Direct naar artikelinhoud

België gaat Noordzee verbouwen

De Belgische Noordzee krijgt een make-over. Energie-eilanden, een stopcontact in zee, kunstmatige riffen. 'Met een duidelijke visie en planning is ons stuk een interessant gebied', zegt minister van Noordzee Johan Vande Lanotte.

De regering keurde vrijdagmiddag het 'Maritiem Ruimtelijk Plan' van minister van Noordzee Johan Vande Lanotte (sp.a) goed. Daarin staan een resem commerciële, technologische en milieuprojecten voor het Belgische lapje Noordzee. Hoewel lapje, het gaat om 3.600 vierkante kilometer, een oppervlak groter dan West-Vlaanderen.

"Wat we al honderden jaren op land doen, gebeurt nu eindelijk op zee", zegt Vande Lanotte, zelf een Oostendenaar. "Het wordt steeds drukker op de Noordzee, maar met een duidelijke visie en planning is ons stuk een interessant gebied."

De opvallendste vernieuwing is de afbakening van twee zones (één ter hoogte van de haven van Zeebrugge en één op de Wenduinebank) waar een energie-atol kan gebouwd worden. Dat is een donutvormig eiland aangelegd in zand. Vooral het project op Wenduinebank klinkt groots: drie kilometer in zee en tien meter boven de zeespiegel. Vanop de Blankenbergse dijk zou je het eiland zien liggen aan de horizon.

Op zo'n atol komt een installatie die de overproductie van windmolens op zee opslaat. Hét probleem met windenergie is immers: je hebt piekproducties als het sterk waait, maar die pieken vallen niet altijd samen met momenten dat we veel energie verbruiken. Een tijdelijke opslag van overtollige productie is dus handig.

Het systeem, uitgedacht door het Antwerpse studiebureau Ecorem, werkt als volgt. Binnen de ring van het eiland zit een diepe put. Wanneer er een overschot is aan goedkope windenergie, wordt het water uit de put van het atol gepompt met de overtollige stroom van de turbines. In de periode waarin het stroomverbruik piekt, stroomt het water terug naar binnen, voorbij generatoren die elektriciteit maken. De installaties zouden vier uur lang 300 megawatt kunnen produceren. Ter vergelijking: de oudste kernreactor Doel 1 produceert (constant) 400 megawatt.

Volgens Vande Lanotte zit de bedrijfswereld springensklaar. Onder meer de haven van Zeebrugge, de windenergiebedrijven en de baggeraars Deme en De Nul zien heil in het project, dat eens gerealiseerd een wereldprimeur zou zijn voor ons land. Nooit eerder werd een waterkrachtcentrale op zee gebouwd. Ook Electrabel "volgt het project met veel interesse". Als eigenaar van het spaarbekken in Coo, dat op een vergelijkbare manier werkt, heeft het bedrijf alvast de knowhow.

En er zijn plannen voor nog een energie-eiland. Op vraag van netwerkbeheerder Elia zal het consortium Plug at Sea een eilandje en een platform bouwen, dat als 'stopcontact op zee' moet dienen voor huidige en toekomstige windmolenparken. Tegen 2020 wordt ervoor de Belgische kust een vermogen van 2.000 megawatt aan windenergie geïnstalleerd. In plaats van in elk park apart een kabel te leggen naar de kust, wordt de productie samengebracht in dit stopcontact. Vanuit dat gemeenschappelijk aansluitingspunt vertrekt dan één kabel naar land.

Geen Dubai aan Noordzee

De inwoners van Knokke moeten hun petities niet bovenhalen. Er komen geen nieuwe offshore windmolenparken in de komende zes jaar. De lopende projecten moeten eerst klaar zijn, vindt Vande Lanotte. Zo wordt nu non-stop gebouwd aan het nieuwe Northwindpark op de Lodewijkbank. De 72 turbines moeten eind 2013 klaar zijn. Ook 'Dubai aan de Noordzee' moet nog minstens zes jaar wachten. Enkele grote baggerbedrijven overwegen om zoals in Dubai de kustlijn te sieren met eilanden in de vorm van sterren of bloemen. Daarop komen dan luxehotels en -appartementen.

Rond de havens van Zeebrugge en Oostende wordt een zone van enkele vierkante kilometers vrijgehouden voor mogelijke uitbreidingen. Vooral voor de haven van Zeebrugge is dat belangrijk. Daar denkt men al geruime tijd aan een extra LNG-steiger, zodat meer gasschepen kunnen aanmeren. Het havenbestuur zou die tegen 2015 graag inhuldigen. Aan de onderwaterstructuur wordt al naarstig gewerkt.

Daarnaast worden de vaarroutes naar de kusthavens duidelijker aangegeven. Naast de grote routes varen de schippers vandaag grotendeels waar ze willen. Behalve dan in de windmolenparken. Die zijn verboden terrein en vormen zo de perfecte schuilplek voor de natuur. De aanleg van artificiële riffen waar allerlei vis- en andere diersoorten een veilige haven vinden, behoort dan ook tot de plannen in de parken. Net zoals houten terrassen waar zeehonden rustig kunnen zonnen. Aan de bestaande natuurgebieden en vogelgebieden wordt niet geraakt. In een aantal geulen rond de kustbanken wordt het verboden om zand te ontginnen.

Tot slot krijgen ook de kustvissers betere vooruitzichten. Grote, vaak internationale vissersschepen moeten vandaag verder dan 3 zeemijl van de kust blijven. In de toekomst zou die grens verschuiven naar 4,5 zeemijl. Al moet die maatregel nog afgetoetst worden bij Kris Peeters (CD&V), de Vlaamse minister bevoegd voor Visserij.