Direct naar artikelinhoud

Aanstekelijk nietszeggend

De precisie waarmee de recitanten kirren, kakelen en trekkebekken is ronduit indrukwekkend

Klassiek > Ars Musica brengt 'Machinations' van Aperghis JJJJ

BRUSSEL l 'Uiteindelijk leven ze maar als je ze uitspreekt, die mormels.' Het citaat is van François Regnault, de tekstschrijver van Machinations, het werk van de Griekse componist Georges Aperghis. De 'mormels' verwijzen naar fonemen, de bouwstenen van taal. En dat is waar Machinations om draait.

DOOR RUDY TAMBUYSER

Ars Musica bracht het werk dinsdagavond in het Kaaitheater op de planken.

Niet alleen fonemen moeten leven. Ook muziek moet klinken alsof ze leeft, al bestaan daar in muziekfenomenologische kringen hevige meningsverschillen over.

Machinations gaat over het onbewuste van taal. Klanken worden gevormd door de tong, het strottenhoofd en de longen. Het zijn technische verschijnselen, onderworpen aan mechanische grenzen. In die zin beschikken stemklanken alleen maar over een beperkt arsenaal aan mogelijkheden om dingen en emoties te benoemen, zonder dat ze er in eerste instantie verband mee houden. Die beperking houdt allicht in dat ze de perceptie van die dingen en emoties ook beïnvloedt.

De mechaniek en de betekenis van elkaar loskoppelen, dat is in een notendop het spelletje dat Aperghis in Machinations speelt. Want laat dit duidelijk zijn, het is alleen maar een intelligent spelletje. Vaak grappig, altijd intrigerend. En zoals dat met spelletjes gaat: als ze goed in elkaar zitten, zetten ze je achteraf vaak aan het denken.

De setting van Machinations is tegelijk eenvoudig en hightech. Vier dames zitten aan evenveel tafels met een microfoon en minicamera. Terwijl ze niets betekenende fonetische kettingen vlechten, hanteren ze archetypische voorwerpen, zoals spiegels en takjes. Dat leidt tot werkelijke, maar vaak groteske beelden op de grote schermen achter hen. Een man met een computer superviseert, intervenieert, zwijgt en doet nu en dan iets met zijn computergestuurde agenda.

Het spanningsveld tussen de dames en de man is zeer present, maar wordt nooit geduid. Dat leidt tot een wel zeer eigenaardige associatie. Maandagavond zagen we een opvoering van Schumanns Szenen aus Goethes Faust. In het laatste deel daarvan heeft Goethe het bij zijn behandeling van Fausts transfiguratie over het 'Ewig Weibliche' waar alles naar terugkeert. Dat in Machinations tenminste visueel het 'vrouwelijke' tegen het machinale 'mannelijke' wordt afgezet, leek plots meer dan toeval.

De vier recitanten, Sylvie Levesque, Sylvie Sacoun, Donatienne Michel-Dansac en Johanne Saunier, zijn razend virtuoos. De precisie waarmee ze kirren, kakelen, trekkebekken en via geluid en gebaar geleidelijk aan beginnen te communiceren, zonder elkaar daarom echt te begrijpen, is ronduit indrukwekkend. Hoe ze het karikaturale of ironische weten te vermijden, is theatertechnisch gezien van een uitzonderlijk hoog niveau.

De hightech nietszeggendheid heeft ons dan ook geen seconde verveeld. Een groter compliment voor Machinations is ondenkbaar.