Direct naar artikelinhoud

Gouden Beer gaat naar kleine Hongaarse tongbreker

Verrassende films, een lawine aan politieke statements en een onverwachte winnaar: de 67ste Berlinale mocht er zijn.

Een filmfestival is altijd een beetje een loterij. Je kunt niet alles zien - dit soort artikels schrijft zichzelf niet, weet u - en dan is de verleiding soms groot om, pakweg, een Hongaarse film met een onuitspreekbare titel te skippen. Gelukkig deden wij dat niet, want het originele Testről és lélekrőlwon uiteindelijk de Gouden Beer. In ons land zal de film trouwens uitkomen onder de iets minder tongbrekende titel On Body and Soul.

Was het ook effectief de beste film die we dit jaar in Berlijn te zien kregen? Misschien niet, want het Chileense transgenderdrama Una mujer fantástica en Aki Kaurismäki's vluchtelingenkomedie On the Other Side of Hope maakten op ons althans een nog diepere indruk. Die films moesten zich tevreden stellen met respectievelijk de Zilveren Beer voor het beste scenario, en die voor de beste regie.

Kaurismäki stond tijdens de ceremonie zelfs niet op om zijn trofee in ontvangst te nemen: toen de presentatrice hem zijn beer dan maar zelf in de handen kwam duwen, prevelde hij zijn dankwoord tegen het beeldje in plaats van in de microfoon. Teleurgesteld of gewoon te dronken?

Hoe dan ook wist On Body and Soulzich wel van de concurrentie te onderscheiden met een volstrekt unieke filmstijl. Als je de Hongaarse regisseuse Ildikó Enyedi al met iemand kunt vergelijken, dan wel met collega-absurdist Yorgos Lanthimos (The Lobster, Dogtooth).

On Body and Soul is een liefdesverhaal op een onverwachte plek: een slachthuis. De baas van het bedrijf wordt verliefd op een nieuwe werkneemster. Haar autistische gedrag levert even ongemakkelijke als komische momenten op. Daten doen de tortelduifjes niet in het echt, maar wel in hun dromen, in de gedaante van twee herten.

Absoluut absurd, maar ook teder, poëtisch en bij momenten beenhard. De expliciete beelden van geslachte koeien kondigen al vroeg aan dat de liefde diepe wonden kan slaan.

Trump is overal

Door On Body and Soulte bekronen, ging de jury regelrecht in tegen dé trend van deze 67ste Berlinale: politieke statements. Zowat elke film - hedendaags of historisch - leek over de wereld van nu te gaan. En als dat niet zo leek, dan probeerden de regisseurs ons tijdens interviews en persconferenties wel van het tegendeel te overtuigen. Alles was politiek op dit festival, en Donald Trump was overal.

De bal ging al meteen aan het rollen bij de openingsfilm: regisseur Etienne Comar claimde dat zijn Django Reinhardt-film Djangoeen commentaar was op Trumps travel ban. Ook de Haïtiaanse regisseur Raoul Peck had de buik én de mond vol van de Amerikaanse president, toen hij zijn biopic Le jeune Karl Marxen zijn documentaire I Am Not Your Negro kwam voorstellen.

James Gray, zelf Amerikaan, verzuchtte tijdens ons interview overThe Lost City of Z dan weer dat Trump "een schande" is. Het hoofdpersonage, een Engelse ontdekkingsreiziger die in de Zuid-Amerikaanse jungle in contact komt met inheemse volkeren, is volgens Gray dan ook een lichtend voorbeeld: hij predikt de gelijkheid van alle mensen.

Zelfs in The Party,nochtans een behoorlijk luchtige komedie, zag acteur Timothy Spall een politieke metafoor: hij vertelde ons hoe het rampzalige feestje onder gegoede salonsocialisten eigenlijk symbool staat voor de disintegratie van linkse partijen over de hele wereld.

In Cannes bekroonde de jury vorig jaar nog I, Daniel Blake van Ken Loach: een pakkend verhaal over de tragische gevolgen van doorgedreven neoliberalisme, dat wel, maar zeker geen filmisch meesterwerk.

In Berlijn liet de jury van voorzitter Paul Verhoeven - die niet voor niets bekend staat als politiek incorrect - zich daar niet aan vangen. Zij lijken er uitdrukkelijk voor gekozen te hebben om geen politiek statement te maken, maar creativiteit en artistieke visie te belonen. Wat misschien toch ook weer een statement is.