Direct naar artikelinhoud

Tsipras' pyrrusoverwinning

Paul De Grauwe is professor aan de London School of Economics.

De verkiezingsuitslag in Griekenland is, voor de buitenstaander die ik ben, een grote verrassing. De Griekse eerste minister kwam negen maanden geleden aan de macht met de belofte dat het gedaan zou zijn met de brutale besparingspolitiek, die mannen in maatpak uit het noorden van Europa oplegden aan Griekenland. Diezelfde eerste minister kreeg in juni van de Griekse bevolking een mandaat om het nieuwe besparingsprogramma te verwerpen, dat diezelfde mannen met nog meer intensiteit hadden uitgedokterd. Wat gebeurde er? Hij aanvaardde een besparingsprogramma dat nog dieper sneed dan het eerste, en dat door zijn punitief karakter de soevereiniteit van Griekenland op de helling zette.

Hoe komt het dat de Griekse kiezer een premier beloont die geen enkele belofte heeft kunnen waarmaken? Erger nog: die door zijn geklungel heeft bijgedragen tot een ineenstorting van de economie? De Griekse economie was in 2014, voor Tsipras aan de macht kwam, opnieuw lichtjes gaan groeien. Sinds hij premier is, is Griekenland in een nieuwe recessie terechtgekomen.

Ja, hoe is het mogelijk dat de Griekse kiezers deze man vertrouwen om hun land te leiden, terwijl hij duidelijk gefaald heeft? Ik kan maar één goed antwoord bedenken. De andere Griekse politici die in deze verkiezingen opkwamen, hadden nog minder geloofwaardigheid. De politici van Nieuwe Democratie en Pasok die zich aan de Griekse kiezers voorstelden, vertegenwoordigen een corrupt en failliet politiek systeem.

Het blijft nochtans een pyrrusoverwinning voor Tsipras. Hij moet het besparingsprogramma dat hem door de schuldeisers wordt opgelegd, tot de laatste letter uitvoeren. Binnen enkele weken mag hij aan de gepensioneerden meedelen dat hun pensioen nog verder verminderd zal worden. Hij zal de belastingen nog meer moeten verhogen en zo de economie beletten uit het dal te geraken. Onder dwang van de schuldeisers zal hij niet veel meer kunnen doen dan slecht nieuws melden aan de Griekse bevolking. Of die bevolking dat allemaal zonder gemor zal accepteren, valt af te wachten.

De nieuwe Griekse regering verwacht veel van een toekomstige schuldverlichting. Sommige schuldeisers hebben laten verstaan dat ze openstaan voor een dergelijke operatie.

Het Griekse probleem is al een tijdje geen schuldprobleem meer. De overheidsschuld is officieel 180 procent van het bbp. Ondraaglijk hoog, zul je zeggen. Het punt is dat dit cijfer niets meer met de werkelijkheid te maken heeft. Sinds 2011 zijn er verschillende ingrepen geweest die de effectieve Griekse overheidsschuld (de huidige waarde van toekomstige betalingen door de Griekse overheid) tot minder dan de helft hebben teruggebracht. Dat gebeurde door een verlenging van de betalingstermijnen en een vermindering van de interestlast. De Griekse regering kan die schuldenlast relatief gemakkelijk torsen.

Maar door aan dit fictieve cijfer van 180 procent overheidsschuld vast te houden, passen de schuldeisers de verkeerde therapie toe. Ze willen een fictieve schuld drukken door nog meer besparingen op te leggen. Deze strategie is helemaal niet nodig. Bovendien creëert ze een vicieuze cirkel. Ze belet de Griekse economie weer op te leven. En zo zal op den duur de reeds sterk gedaalde effectieve schuld toch ondraaglijk worden.

Hoe Tsipras uit deze vicieuze cirkel zal geraken, is onduidelijk. Zal de wanhoop toeslaan en Tsipras dwingen een oplossing te zoeken buiten de eurozone?