Direct naar artikelinhoud

'Op familiefeesten zaten Khalid en ik altijd te ruziën'

'Herinnert u zich de mars tegen de angst die op de valreep werd afgeblazen uit vrees voor een nieuwe aanslag? Wel, de man die zich zou opblazen, dat was ik.' Moustapha Benhattal (40) lacht groen. Na vier maanden in de cel, waarvan drie op de afdeling Hoge Veiligheid in Brugge, vertelt hij graag zíjn verhaal. Douglas De Coninck

We ontmoeten hem in een cafeetje in Sint-Gillis. Moustapha Benhattal heeft hier vlakbij afgesproken met zijn loodgieter, die een offerte gaat maken voor zijn nieuwe appartement langs de Louizalaan. "Ik had het compromis enkele maanden voor mijn arrestatie ondertekend", zegt hij. "De notaris, Béatrice Remy, is met de akte naar de gevangenis moeten komen. Ja, die akte kon niet wachten, zei ze, anders zou ik 10 procent van de aankoopsom moeten betalen. Ik hoor haar nog bezig, in de bezoekerszaal van de gevangenis: 'Zozo mijnheer, u ging uzelf opblazen in de Louizalaan, waar u op het punt stond te kopen?' Ze zei dat het de eerste keer in haar toch al vrij lange loopbaan was dat ze zoiets had meegemaakt. Zonder het te beseffen, heeft zij me er doorgetrokken. Met die droge humor."

Ging u zich niet opblazen aan het EK-fandorp op het Rogierplein tijdens België-Ierland?

Moustapha Benhattal: "Ook. En in het kantoor van mijn vroegere advocaat, Olivier Martins. Hij kwam niet bij van het lachen toen hij het hoorde."

Misschien moet u beginnen bij het begin.

"Herinnert u zich de mars tegen de angst die op de valreep werd afgeblazen uit vrees voor een nieuwe aanslag? Wel, de man die zich zou opblazen, dat was ik. Alweer (lacht)."

Vanwege 'imminente terreurdreiging',

zei Jan Jambon (N-VA).

"De imminente terreurdreiging, dat was ik. Vier dagen na de aanslagen van 22 maart is de DR1, de Brusselse brigade antibanditisme van de federale politie, mijn vrouw en ik om vijf uur 's ochtends van ons bed komen lichten bij ons thuis in Schaarbeek. Leuk is dat niet, maar ik kon het plaatsen. Ibrahim en Khalid El Bakraoui waren de zonen van mijn zus. Het is verschrikkelijk wat zij hebben gedaan, dus ik vond het normaal dat men bij de familie ging zoeken.

"Wat ik minder goed begreep, was de manier waarop. Op het commissariaat kreeg ik te horen dat ze info hadden dat ik me zou opblazen tijdens die mars. Dat ik medeplichtig was aan Zaventem en Maalbeek. Want: 'Jij hebt de huizen gehuurd waar ze ondergedoken zaten en jij hebt hen valse papieren bezorgd!' Rond twaalf uur 's middags ben ik voor onderzoeksrechter Sophie Grégoire geleid. Zij heeft het dossier bekeken en mijn vrijlating bevolen. Ze zei enkel: 'Ik hoop dat de toekomst mij geen ongelijk geeft.'"

Na uw vrijlating plaatste de politie afluister-apparatuur in de BMW van uw neef Jawad.

"Hij was ondervraagd in een zaak van sigarettensmokkel door de politie in Asse. Ik neem aan dat men toen heeft gedacht: dat is familie van de El Bakraoui's, we gaan die volgen. Het onderzoek is dan vanuit Asse overgedragen aan de DR1. Dezelfden als in maart."

En op 16 juni werd u opnieuw gearresteerd.

"Ik stond met Jawad op straat, voor mijn huis in Schaarbeek. Opeens het gebrul van motoren en overal gewapende agenten met bivakmutsen. We kregen allebei een blinddoek en handboeien om en werden met onze hoofden naar beneden in een auto geduwd. Ik durfde niks te vragen, want ik voelde een wapen tegen mijn hoofd. Later, in het commissariaat, zei ik: 'Ik ben Moustapha Benhattal, bent u zeker dat u de juiste hebt opgepakt?' Ik kreeg een klap in mijn gezicht. Het was de enige keer dat ze mij hebben geslagen, voeg ik er meteen aan toe.

