Waterkrachtcentrale Congo dekt 40 procent van energiebehoefte Afrika
De gigantische waterkrachtcentrale die de Democratische Republiek Congo gaat bouwen, wordt nog veel groter dan de Drieklovendam in China. Dat is de grootste centrale ter wereld op dit moment. De bouw van de eerste fase van het project 'Grand Inga', nabij de monding van de Congorivier, moet in oktober 2015 van start gaan.
Het Grand Inga-complex, 200 kilometer ten zuidwesten van de hoofdstad Kinshasa, moet een productiecapaciteit krijgen van 40.000 megawatt (40 gigawatt), meer dan tweemaal zo veel als de Drieklovendam, op dit moment de grootste waterkrachtcentrale ter wereld en vergelijkbaar met het vermogen van twintig kerncentrales.
De megacentrale zou volgens de Congolese regering na voltooiing 40 procent van de energiebehoefte in Afrika kunnen dekken. Ze zou in elk geval een eind maken aan het stroomgebrek in het door oorlog en corruptie geplaagde Congo zelf, onder meer voor de kopermijnen in Katanga.
De eerste fase van het project is de bouw van een nieuwe centrale, Inga 3, met een vermogen van 4.800 megawatt. Later volgen nog vijf centrales en Grand Inga zelf. Twee in 1972 en 1982 onder president Mobutu gebouwde dammen, Inga 1 en 2, die een gezamenlijke capaciteit hebben van 1.400 megawatt maar nooit op meer dan halve kracht werkten, worden gerenoveerd.
De financiering van het megaproject (dat op 60 miljard euro wordt geschat) zal naar verwachting worden gesteund door de Wereldbank, de Afrikaanse Ontwikkelingsbank, de Europese Investeringsbank, het Franse Ontwikkelingsagentschap, en de Ontwikkelingsbank van Zuid-Afrika.
De plannen zijn gebaseerd op een in maart gesloten ontwerpakkoord over energiesamenwerking tussen Congo en regionale grootmacht Zuid-Afrika. Dat investeert fors in Inga 3 en heeft beloofd ruim de helft van de stroom te zullen afnemen voor zijn mijnindustrie.
Op termijn zouden ook andere landen in Afrika van Grand Inga moeten gaan profiteren. Dat vergt wel de aanleg van een nieuw internationaal elektriciteitsnetwerk of 'grid'. Grand Inga moet op die manier de energie gaan leveren voor de economische groei in booming Afrika.
Volgens de voorstanders heeft Grand Inga veel voordelen vergeleken bij andere dammen. De Congo valt bij Inga over korte afstand honderd meter omlaag. Dit potentieel (42.000 kubieke meter water per seconde) kan worden afgetapt zonder de rivier met een grote stuwdam volledig te blokkeren. De aanleg zou ook zonder massale volksverhuizingen en grote milieuschade kunnen gebeuren.
Maar er is ook kritiek. Vrijwel alle stroom van de bestaande Ingadammen - klassieke mislukte 'witte olifanten' - gaat naar de mijnen. Slechts 10 procent van de gewone Congolezen heeft stroom.