Direct naar artikelinhoud

Orban splijt Europees Parlement

De cultuuroorlog die woedt in de westerse democratieën splijt het Europees Parlement. Amper drie dagen na de Franse verkiezingen openbaart zich de scheidslijn tussen globalisten en nationalisten opnieuw met volle kracht. Aanleiding is de vraag wat Europa aan moet met het Hongarije van de ultrarechtse premier Viktor Orbán.

Vlak voor het debat heeft de Europese Commissie bekendgemaakt dat het een strafprocedure begint tegen zijn land. Maar de profeet van wat hij zelf een culturele contrarevolutie noemt, gaat er niet onder gebukt. Hij heeft zichzelf uitgenodigd. "Ik hou van discussie, ik hou van botsende visies", provoceert hij.

De strafprocedure heeft te maken met een nieuwe hoger-onderwijswet in Hongarije. Zij bepaalt dat buitenlandse universiteiten als de Central European University (CEU) zich alleen in Hongarije mogen vestigen als zij ook een campus hebben in het land van herkomst, wat bij de CEU niet het geval is. Volgens critici is de wet enkel bedoeld om de sluiting af te dwingen van de CEU, die is opgericht door de Hongaars-Amerikaans miljardair George Soros, aartsvijand van Orbán.

'Vijand van Europa'

Brussel concludeert nu na een juridische analyse dat de wet in strijd is met tal van Europese waarden, wetten en regels, zoals de academische vrijheid, het recht op onderwijs en de vrijheid van vestiging. Als Boedapest niet binnen een maand met een bevredigende reactie komt, volgen er verdere stappen. De procedure kan in het uiterste geval leiden tot sancties, zoals het schrappen van het EU-lidmaatschap.

Orbán meent dat de Engelstalige CEU "bedrog" pleegt doordat haar diploma's zowel in Hongarije als in de Verenigde Staten worden geaccepteerd, terwijl zij in Amerika geen campus heeft. "Concurrentievervalsing" tegenover Hongaarse universiteiten, zegt hij. In één moeite door haalt hij uit naar Soros. "Als speculant vernietigde hij miljoenen levens. Hij is een vijand van Europa en toch wordt hij nog steeds hier op het hoogste niveau ontvangen."

Orbán verwijst hiermee naar de jaren 90 toen Soros Groot-Brittannië grote schade toebracht door tegen het pond te speculeren. Met de ontmoeting op topniveau doelt hij op de ontvangst vandaag van Soros door Jean-Claude Juncker, voorzitter van de Europese Commissie.

Gianni Pittella, leider van de sociaaldemocraten, reageert fel. "Meneer Orban, u liegt. Wij zijn niet de verdediger van een Hongaars-Amerikaanse financier. Wij verdedigen alleen de studenten van een uitstekende universiteit."

Orbáns tegenstanders zijn ervan overtuigd dat hij van de CEU af wil omdat hij de universiteit ziet als een uit Amerika afkomstig links bastion dat stemming maakt tegen zijn conservatief-nationalistische politiek. Zeker is dat Orbán het buitenland wantrouwt, zich verzet tegen een te grote macht van Brussel, de natiestaat koestert en de nadruk legt op vaderlandsliefde, familie en christendom.

Orbán verhult niet dat hij van Hongarije een zogeheten "niet-liberale democratie" wil maken. Hij ziet in de autoritaire systemen van Rusland, China en Turkije een beter model dan de westerse liberale democratieën. Hij heeft de kieswet zodanig gewijzigd dat zijn Fidesz-partij in 2014 met relatief weinig stemmen een tweederde meerderheid won.

Guy Verhofdstadt vraagt aan Orbán hoe hij herinnerd wil worden. Als de man die in 1989 zijn land hielp zich te bevrijden van het communisme of als tegenstander van de open samenleving. "Wat is het volgende: de verbranding van de boeken van Kertész, Konrád en Sándor Márai, ook een Hongaarse kosmopoliet die u nu aanvalt?", roept de immer flamboyante liberaal.

Zo raakt Europa verscheurd tussen twee wereldbeelden. De voorstanders van nationalisme, protectionisme, culturele homogeniteit en gesloten grenzen versus de pleitbezorgers van open economieën, mondialisering, Europese integratie en diversiteit.

Orbán, de oud-voetbalprof, blijft tot het eind aanvallen. Hij sluit af met een sneer aan progressief Europa. "Als links verkiezingen verliest, moet het niet doen alsof dat het einde van de democratie is."