Direct naar artikelinhoud

Waarom pensioen werkloze hoger is dan zelfstandige

Twee dames, elk met een loopbaan van 40 jaar, krijgen een ander pensioen. De ene was grotendeels zelfstandig maar krijgt minder dan de andere die grotendeels werkloos was. Hoe kan dat?

De regering is met de pensioenhervorming volop bezig om de ongelijkheid terug te schroeven. Dat er nog veel werk aan de winkel is, bewijst dit relaas, dat veel gedeeld werd op sociale media.

Virginie (61) en Caroline (59), twee vriendinnen uit Henegouwen, klopten aan bij de pensioendienst voor een berekening van hun wettelijk pensioen. Groot was hun verbazing wanneer bleek dat Virginie, die het gros van haar loopbaan als zelfstandige heeft gewerkt, zowat 220 euro minder zal ontvangen dan haar vriendin, die grotendeels werkloos was. Reden: kronkels in de pensioenberekening.

De specifieke loopbaan van de dames illustreert dat goed. Virginie begon haar carrière in Frankrijk. Die eerste job ruilde ze na twee jaar in voor een baan als winkelbediende. Na dertien jaar werd ze zelfstandige. Eerst als filiaalhouder van een bank, daarna als gerante in een pralinezaak. Die totale loopbaan van veertig jaar werken, levert haar een pensioen op van 925 euro. Haar 25-jarige zelfstandige activiteit heeft ze als gerante doorgebracht, waardoor ze dus op het einde van de rit geen bloeiende handelszaak van de hand kon doen.

"Maar voor haar pensioenberekening zelf maakt dat geen verschil", legt Caroline Deiteren, adviseur sociale zaken van Unizo, uit. "Haar pensioen is opgebouwd door de kwartaalbijdragen die ze gedurende die 25 jaar heeft geleverd. Plus de rechten die ze als werkneemster heeft opgebouwd."

De andere dame werkte zes jaar als opvoedster, gaf haar baan op omwille van familiale redenen, en kreeg gedurende 33 jaar een werkloosheidsuitkering. Als zij volgend jaar, op haar zestigste, haar pensioen aanvraagt, zal ze een maandbedrag van 1.134 euro ontvangen. "Die jaren werkloosheid worden voor de pensioenberekening omgezet in zogenaamde gelijkgestelde perioden. En tellen dus mee voor de opbouw van pensioenrechten", aldus Deiteren.

Gelijkstelling aangepast

Die gelijkstelling is inmiddels aangepast door de huidige en de vorige regering. Dat betekent dat er geen gelijkstelling meer is aan het laatst verdiende loon, maar een gelijkstelling aan het minimale jaarrecht.

"Toch blijven er grote verschillen tussen werknemers en zelfstandigen," zegt Deiteren. "Men zegt weleens dat het pensioen ongeveer 60 procent bedraagt van het inkomen. Voor zelfstandigen is dat bedrag lager, omdat ze historisch gezien minder sociale bijdragen betaalden dan werknemers. Dat is vandaag niet altijd meer het geval", zegt Deiteren. "Het gemiddelde pensioen van een zelfstandige bedraagt intussen wel slechts 850 euro, voor een loontrekkende is dat zowat 1.200 euro."