Direct naar artikelinhoud

‘The Fighter’: rauw familieportret

David O. Russell (Three Kings) is herrezen na zijn eigen disfunctionele levensperiode. Na vijf jaar van productievoorbereidende perikelen vroeg Mark Wahlberg aan hem om van de boksende Eklunds een familieportret in te blikken. En wat voor één.

Christian Bale (The Dark Knight, Public Enemies) trekt alle aandacht naar zich toe in The Fighter - naar onze mening overacterend, maar naar eigen zeggen komt hij nog niet half aan de manische opdringerigheid van de echte Dicky Eklund. We houden het er maar op dat zijn Oscar voor beste bijrol hem gelijk heeft gegeven, en dat hij die verdient voor al zijn vorige rollen. Wie de kalmte wel bewaart, als hij maar goed geregisseerd wordt, is Mark Wahlberg zelve. Zijn personage van Micky Ward, de halfbroer van Dicky, is dan ook rustiger en aimabeler van inborst. Allebei hebben ze beroepshalve het boksen gemeen en snakken ze naar adem in de alles versmachtende, mentale wurggreep van hun possessieve moeder. Die rol wordt met brio vertolkt door Melissa Leo (Frozen River) die ook terecht met een Oscarbeeldje voor de beste bijrol naar huis mocht. Maar eerlijk is eerlijk, het is Wahlberg die hier hoge ogen gooit en Micky bijzonder aandoenlijk karakter geeft.

Broer Dicky is zelf een ex-bokser die er prat op gaat dat hij ooit Sugar Ray Leonard tegen de mat timmerde, al mag niemand er bijvertellen dat Sugar mogelijk domweg struikelde. Hoe dan ook, Dicky traint nu Micky, zonder al te veel structuur en doordachte schema’s, maar hun tirannieke moeder houdt beide broers bij de les. Wanneer de onzekere en onsuccesvolle Micky een oplawaai krijgt, wil hij er mee kappen, maar dat is niet naar de zin van broerlief, hun zes zussen, de moeder en nog wat naar alcohol en sigaretten geurend gespuis in hun omgeving. Allemaal verwachten ze meer van het leven dan hun realiteit hen kan bieden. Het kan zo niet blijven duren.

Broedertwist

Een aspirerende boksmanager, een uitbater van een taxibedrijf met wie Dicky in zee gaat, alsook zijn liefje, dat niet op haar mondje is gevallen, hebben hun bedenkingen bij de rol van de moeder als manager. Het zorgt voor hardhandige confrontaties waarbij ook de hilarische zussenroedel zich geregeld van zijn beste pugilistische zijde toont. Ondertussen zit de zwaar aan crack verslaafde Dicky na zijn 27ste arrestatie voor geweldpleging een straf uit. Hij hangt er de grote Jan uit en gaat door het lint wanneer hij er op tv de documentaire over zichzelf ziet die van hem niet de ster maakt zoals hij verwacht had. Bij zijn vrijlating breekt een regelrechte broedertwist uit als hij vaststelt dat Micky nu ook een andere trainer heeft. Micky ondergaat het allemaal als een boksbal, maar blijft zich wel klaarstomen voor de grote kamp die alles weer eens in orde zal brengen.

O. Russell liet zich tijdens de productie bijstaan door de echte Eklunds, om zich zo goed mogelijk in de personages en hun rauwe, sociale arbeidersrealiteit in te leven. Hij brengt in grofkorrelige beelden, met handheld camera’s, in de rede vallende dialogen, rake karaktertekeningen en een frenetieke montage het hectische leven van Micky en Dicky in beeld en speelt met de conventies van de boksfilm. Een klassieke boksfilm à la Raging Bull, Rocky of The Champ is The Fighter helemaal niet geworden, dat had u al begrepen. Wel een uppercut van een sociaal drama.