Direct naar artikelinhoud

'Europese beschaving begon ook op Malta'

Als de Nederlandse archeologe Lenie Reedijk gelijk heeft, dan arriveerden op Malta 4.000 jaar eerder dan altijd werd aangenomen al mensen. Het zou betekenen dat Malta, naast Kreta, de bakermat van de Europese beschaving was.

Kreta is niet dé bakermat van de Europese cultuur. Lang voor de eerste mensen zich op het Griekse eiland vestigden, bouwden duizend kilometer westwaarts de inwoners van Malta al hun tempels. De Europese beschaving heeft zich niet langs één lijn ontwikkeld.

Tot die conclusie komt Lenie Reedijk in haar boek Sirius, the Star of the Maltese Temples, dat komende week verschijnt. Daarin betoogt ze dat de vele tempels op Malta niet zijn opgericht ter ere van de godin van de vruchtbaarheid, zoals de officiële theorie luidt, maar dat ze gericht waren op de punten aan de horizon waar Sirius, de helderste ster, opkwam of onderging. Omdat die punten, door de beweging van de aardas, langzaam naar het oosten, respectievelijk het westen opschoven, moesten de Maltezen telkens een nieuwe tempel bouwen met een iets andere oriëntatie.

Uit al die verschillende oriëntaties leidt Reedijk af dat de Maltezen daar in het tiende millennium voor Christus mee begonnen. Dat is ruim vierduizend jaar eerder dan het tijdstip waarop volgens de officiële geschiedenis de eerste mensen op het eiland kwamen. Dat zouden boeren zijn geweest die vanuit het nabijgelegen Sicilië de oversteek waagden. Saillant detail: als Reedijk gelijk heeft, konden die eerstelingen naar Malta lopen. Zo laag stond de zee destijds.

Knossos

Het is niet waarschijnlijk dat Reedijk dat gelijk ook snel krijgt. In het verleden hebben wetenschappers vaker bewijzen aangedragen dat Malta een oudere geschiedenis heeft. Maar die bewijzen en inzichten hebben de leerboeken nooit gehaald. Het Archeologisch Museum op Malta vermeldt ze niet, net zo min als Wikipedia of de Unesco, dat de tempels als Werelderfgoed heeft erkend.

Dat komt volgens Reedijk door de Britse overheersing. Malta was tot 1964 een Britse kolonie, en toen was de archeologische geschiedenis van het eiland al in beton gegoten. Dat was het werk van de befaamde Britse archeoloog Arthur Evans, de man die in het begin van de 20ste eeuw het paleis van Knossos op Kreta opgroef en daarmee het bewijs leverde voor de Minoïsche beschaving.

Dezelfde Evans was ook op Malta actief geweest en had geconcludeerd dat de geschiedenis van het eiland niet eerder dan 5.000 voor Christus begon. Een paar duizend jaar later dan het moment waarop de eerste mensen op Kreta aan 'zijn' Knossos begonnen.

De negentiende-eeuwse Britse school waar Arthur Evans uit voortkwam, zag de ontwikkeling van de Europese cultuur als één rechte lijn, beginnend in de Vruchtbare Sikkel waar de landbouw ontstond, en dan via Kreta Europa in.

Datering

Reedijk: "Daar culmineerde het in een cultuur die rust op een hiërarchie van bezit en macht. Een cultuur van koningen en priesters. Dit boek laat zien dat een ander denkkader mogelijk is. Dat er meerdere culturen zijn ontstaan. Een cultuur ook die niet gestoeld is op landbouw, maar op een fascinatie voor de sterrenhemel, voor onze oorsprong. Ik ben benieuwd, het is lastig voor ons om dat idee van de bakermat te verlaten. Het is ons met de paplepel ingegoten. Als mijn idee over Malta wordt erkend, is het hek van de dam."

Experts reageren verdeeld op het verhaal. Bleda Düring, archeoloog aan de Universiteit Leiden, kan de interpretatie niet serieus nemen. "De tempels op Malta zijn goed onderzocht. Op basis van koolstofdatering worden ze niet ouder geschat dan 5.000 voor Christus. Een datering rond 10.000 voor Christus is onmogelijk."

De Groningse hoogleraar pre- en protohistorie Daan Raemaekers heeft het boek gelezen en vindt het idee dat de tempels naar Sirius verwijzen aantrekkelijk. "Die hypothese moet nog wel worden getoetst, bijvoorbeeld door tempels direct te dateren, of door te kijken of hun stilistische ontwikkeling te rijmen is met hun voorgestelde ouderdom. Maar dat ze zo oud zouden zijn, baart me geen zorgen."