Verkeerslichten vaak overbodig
Uit een nieuwe studie blijkt dat liefst 80 procent van de Britse verkeerslichten overbodig is. Ook Vlaanderen kampt volgens Touring met een wildgroei. 'Eén op de twee lichten kan zomaar verwijderd worden.'
De conclusies van de studie die het Institute of Economic Affairs (IEA) zopas publiceerde, liegen er niet om: al dat stilstaan voor verkeerslichten is niet alleen een dure grap voor de economie, maar zorgt bovendien voor meer uitstoot.
"Klopt", zegt Danny Smagghe van Touring. "De CO2-uitstoot stijgt met 28 procent, en er komt 7 procent meer fijn stof vrij. In het verleden is men ook in Vlaanderen kwistig geweest met het plaatsen van verkeerslichten, meestal op vraag van buurtbewoners of gemeentebesturen. Lang niet al die lichten hebben een positief effect op de verkeersveiligheid. We hebben zelf op honderd plaatsen onderzoek gedaan, en daaruit bleek dat 50 procent van de verkeerslichten probleemloos geëlimineerd kan worden. Die dingen moeten dienen om ongevallen te voorkomen. In ons land staan er te veel enkel voor het comfort. Op die manier zijn ze niet alleen een serieuze fileveroorzaker, maar stuwen ze ook de luchtvervuiling de hoogte in."
Rotondes
Maarten Matienko van VAB stelt dat het in de bebouwde kom eigenlijk nog erger gesteld is. "Als we daar consequent 30 kilometer per uur zouden aanhouden, kunnen negen van de tien lichten weg. Tegen die snelheid creëer je veiliger verkeer, omdat je sneller op onvoorziene omstandigheden kunt inspelen. En ook: auto en fiets zijn dan ongeveer even snel. Hoe kleiner de verschillen tussen beide, hoe kleiner de kans op ongevallen. Dertig kilometer per uur lijkt traag, maar het is sneller dan voortdurend twee minuten stilstaan aan een kruispunt."
In Antwerpen voerde het vorige stadsbestuur op vraag van Touring met succes een proefproject uit, en Vlaams minister van Mobiliteit Ben Weyts (N-VA) heeft plannen om de draad weer op te pikken en in de bebouwde kom zogenaamde groene golven te creëeren.
Volgens Ilse Luypaert van Wegen en Verkeer wordt de situatie op elk kruispunt dat heraangelegd wordt opnieuw geëvalueerd. "We houden rekening met twee elementen: de verkeersstroom moet zo dynamisch mogelijk zijn, en de veiligheid van voetgangers en fietsers moet gegarandeerd blijven. Waar het kan, opteren we voor rotondes, met minder verkeerslichten tot gevolg."
In Frankrijk en Nederland wordt al langer voor rotondes gekozen. "Buiten de bebouwde kom is dat zeker de beste oplossing", zegt ook Maarten Matienko van VAB. "Maar je moet plaats hebben om ze aan te leggen, en er mag niet te veel verkeer passeren, want anders loopt het opnieuw fout. Bovendien: aan die rotondes hangt een stevig prijskaartje. Een andere oplossing is de lichten op bepaalde tijdstippen van de dag op knipperlicht zetten. Dat gebeurt nu al hier en daar, maar het zou vaker moeten worden toegepast."
Ander pijnpunt is dat verkeerslichten in de bebouwde kom zeer slecht op elkaar zijn afgesteld. Hoe moeilijk kan het zijn om daar wat aan te doen? "U legt de vinger op de wonde", lacht Danny Smagghe van Touring. "Wij stellen die vraag al dertig jaar. In het buitenland kan dat blijkbaar wel: slimme verkeerslichten installeren die zich aanpassen aan de hoeveelheid voertuigen die passeren. Het Brussels Gewest kocht vier jaar geleden al zulke lichten aan, maar ze zijn nog steeds niet geïnstalleerd. Nog even en ook die technologie is helemaal verouderd."