Direct naar artikelinhoud

Aantal Europese werklozen bereikt recordhoogte

Het aantal mensen zonder werk in de eurozone bereikt een recordhoogte. 18,5 miljoen mensen hebben geen baan, goed voor een werkloosheidsgraad van 11,6 procent.

In september kwamen er nog eens 146.000 mensen bij in de werkloosheidsstatistieken. Vooral de jeugdwerkloosheid neemt stilaan dramatische proporties aan. De verschillen tussen de lidstaten zijn evenwel extreem. Griekenland voert met 55,6 procent van de jongeren zonder werk de ranglijst aan. Spanje doet het niet veel beter en klokt af op 54,2 procent. Die cijfers staan in schril contrast met Duitsland (8 procent) en Nederland (9,7 procent), waar de jeugdwerkloosheid veel minder uitgesproken is. In België zit momenteel 18 procent van de jongeren zonder werk. Daarmee scoren we slecht, al blijft ons land wel onder het gemiddelde van 23,3 procent in de eurozone. Een ander lichtpuntje is dat we erop vooruit gaan, vergeleken met dezelfde periode vorig jaar. Toen bedroeg de jeugdwerkloosheid in ons land 19,3 procent.

Hoe de werkloosheid zal evolueren is afhankelijk van de Belgische economie. Tot grote verrassing hield de economie in het derde kwartaal stand en tekenden we een nulgroei op tegenover het voorgaande kwartaal. Dat blijkt uit een eerste raming van de Nationale Bank. België ontsnapt daardoor nipt aan een recessie, waarvan sprake is bij twee opeenvolgende kwartalen met een krimp.

Dit jaar begon met een positief kwartaal (+0,2 procent groei), gevolgd door een krimp met 0,5 procent.

Voor het derde kwartaal gaat het nog maar om een eerste raming.

Volgens Jonathan Todd, woordvoerder van eurocommissaris voor Arbeid, László Andor, is vooral de jongerenwerkloosheid in het bijzonder een bezorgdheid. "Jongeren hebben twee keer meer kans om werkloos te zijn", zegt Todd. "Het dreigt het zelfvertrouwen en economisch potentieel van jongeren te schaden." Daarom moeten de overheden, de Europese instellingen, de sociale partners en het bedrijfsleven alle zeilen bijzetten om "een verloren generatie te vermijden".

Hij maakt zich ook zorgen over de uitdiepende kloof tussen de verschillende Europese landen op het vlak van tewerkstelling en sociale situaties. Zo steeg de werkloosheid het snelste in de zogenaamde perifere eurolanden: Griekenland, Cyprus, Spanje en Portugal. Volgens eurocommissaris Andor heeft Zuid-Europa dringend hulp nodig en niet in de verre toekomst. De Europese Commissie roept landen ook op om 'dringend' de landenspecifieke aanbevelingen om te zetten en hun arbeidsmarkten 'dynamischer' in te richten.