Direct naar artikelinhoud

Hoe 'Sloppy Steve' het spel verloor

Het lijkt over en uit voor Steve Bannon. De voormalige chef-strateeg laat in het nieuwe boek Fire and Fury geen spaander heel van zijn ex-broodheer Donald Trump. 'Sloppy Steve' zou het wel alleen doen, maar nu verliest hij ook zijn andere steunpilaren.

Wie dacht Stephen K. Bannon eigenlijk wel niet wie hij was? Hoe durfde hij zich zo uit te laten over de Trump-clan? Hoe durfde hij zich de woede van de president op de hals te halen?

Over Trumps dochter Ivanka: "Zo stom als een baksteen." Over Trumps schoonzoon Jared Kushner: "Hoogverraad." Over Trumps oudste zoon Donald jr: "Die breken ze als een eitje."

Er staan nog meer smakelijke kwalificaties uit de mond van Bannon in het boek Fire and Fury van de journalist Michael Wolff, dat gisteren versneld is verschenen na de saillante voorproefjes die eerder deze week werden opgedist. Sommige details en uitspraken in het boek zullen misschien niet helemaal kloppen, maar de citaten van Bannon, Trumps voormalige campagnemanager, voormalige lid van de Nationale Veiligheidsraad en voormalige strateeg in het Witte Huis, kloppen in elk geval wel: hij heeft er de afgelopen dagen geen woord van teruggenomen.

Want dit is wie Bannon dacht dat hij was: misschien wel de nieuwe president van de Verenigde Staten. Of in elk geval: de aanvoerder van het ware populisme, van de Beweging die Donald Trump aan de macht had gebracht. Hij, Stephen K. Bannon, was degene die de onderbuikgevoelens van Amerika had onderkend, hij was degene die ze via zijn website Breitbart had gekanaliseerd en gemobiliseerd. De hobbits, de deplorables, zoals Hillary Clinton de Trump-aanhangers tijdens de verkiezingen tot haar schade en schande noemde, die waren van hém.

Hij dacht kennelijk Trump niet meer nodig te hebben. Want de beledigingen deze week kwamen niet uit de lucht vallen. In een profiel in Vanity Fair dat vlak voor kerst verscheen, was hij uitgesproken over de president. "Hij is net een kind van elf", zei Bannon. Hij vond dat Trump "het een beetje kwijt was geraakt". Het ontslag van FBI-baas Comey door Trump was "het stomste besluit uit de moderne politieke geschiedenis". En Trump had volgens hem maar 30 procent kans het einde van zijn termijn te halen.

Maar misschien het ergste van alles: Trump was volgens Bannon veranderd, door het presidentschap. Hij was "veel gematigder" geworden, hij danste naar de pijpen van de Republikeinen. Bannon had het allemaal al voorspeld in augustus, toen hij uit het Witte Huis vertrok: "Het presidentschap van Trump is over."

De volgende stap was aan hem. Hij, Bannon, zou het populisme verder brengen.

Verbond spat uiteen

De verklaring van Rebekah Mercer tegen de Washington Post was kort en duidelijk, donderdag. "Ik steun President Trump en het platform waarmee hij is gekozen. Mijn familie en ik hebben al vele maanden niet gecommuniceerd met Steve Bannon, en hebben geen financiële steun geboden aan zijn politieke agenda, noch steunen wij zijn recente acties en uitlatingen."

Mercer en Bannon waren uit elkaar.

Het was een zeldzaam geluid van de normaal gesproken weinig spraakzame, steenrijke rechtse geldschieters uit de buurt van bij New York. Rebekah Mercer en haar vader Robert, een computerprogrammeur die zijn miljarden verdiende door in aandelenkoersen patronen en correlaties te herkennen die niemand erin herkent, waren in 2016 op de achtergrond de belangrijkste donateurs aan de campagne van Trump.

Ze grepen in augustus in, toen de verkiezingscampagne van Donald Trump op de klippen dreigde te lopen. "Dit is over, als je niet snel wat verandert", zei Mercer tegen Trump, zo beschrijft Joshua Green in zijn boek Devil's Bargain. "Het gaat slecht", erkende Trump. "Nee, het gaat niet slecht - het is voorbij", beet Mercer terug. "Tenzij je iets verandert. Breng Steve Bannon en Kellyanne Conway binnen in je campagne. Ik heb met ze gepraat; ze doen het."