"Ik ben ervan overtuigd dat de grote meerderheid van de politiemensen z'n werk in eer en geweten doet. Er is één kleine groep die methodes gebruikt die je alleen mogelijk acht in dictatoriale regimes. Daar kregen wij mee te maken. Je moet je uitkleden, je benen spreiden, hun grappen ondergaan. De hele tijd: 'Ta gueule, Arabe!'

"Ik ging er ergens van uit dat het zou gaan als de vorige keer. Deze keer werd ik ondervraagd door twee heel charmante dames, die zelf niet schenen te weten waar dit over ging. Ze waren van de afdeling Financiën. Achteraf is me verteld dat de mannen van DR1 dachten dat ik zo'n extremist was die vrouwen geen hand geeft. (lacht) Die agentes zeiden me dat ze niet begrepen wat we hier zaten te doen en wensten me succes bij mijn voorleiding. Deze keer was de onderzoeksrechter Berta Bernardo-Mendez. Ook zij leek eerst heel correct. Ik zei: 'Luister mevrouw, over drie dagen moet ik bij de notaris zijn'. Opeens schoot ze in een colère: 'Voer hem weg!' Zij heeft de speurders blind gevolgd, weet ik intussen."

Hij schuift ons een papiertje toe met hét fragment uit de transcriptie die de speurders maakten van de BMW-gesprekken op 16 juni. Het is dit fragment, terwijl de BMW stilstaat langs de Antwerpselaan, vlakbij het Rogierplein, dat de speurders deed besluiten dat hij en Jawad een aanslag op de EK-fanzone aan het plannen waren.

'Als je komt, schiet dan daar.'

'Het pistool krijg ik niet mee naar binnen, morgen. Ik zet mijn maat daar af en dan: pam, bang, bang!'

'Al die mili... al die mensen, o te gek! Je zet me daar af en je maakt dat je wegkomt.'

'En dan ga ik mij daar opblazen.'

Dat soort gesprekken voerden jullie?

"Maar neen! Niets hiervan is ooit uitgesproken. Nog geen half woord of iets dat erop lijkt. Dit is van A tot Z verzonnen. Toen men mij dit liet zien, heb ik gezegd dat ik de tape wilde horen. Daar ging de discussie de hele tijd over, maar de speurders wilden ons alleen hun transcriptie laten zien, niet de tape zelf.

"Luister, als ik iets te verbergen had gehad, dan zou ik toch bidden dat er geen geluidsopnamen bestonden? En weet je wat mij doet kotsen? Op de griffie van de rechtbank kon je nagaan wie de opnames zoal heeft beluisterd. Dat wordt gere- gistreerd. Zo kon ik zien dat Berta Bernardo-Mendez ze in die vier maanden geen enkele keer heeft beluisterd.

"Intussen snap ik het wel hoor: het was een sfeer van 'nood breekt wet', ze hadden een voorwendsel nodig voor veertig huiszoekingen in een brede kring rond de familie El Bakraoui en om op 152 plaatsen te gaan zoeken naar een garagebox."

Omdat uw neven ergens in Brussel wapens zouden hebben achtergelaten voor de volgende IS-cel.

"Klopt. En als ik ook maar een vaag vermoeden zou hebben waar, zou ik de eerste zijn om het te vertellen. Maar ze hebben niks gevonden. Helemaal niks. Nul explosieven, nul wapens, nul verdachte boodschappen ook op onze computers."

U bedoelt: één oud linkje naar een IS-video in uw browsergeschiedenis en u zat nog steeds vast?

"Ik had in die vier maanden vaak het gevoel dat ik kon praten zoveel ik wilde, maar dat mijn stem geen bereik had. Ik ben de enige in mijn familie die sjiitisch is. Ik behoor tot de vijanden van IS. Al wie onze familie een beetje kent, weet dat ik daar memorabele discussies over heb gehad met mijn neven. Vooral met Khalid. Ibrahim, die was wat introverter. Op familiefeesten zaten Khalid en ik altijd te ruziën. Als ik bij mijn zus op bezoek ging, ging het over Boko Haram, en dan zei ik: 'Komaan, schoolmeisjes van twaalf-dertien jaar kidnappen, dan ben je toch geen moslim, dan ben je een pedofiel!' Khalid bleef Boko Haram koppig verdedigen."

Wanneer zag u hem voor het laatst?

"Net nadat hij een laatste keer door de politie is ondervraagd. In een zaak van een handel in laders van kalasjnikovs. Ze hebben iedereen toen vrijgelaten, ook Khalid. Ik ben 'm nog gaan ophalen."

