Direct naar artikelinhoud

Besparen en nog eens besparen

Europees commissaris Olli Rehn wil dat de Europese lidstaten blijven doorgaan met besparen op de uitgaven. Maar loont die politiek wel, nu de groei het opnieuw laat afweten en de werkloosheid piekt?

Zijn Engels is beroerd. Zijn Frans klinkt helemaal belabberd. En charisma heeft de man ook niet te koop. Toch hangt heel Europa aan zijn lippen als hij spreekt. Olli Rehn is dan ook niet zomaar een Europees commissaris. Binnen de Europese Commissie is hij bevoegd voor de Europese financiën. Na voorzitter José Manuel Barroso heeft de Fin de belangrijkste job in Brussel.

Vanuit het Berlaymontgebouw aan het Schumanplein dicteert hij het besparingsbeleid in Europa en schrijft hij de remedies voor die de lidstaten moeten volgen. Op een ogenblik dat Europa zijn schulden ziet stijgen, de rijen werklozen ziet aangroeien en zit te smachten om een sprankeltje groei, wordt er meer dan ooit geluisterd naar wat de Fin te zeggen heeft.

Zijn boodschap is niet opbeurend. Zelfs in deze crisistijden moeten de lidstaten doorgaan met besparen. Of zoals Rehn het gisteren bij de voorstelling van de jongste macro-economische prognoses formuleerde. "We mogen het momentum niet verliezen. De hervormingen moeten op koers blijven, anders dreigen we het prille vertrouwen in een heropleving te verliezen."

Ondanks de forse tegenwind die de Europese economie ondervindt, duldt Rehn nog steeds geen versoepeling van het besparingsbeleid, dat erop gericht is op korte termijn begrotingstekorten onder 3 procent te brengen.

Wie is Rehn?

Op zijn aanpak komt almaar meer kritiek. Het gevoel dat de besparingspolitiek zijn limieten heeft bereikt, krijgt almaar meer weerklank. En niet alleen bij vakbonden, die regelmatig op straat komen om hun woede uit te schreeuwen. Het Europees Parlement vraagt de lidstaten al maanden om de oplopende werkloosheid een halt toe te roepen. Ook het Internationaal Monetair Fonds, dat niet meteen bekendstaat voor zijn grote sociale gevoeligheid, vindt dat het welletjes is geweest.

Ook in België stijgt de kritiek. Vicepremier Laurette Onkelinx (PS) heeft haar buik vol van de liberale recepten van Rehn. De doelstelling om in 2015 de Belgische begroting te sluiten, acht ze niet langer haalbaar. Vorig jaar kreeg Rehn het al aan de stok met de Franstalige socialisten, toen voormalig minister Paul Magnette zich boos maakte over de besparingen die hij de Belgische bevolking oplegde. "Wie is Olli Rehn?", foeterde hij.

De vraag mag zeker gesteld worden, want de stugge Fin is niet iemand die met zijn privéleven te koop loopt. Ook niet voor zijn landgenoten. "Ik ben al twintig jaar bevriend met Rehn. Maar in al die tijd ben ik er nog nooit in geslaagd voldoende informatie te vergaren om een portret van hem te maken", zegt een Finse journalist. Zelfs in Finland krijgt Rehn tegenwoordig almaar meer kritiek, nu hij zijn landgenoten de les spelt over hoe ze de crisis moeten aanpakken.

Maar van wijken wil Rehn voorlopig niet horen. Zijn filosofie is duidelijk. De lidstaten zitten tot over hun oren in de schulden. Nu nog meer schulden maken, heeft geen zin. Want straks komen de kosten van de vergrijzing erbij en wordt de financiële toestand er alleen maar erger op. Nu door de zure appel bijten en hopen dat het daarna beter wordt, luidt zijn boodschap.

Nu doorgaan met een hard besparingsbeleid heeft evenwel geen zin, betogen critici. "De burgers lopen rond met het gevoel dat ze moeten betalen voor de redding van de banken. Voor de herlancering wordt helemaal niks voorzien", klaagt het Duitse Europarlementslid Jürgen Klute (Die Linke).

"Bij de volgende Europese parlementsverkiezingen in 2014 krijgt de politiek de rekening betaald. Ik voorspel een massale terugkeer van eurosceptici", zegt Jacob Lund Nielsen, een lobbyist die de Europese politiek al jaren volgt.

"We creëren sociale drama's", waarschuwt Hans Martens van het European Policy Center, een Europese denktank. "Jongeren in Spanje halen een universitair diploma, waarmee ze enkel een vakantiejob in een hotel kunnen versieren. Die jongeren dreigen te radicaliseren. Dat is een groot politiek risico." Volgens Martens kunnen de lidstaten maar beter de mouwen opstropen en beleggers aanspreken om met hun centen mee te stappen in een nieuw groeiverhaal. "We hebben een 'yes we can'-attitude nodig, maar daar valt voorlopig weinig van te bespeuren in Brussel."

Ook bij Rehn komt die boodschap niet aan. Zijn diensten slagen er zelfs in om te ontkennen dat hij een man van harde bezuinigingen is. "We voeren geen austeriteitsbeleid. Wat we doen, zijn doelstellingen vastleggen op maat van elke lidstaat", is te horen bij de Europese Commissie.

Missie

Zelf ziet Rehn zich als een man met een missie. "Het zijn de lidstaten die unaniem beslist hebben om belangrijke bevoegdheden aan de Commissie te geven. We proberen die alleen maar zo goed en zo rechtvaardig mogelijk uit te oefenen."

De Fin heeft er de voorbije jaren een pak bevoegdheden bij gekregen. Als een lidstaat met zijn budget uit de pas loopt en niet snel zijn begroting bijstuurt, dan kan de Europese Commissie ingrijpen. "De tijd dat een land als België een loonbeleid voerde zonder rekening te houden met de rest van Europa is voorbij", klinkt het ferm.

Als de betrokken lidstaat hardleers is, dan kan de Commissie een kleine boete opleggen. Rehn heeft binnenkort ook nog een ander wapen. Voor de lidstaten hun begroting naar het parlement sturen, moeten ze langs bij de Europese Commissie. Dat moet gebeuren voor 15 oktober van elk jaar.

Als de Commissie vindt dat de begrotingsplannen strijdig zijn met haar aanbevelingen voor een gezond financieel beleid, dan kan Rehn een land vragen om zijn plannen te herschrijven. Het blijft wel bij vragen, want de uiteindelijke beslissingen om hervormingen door te voeren, liggen bij de lidstaat, geven ze bij de Europese Commissie toe. "Wij kunnen de recepten aanbieden, maar het zijn de patiënten (de lidstaten, JCS) die het medicijn moeten slikken."

De bedoeling is dat de Com- missie ook wat harder gaat communiceren over haar werkzaamheden. "Over het beleid van lidstaten wordt al jaren gedebatteerd binnen Europa. Maar die discussie bleef grotendeels binnenkamers", zegt een ambtenaar.

Gesteld dat het de Finse commissaris menens is met zijn openheid, dan nog zit hij met een veel grotere handicap. De nieuwe wetgeving, die luistert naar de namen six pack, two pack, fiscal compact en Europees semester, is uitermate ingewikkeld. Zelfs Europese functionarissen krijgen er een punthoofd van. "Het wetgevende werk is een soort van monster", wordt hardop geklaagd.