Zo werd Bannon voor de laatste drie maanden de leider van Trumps verkiezingscampagne, en werd formeel het verbond gesmeed dat verantwoordelijk zou zijn voor de meeste verrassende ontknoping in de moderne geschiedenis van Amerikaanse presidentsverkiezingen. Trump, de kandidaat; Mercer, de financier; en Bannon, de strateeg. Bannon, die al sinds 2010 contact had met Trump over zijn mogelijke gooi naar het presidentschap, deed in die laatste maanden dat wat hij al jaren had voorbereid: genadeloos inhakken op Hillary Clinton.

Bannon en de Mercers hadden daar een hele infrastructuur voor. Breitbart News natuurlijk, de politiek incorrecte website en radiozender die niets anders deed dan het establishment en de politieke correctheid aanvallen, beide gepersonifieerd door Clinton. Daarnaast was er het Government Accountability Institute, een soort denktank voor politiek onderzoek dat het boek Clinton Cash opleverde, geschreven door de journalist Peter Schweizer. In dit boek werden de slim onderbouwde suggesties gedaan die Clinton nog steeds achtervolgen: dat de Clinton Foundation geld ontving van buitenlandse donateurs, in ruil waarvoor Clinton als minister van Buitenlandse Zaken een tegenprestatie leverde. Meest beruchte voorbeeld is de verkoop van Uranium One, een Canadees bedrijf met een mijn in de Verenigde Staten, aan Russische kopers - de stichting van Clinton had voor die deal geld gekregen van de eigenaren, en Clinton was een van de verantwoordelijke ministers die toestemming moesten geven voor de deal. Van het boek werd door de productiemaatschappij Glittering Steel een film gemaakt, die in 2016 in Cannes werd gepresenteerd. Mercer en Bannon dronken daar champagne aan boord van haar jacht, de Sea Owl: op de productieve samenwerking.

Maar nu verbreken de Mercers dus de politiek-financiële banden met Bannon. Vader Mercer had al eerder afstand genomen omdat zijn hedgefonds, Renaissance Technologies, geld begon mis te lopen van beleggers. Hoewel de Mercers wel betrokken blijven bij Breitbart, trekken ze het geld in dat naar onder meer de beveiliging van Bannon ging. Ook loopt zijn politieke campagne zonder geld vast.

Bannon wilde de verkiezingen voor het Huis van Afgevaardigden en de Senaat dit jaar aangrijpen voor een 'totale oorlog' tegen de Republikeinse partij, door eigen, rechts-nationalistische kandidaten tegenover gematigde zittende Republikeinen te zetten. Er stond zeker een dozijn kandidaten klaar, regular guys met 'rafelrandjes', volgens Bannon, die af en toe weleens crazy shit zouden zeggen omdat ze nu eenmaal 'echt' zijn - kandidaten die zich met hun hooivorken naar Washington zouden begeven om daar elitaire kliek rond Paul Ryan en Mitch McConnell de stuipen op het lijf te jagen.

Bannon dacht daar helemaal klaar voor te zijn. Hij werd in augustus als een held ontvangen, toen hij terugkeerde bij Breitbart (de website zat jarenlang bij hem in de kelder, in een herenhuis vlak bij het Hooggerechtshof in Washington dat de Breitbart Embassy werd genoemd - tegenwoordig is geen sprake meer van een redactie, iedereen werkt gewoon van thuis). "Nu ben ik vrij, en heb ik weer de beschikking over mijn wapens", zei hij. "Ik ga de oppositie verpletteren. Ik heb met Breitbart een fucking machine gebouwd, en nu ik terugkeer met mijn nieuwe kennis, gaan we die machine opvoeren. En hoe."

Zo sprak hij dus over Breitbart: als zijn machine. Alleen is de machine helemaal niet van hem, maar van de Mercers en de oprichters (CEO Larry Solov, en de weduwe van oprichter Andrew Breitbart). Sinds Bannons beledigingen aan het adres van Trump zoemen bij Breitbart geruchten rond dat hij de laan zal worden uitgestuurd.

Ook de lezers, zijn lezers, de basis waarop hij zijn politieke imperium dacht te kunnen bouwen, blijken niet zo trouw als hij had gedacht. "Ik heb op Trump gestemd, niet op Bannon", was de meest gewaardeerde reactie op de website. Iemand anders noemde Bannon een verrader. "We hebben er een nieuwe vijand bij."