Dat was in oktober 2015, in volle voorbereiding voor de aanslagen in Parijs.

"Ik heb hem later ook nog gezien op het trouwfeest van mijn nicht, in december. Je merkte niks aan hem. Hij was heel normaal, ging iedereen groeten. Hij en zijn vrouw verwachtten een kind, hij had een baantje als verkoper van elektrische huishoudapparaten. Hoe wilt u dat wij ook maar het geringste vermoeden konden hebben dat hij zich zou opblazen in de metro? Khalid is ook nooit in Syrië of Turkije geweest of zo. Hij is altijd hier gebleven.

"Tijdens mijn verhoren verweet de politie mij dat: 'U moét op de hoogte zijn geweest'. Ik zei: 'Júllie hadden op de hoogte moeten zijn!' En dat meen ik. Ze hebben hem in oktober nog ondervraagd voor die laders, en laten gaan. Terwijl iedereen er nu van uitgaat dat die laders bestemd waren voor Parijs. En Ibrahim, die is in juni 2015 opgepakt in Turkije."

Hebt u hem nog gezien?

"Nee, alleen telefonisch gesproken, vanuit Turkije. Ik weet nog dat ik tegen mijn zus zei: 'Dit is supergoed nieuws. Nu kan hij niet naar die verdomde oorlog gaan, kan hij niet doden en ook niet gedood worden.' Ibrahim legde me uit dat hij effectief van plan was om zich bij IS aan te sluiten. De Turkse autoriteiten hadden hem laten verstaan dat ze contact hadden opgenomen met België en dat hij op het eerste vliegtuig zou worden gezet. Ibrahim was ervan overtuigd dat hij bij zijn landing in boeien zou worden geklonken."

Hij had nog 5 jaar cel staan.

"Voilà, hij zou zeker voor een jaar of drie, vier de gevangenis ingaan en tegen dat hij zou vrijkomen, zou die oorlog alweer achter ons liggen. Tot zijn eigen grote verbazing is hij geland op Schiphol en wachtte niemand hem daar op. Heeft Ibrahim daarna Khalid meegesleept in dit verhaal? Ik weet het niet."

Het heeft twee maanden geduurd voor Sébastien Courtoy, de advocaat van Jawad, zich door de berg papier van drie maanden BMW-conversaties had gewerkt. Om vast te stellen dat alle verdacht klinkende passages simpelweg waren gefantaseerd. Dat nooit was gesproken over een EK-fanzone of het Rogierplein. "Ikzelf liet me bijstaan door Sven Mary", zegt Moustapha. "Je hebt in zulke omstandigheden een topper nodig. Een andere advocaat zou het gewoon weigeren te geloven, dat de politie tot zoiets in staat is."

Bent u fan van de Rode Duivels?

(enthousiast) "Ja, ik zat ook helemaal in die sfeer. Urenlang discussiëren over grinta, over of Laurent Ciman dan wel Thomas Meunier tegen Ierland op de rechtsback moest spelen. En opeens zit je daar dan. Ik heb het vernomen van mijn vrouw, dat ik volgens de kranten een aanslag wilde plegen op de EK-fanzone."

Hoe kwam u die vier maanden door?

"Je komt in de gevangenis de hele tijd adem te kort. De eerste maand zat ik nog in Vorst, de smerigste gevangenis van het land. Je ziet er ratten van dertig centimeter op de koer. Toch zat ik liever daar dan in Brugge, waar ik als terreurverdachte op de afdeling Hoge Veiligheid terechtkwam (waar ook Salah Abdeslam tot zijn uitlevering aan Frankrijk zat, DDC). Daar is alles kraaknet, het is een gevangenis in de gevangenis. Je hebt met niemand contact en wat het meest ergert, is de stilte, de hele dag door. Zelfs de wandeling, 's ochtends om half acht, moest ik alleen doen. Met drie bewakers rond me.

"Op een gegeven moment ben ik me situaties gaan verbeelden. Ik begon rond te lopen in mijn cel, stapte in de metro, voerde lange gesprekken met een vriend. Tot het luikje openging en ik het lachende gezicht van de cipier zag: 'Zeg Moustapha, ben je een beetje zot aan het worden?' Dat was zo'n zeldzaam moment van menselijkheid. Ik ben Engels gaan leren, deed rekoefeningen. Ik ben in Brugge een paar kilo's kwijtgeraakt. Eén keer kreeg ik een negatief rapport en mocht ik een week geen bezoek ontvangen. Mijn vrouw had de plannen voor onze keuken weten binnen te smokkelen. Ik hoor mezelf nog roepen: 'Dat zijn geen plannen voor een aanslag, dat zijn plannen voor onze nieuwe keuken'. Nu klinkt het grappig, toen niet."

