Direct naar artikelinhoud

Onderbemanning belastingdienst maakt van Antwerpen en Brussel fiscale speeltuinen

'In 1987 werd ook maar 1 procent van de Antwerpse vennootschappen doorgelicht'

Slechts 1 procent van de bedrijven die in Antwerpen zijn gevestigd wordt nog onderworpen aan een doorlichting van de administratie der belastingen. Het cijfer werd eergisteren geopperd door een CCOD-vakbondsafgevaardigde bij de Antwerpse belastingdiensten in de krant Gazet van Antwerpen, en de plausibiliteit ervan werd niet ontkend door het kabinet-Reynders en de federale coördinatiedienst der belastingadministraties. "In Brussel is het probleem zeker niet minder acuut", zegt informatieambtenaar Dirk Vyverman van de federale coördinatiedienst der belastingadministraties.

Volgens de laatste gegevens van het Rekenhof werd er in 2000 nog 3 procent van alle Antwerpse vennootschappen doorgelicht, zegt woordvoerster Birgit Peters van federaal minister van Financiën Reynders (MR). "Of dat in drie jaar tijd nog gedaald is, weten we niet. Maar 1 of 3 procent: het blijf een laag cijfer. We ontkennen niet dat er een probleem is."

Het kabinet-Reynders, de federale overheidsdienst en de afgevaardigde die het cijfer naar voren bracht, hangen het probleem op aan dezelfde oorzaak: onderbemande, pover uitgeruste lokale belastingdiensten. Het kabinet heeft sinds 1999 de investeringen in de lokale diensten verhoogd: voor dit jaar werd er een investering van 111 miljoen euro opgebracht, die onder meer zal resulteren in een achtduizendtal nieuwe pc's voor de diensten. "Maar dat is slechts een deel van het verhaal", zegt Peters. "De belastingdiensten zitten met een chronische onderinvestering, die al jaren aansleept. In 1987, bijvoorbeeld, werd ook maar 1 procent van de Antwerpse vennootschappen doorgelicht; het probleem is niet nieuw. De administratie telt zo'n 30.000 ambtenaren: het kan even duren voor die goed zijn opgeleid, van middelen zijn voorzien en hun mentaliteit is veranderd."

Verder bereidt het kabinet een aantal beleidsondersteunende maatregelen voor. Zo zal het in 2004 mogelijk zijn om de inspectie te laten uitvoeren op de plaats waar het bedrijf zijn exploitatieadres heeft, en niet waar de maatschappelijke zetel gevestigd is. Zo moet een oud euvel worden verholpen: malafide bedrijven die hun maatschappelijke zetel in het Antwerpse onderbrengen, omdat ze weten dat de inspectie er pover is. Er worden ook middelen aangereikt voor statistische analyse. "Zo kan er gerichter worden gewerkt", zegt Peters. (RMe) Zie ook Standpunt, pagina 2 en pagina 4