Trump zelf reageerde ook hard. Hij zei dat Bannon "gek geworden" was, en dat hij niets met zijn presidentschap te maken had gehad. Donderdagavond kwam de genadeklap: Trump gaf Bannon een bijnaam, zoals hij met al zijn vijanden doet. 'Sloppy Steve', was het geworden, een verwijzing naar zijn ongeschoren tronie, met de roodomrande ogen en wilde haardos, zijn rode neus en vlekken in het gezicht, zijn fladderige broeken en jekkies. Bannon was ineens tot zwerver gedegradeerd.

Honey badger don't give a shit, was altijd Bannons (en Breitbarts) lijfspreuk, naar een virale video uit 2011 over honingdassen die gevechten aangaan met zo'n beetje de hele rest van het dierenrijk en verder geen omgangsvormen lijken te kennen. Bannon heeft lak aan alles. Maar toen een beller woensdagavond tijdens een radio-uitzending vroeg om een reactie op Trumps tegenaanval, was Bannon toch verrassend bedeesd. "De president van de Verenigde Staten is een geweldige man. Ik steun hem dag in dag uit."

Rampzalig gefaald

Het lijkt erop dat Steve Bannon zijn hand heeft overspeeld. In Alabama, waar de Bannon-revolutie tegen de gevestigde orde (gepersonifieerd door Senaatsleider Mitch McConnell) had moeten beginnen, ging het meteen mis. Bannons rafelige kandidaat Roy Moore verloor. In een van de meest conservatieve staten van het land ging de winst, onvoorstelbaar, naar een Democraat.

"Hij heeft in Alabama rampzalig gefaald", zegt schrijver Joshua Green, die Bannon nog steeds met enige regelmaat spreekt. "Hij had dat gevecht uitgekozen om McConnell te vernederen, maar hij verloor zelf en heeft daarmee Trump beschadigd. Dat was een grote misrekening."

Ook de andere kandidaten die Bannon steunt zijn niet bijzonder sterk, zegt Green. Het zijn extreme buitenstaanders. "In voorverkiezingen maken ze misschien een kans, omdat Republikeinse kiezers de neiging hebben voor rare en extreme kandidaten te gaan. Maar tegen een Democraat leggen ze het vervolgens waarschijnlijk af, net als Moore."

Enkele van deze kandidaten hebben Bannon deze week overigens laten vallen en partij gekozen voor Trump.

Het meest merkwaardige is nog dat de kandidaten helemaal geen populistische agenda hebben. Green: "Bannon zegt wel steeds dat er een Beweging gaande is, en dat hij van de Republikeinen een arbeiderspartij wil maken, maar hij doet niets wat daartoe zou leiden. Hij is helemaal niet geïnteresseerd in beleid. Hij wordt gedreven door persoonlijke animositeit jegens de Republikeinse partijleiders zoals Mitch McConnell en Paul Ryan, en Jared Kushner, maar heeft geen enkel idee wat hij de kiezer moet bieden."

Zo kreeg Trump het verwijt dat hij zijn achterban had verraden door akkoord te gaan met een grote belastingverlaging voor de rijken - een typisch geval van Republikeinse establishment-politiek. Maar Bannon had er geen enkel probleem mee. Hij is niet de man die zich bezighoudt met koopkrachtplaatjes of toegankelijk onderwijs. Hij wil het vooral over de beschaving hebben, en hoe die bedreigd wordt. Door anderen.

Bannon erkende het zelf ook, tegenover Vanity Fair. "Mijn theorie is dat we meer zijn dan een economie. We zijn een samenleving, met grenzen en waarden." De Muur langs de grens met Mexico, een vondst van Bannon, dat vindt hij belangrijk. Het inreisverbod voor moslims, in de eerste week na de inauguratie, was ook van zijn hand. Dát is het populisme van Bannon.

"Er ligt daardoor nog steeds een lacune in de Republikeinse partij voor een politicus die écht een populistische agenda wil voeren", zegt Green. "De afkeer van de elite is er alleen maar groter op geworden, het afgelopen jaar. Een sluwe politicus zou daar gebruik van moeten maken. In theorie moet hij bestaan, maar hij is nog niet gesignaleerd."

Bannon is dus niet die sluwe politicus - de kans is reëel dat hij van het toneel verdwijnt. Maar de Mercers, Breitbart en de woede zullen blijven bestaan. Voorlopig zullen ze het met Trump moeten doen.