U bent nu vrij onder voorwaarden.

"Ik mag niet online gaan en moet tussen tien uur 's avonds en half zeven 's ochtends thuis zijn. De politie komt elke avond iets voor tienen kijken of ik er ben. Officieel ben ik nog steeds beticht van het plannen van een aanslag."

U bent ook de oom van Oussama Atar, de man die vorige week in Le Monde werd uitgeroepen tot 'vermeend brein' achter de aanslagen.

"Weer zo'n onzinverhaal. Oussama is in 2012 na acht jaar gevangenschap in Irak naar België teruggekeerd. Hij heeft in Abu Graib gezeten, niét met Abu Bakr al-Baghdadi (de toen nog onbekende leider van IS, DDC). Hij is ook niet veroordeeld voor wapenbezit, zoals de kranten nu al maanden schrijven. Irak was in oorlog. Als hij ook maar iets met wapens te maken had gehad, dan hadden ze hem ter plekke geëxecuteerd. Uit alle documentatie die er is, blijkt dat hij door de Amerikanen is opgepakt omdat hij daar rondliep zonder geldige papieren.

"Bij zijn terugkeer in België heeft hij een tijdlang gedacht dat hij een nieuw leven kon beginnen. Hij zou een eigen winkeltje starten in Anderlecht, maar al de dag na zijn terugkeer werd hij al geconvoceerd bij het parket. Er is een magistraat die hem letterlijk heeft gezegd dat zijn cel al gereserveerd was, dat men alles zou doen om hem terug vast te zetten."

Waar zit hij nu?

"Dat weet ik niet. In Syrië of Irak. Het laatste contact was een Facebook-boodschap aan zijn moeder, enkele maanden geleden.

"Toen ik op 16 juni gearresteerd werd, zeiden de speurders me dat Oussama in België was en dat ik met hem in contact stond. In een BMW-gesprek hoorde de DR1 mij zogezegd tegen Jawad zeggen dat ik een vals paspoort had geregeld voor hem. Uit een ander gesprek zou blijken dat mijn nicht, de zus van Khalid en Ibrahim, met haar man naar Turkije was gereisd om het paspoort daar aan Oussama te overhandigen. Zodat Oussama naar België kon terugkeren om aanslagen te plegen.

"En dus vroeg ik nog eens: kunnen we luisteren naar die tape? Nee, dat kon niet. Want die bestaat helemaal niet. Het zijn altijd diezelfde agenten van de DR1, die ook de jongere broer van Oussama, Yassine, hebben geframed. Hij is gearresteerd tijdens dezelfde actie als ik, kort na 22 maart. Ze hebben zogezegd sporen van explosieven in zijn haren gevonden, maar drie tegenexpertises later blijkt dat alweer verzonnen te zijn. Het is allemaal wraak. Je behoort tot 'die familie' en in de ogen van de speurders hebben wij hoorntjes op onze hoofden staan."

U wilde voor dit interview niet herkenbaar op de foto.

"Nee, omdat ik bij veel mensen gewoon aan de blikken voel: geen rook zonder vuur. Ik las laatst een interview met Fayçal Cheffou (de man van wie vier dagen werd gedacht dat hij de man met het hoedje was, DDC). Ook al weten we nu met meer dan 100 procent zekerheid dat die gast totaal niks te maken heeft met die aanslagen, heeft hij geen leven meer. Hij wordt overal nagestaard, mag op bepaalde plaatsen niet binnen.

"Ik probeer het bredere plaatje te zien. De Amerikanen hebben in 2003 in Irak de soennieten verjaagd en de sleutels van het huis aan de sjiiten en de Koerden gegeven. Dan krijg je een machtsstrijd; dit heeft niks te maken met religie. En dan krijg je mijn neven, die een paar jaar in de gevangenis hebben gezeten en een woede in zich dragen. Ze lopen een of andere idioot met een baard tegen het lijf die begint over 'je plaats in de geschiedenis'. (zucht) Het is zo triest, maar ik kan me er niet verantwoordelijk voor voelen. Ik kan ook geen vergiffenis vragen, omdat ik niet weet waarvoor. Je kunt geen vergiffenis vragen voor het onvergeeflijke."