'Naar mijn gevoel zullen wij niet getroffen worden, want in tegenstelling tot het verleden heb ik vanuit Keulen geen vraag gekregen over personeelsafwikkelingen.' Maar toen kwam dat nieuws toch. Of beter: we wisten maandag dat er woensdag een mededeling zou zijn. We hebben TS (een toeleverancier die voor het transport van de afgewerkte wagens zorgt, RVP)meteen gevraagd te vragen te stoppen met werken en geen wagens meer buiten te laten. Ook de trein is gestopt. De piketten zijn opgericht. We hebben de terreinen afgesloten. We voelden het: het wordt de dood met de strop of de dood met de kogel. Het werd dus die met de kogel."

Van wijken is geen sprake, hoe zwaar het piket ook weegt. "Er zijn ook mooie momenten. Een paar weken terug kon ik het niet houden en zei ik mijn vrouw 's nachts: 'Ik moet naar het piket.' We hebben allemaal tien euro bijgelegd om sateetjes te halen, dat werd gezellig."

Terwijl binnen nog mensen werken, maken mensen van de onderhoudsploeg de boel voor de poort een beetje schoon. Nog meer palletten worden aangevoerd. Martens bevestigt dat de vandaag 68 geproduceerde auto's morgen de site mogen verlaten. Een paar duizend andere blijven bewaakt, vastberaden gaan de poortwachters de nacht in.