Direct naar artikelinhoud

Nobelprijs geeft moed aan Midden-Oosten

De Arabische Lente moest voor een democratische omwenteling in en rond het Midden-Oosten zorgen. In het intussen chaotische moeras heeft enkel Tunesië het hoofd boven water kunnen houden. Maar ook daar knagen de recente aanslagen aan de basis van de prille democratie.

Niet de Duitse bondskanselier Angela Merkel, niet de paus, niet 's werelds bekendste klokkenluider Edward Snowden, maar het Kwartet voor Nationale Dialoog in Tunesië ging met de Nobelprijs voor de Vrede aan de haal. Wat bijna klinkt als een jazzkwartet is een groep middenveldorganisaties die aan de basis ligt van het Tunesische mirakel. Na de Jasmijnrevolutie in 2011 heeft het land de dictatuur van Ben Ali omvergeworpen, een nieuwe grondwet geschreven die haar gelijke in de regio niet kent en een democratisch verkozen regering in het zadel gebracht. Met dank aan de Nobelprijswinnaars.

De voorzitster van het Nobelcomité, Kaci Kullmann Five, motiveerde de beslissing als volgt: "Het kwartet maakte een alternatief en vreedzaam politiek proces mogelijk in een tijd waarin Tunesië op de rand van een burgeroorlog balanceerde." Het kwartet bestaat uit de vakbond UGTT, de werkgeversorganisatie Utica, de Tunesische Liga der Mensenrechten en de Tunesische Orde der Advocaten. Vorig jaar stond het kwartet overigens ook al op de shortlist.

Wil dat zeggen dat ze het dit jaar meer verdienen? Of waren de kanshebbers vorig jaar - met laureaten Malala Yousafzai en Kailash Satyarthi - sterker dan tijdens deze editie? "Het Nobelcomité maakt de beraadslaging nooit openbaar", legt professor internationale politiek Rik Coolsaet (UGent) uit. "Maar wat zeker meegespeeld heeft, is de chaos in Libië, Syrië en andere plaatsen in het Midden-Oosten. In dat moeras van repressie en wanorde is er een land dat minimale stabiliteit heeft gecreëerd, Tunesië."

Aan de basis van deze Nobelprijs ligt dus een momentopname. In die logica kun je de meest controversiële laureaat van de afgelopen jaren ook plaatsen, de Amerikaanse president Barack Obama. Die kreeg de prijs in 2009, amper een goed half jaar na zijn intrede in het Witte Huis. "Obama had inderdaad nog niets bewezen," zegt Coolsaet, "maar zijn discours gaf de indruk dat de VS een nieuw tijdperk zouden ingaan, na de periode onder Bush met de oorlogen in Irak en Afghanistan."

Of deze Nobelprijs een impact zal hebben op de vele conflicten waar de regio in betrokken is, valt uiteraard alleen maar af te wachten, maar het is in ieder geval deze hoopvolle boodschap die het Nobelcomité wil verspreiden. "Om echt een gidsland te worden voor de regio is Tunesië te klein", zegt de Gentse hoogleraar en Tunesië-kenner Sami Zemni. "Het kan wel een symbool worden. Bij sommige Egyptische militanten hoor ik dat het codewoord Tunesië is. Dat er dus lessen te trekken zijn uit wat er daar gebeurd is."

Voor alle duidelijkheid, het Nobelcomité heeft de prijs aan het kwartet gegeven, niet aan de vier aparte organisaties. Want dat kwartet is wel degelijk een officiële samenwerking tussen vier organisaties die een zeer breed maatschappelijke draagvlak hebben. Het is vooral de vakvereniging UGTT die de leiding neemt. "Al sinds de onafhankelijkheid (van Frankrijk in 1956, AF) is de UGTT een heel sterke en belangrijke politieke speler", zegt Zemni. "Ze zijn een politiek begrip in Tunesië."

De Jasmijnrevolutie, het startschot van de Arabische Lente, is uitgebroken na de zelfverbranding van groenteverkoper Mohammed Bouazizi in 2010. Lokale militanten van de UGTT hebben bij die kentering een cruciale rol gespeeld. Na de moord op de linkse partijleider Chokri Belaïd in februari 2013 en de linkse politicus Mohamed Brahmi, vijf maanden later, heeft de UGTT dan een coalitie samengebracht om de gevaarlijke cocktail van sociale onrust en politieke impasse waar het land in was verzonken te doorbreken. Zo ontstond het Quartet du Dialogue National.

Democratische transitie

De zittende regering heeft toen onder druk van het kwartet plaats gemaakt voor een coalitie van beroepspolitici en technocraten, deskundigen zonder politieke ervaring dus. Die laatsten kregen de sleutelposten in een regering die het land moest besturen tot aan de eerstvolgende democratische verkiezingen. In tussentijd werd een nieuwe grondwet opgesteld, die wat rechten en vrijheden betreft de goedkeuring van Amnesty International en Human Rights Watch heeft gekregen.

Tunesië wordt internationaal gezien als schoolvoorbeeld van een vredevolle democratische transitie, maar het land leeft vandaag in angst. De aanslagen op een toeristenhotel in de badplaats Sousse, eind juni, en op het nationaal museum Bardo in Tunis, een paar maanden eerder in maart, hebben het land door elkaar geschud. "Na zulke aanslagen reageert de overheid repressief", zegt Zemni. "Het kwartet, en zeker de mensenrechtenliga, kijkt nauw toe of de regering onder het mom van de strijd tegen het terrorisme geen te autoritaire trekjes krijgt. Want dat zou een gevaar voor de prille democratie betekenen."